Cellen die in staat zijn zich te delen, hebben een celkern waarin zich o.a. het DNA bevindt. In dit DNA bevinden zich de zogenaamde genen: de informatie voor erfelijke eigenschappen.
Wanneer zo'n cel zich gaat delen, wordt er in eerste instantie een exacte kopie gemaakt van het DNA. Bij dit proces wil er wel eens het een en ander misgaan, waardoor er een verandering in het DNA optreedt, ofwel een mutatie. Zo'n mutatie ontstaat onder invloed van kortgolvige straling (radioactieve en ultraviolette straling, en Röntgenstraling), carcinogene stoffen (asbest, teer in sigarettenrook en stoffen die in aangebrand voedsel zijn ontstaan), maar kan ook spontaan ontstaan.
Kanker ontstaat door een bepaalde mutatie, waardoor een cel zich ongeremd gaat delen. Overigens leiden niet alle mutaties tot kanker of tot een andere verandering in het functioneren van een persoon; dit hangt af van het soort mutatie.
Kanker is per definitie niet erfelijk, wel kun je er zogezegd aanleg voor hebben. Dit betekent dat je bepaalde genen in je DNA hebt die het risico op het ontstaan van kanker vergroten, en dit omdat mutaties in die bepaalde genen grotere consequenties kunnen hebben.
__________________
- "Zulke dingen gebeuren niet in het echt." "Nee, nee, nee. Het is andersom: zulke dingen verzin je niet!" -
|