Ik moet donderdag een onderzoeksopzet en probleemstelling etc. inleveren over iets wat ik echt totaal niet interessant vind. Ik moet er een presentatie van een half uur over houden en een paper over schrijven.
Dit is het onderwerp:
Maatnomen + nomencombinaties. Welk nomen kiest welke maatnomina? Gebruik hierbij het corpus (Acces bestand). Welke effecten neem je waar - ga in op (a) idiomatische gevallen - zoals pak slaag -, gevallen van maatnomina gespecialiseerd voor mass of meervoudige naamwoorden (vgl. een aantal studenten/*geld, een stuk land/*landen, een hoop geld/boeken), en semantische restricties. Naast de corpusgegevens kun je putten uit je eigen intuïties, eventueel ook internetmateriaal.
Nu heb ik al enkele idiomatische gevallen, maar ik vind het lastig om nou te formuleren wat ik ga onderzoeken, want ik heb zelf geen idee wat dat precies is. Ik weet dat ik moet werken met classificatie en of een maatnomen algemeen is (bv. een hoop) of beperkt (een kudde), maar ik vind het moeilijk om in de goede richting te komen. Hebben jullie misschien een opstapje of tips?
__________________
Je was een glasblazer met een wolk van diamanten aan zijn mond
|