Ik dacht, laat ik ook weer eens wat van me horen
Tijdwachter
Gek hè, dat vroeger zo lang geleden is en dat
jij daartussen staat. Vreemd, dat ik wil ontsnappen
uit dat wat ik vroeger noem, maar jou
niet passeren kan.
Jij staat daar, de tijdwachter, jij staat daar alsof
je poortwachter geworden bent, breed gemaakt en
gedaan alsof je groter was.
Maar jij was het niet, je was meer een muurtje,
van zachtroze bakstenen. Stevig, maar niet te dik.
Ik botste, want ik keek over je heen, tegen je aan.
Ik stuiterde terug, het verleden in. Was je daar nog?
De toekomst was nu nog verder dan het verleden,
ik stond stil en langzaam, heel langzaam versteende ik en
werd ik de vijfentwintig bakstenen die nog ontbraken.