Bloeddrukmeters voor thuisgebruik kunnen vaak onnauwkeurig zijn, en één momentopname zegt eigenlijk niks ('één meting is géén meting). Verschillende factoren beïnvloeden de meting, dus als je af en toe je bloeddruk meet is het belangrijk dat je zoveel mogelijk dezelfde omstandigheden aanhoudt. Het beste kun je zittend je bloeddruk meten, waarbij je zorgt dat je lichaam in rust is (dus niet na het sporten of inspanning), en waarbij je ook al een paar minuten rustig zit. De tijd van de dag waarop je de meting verricht kan ook de meting beïnvloeden. Als je metingen achter elkaar uitvoert moeten er een paar minuten rust tussen zitten.
De nauwkeurigheid van de meting hangt af van het type bloeddrukmeter dat je gebruikt. Een bovenarmmanchet zorgt voor een betrouwbare meting (en zorgt ook dat je die meting kunt vergelijken met de meting die een arts maakt, aangezien die meestal ook een manchet om de bovenarm gebruiken).
Een bovendruk van 150 in rust is hoog, maar niet direct een reden voor paniek (maargoed, ik ben geen dokter, als je je er zorgen over maakt zou ik gewoon even naar je huisarts bellen).
Als je veel zwemt is een hartslag van 40 in rust niet heel ongewoon. Door het zwemmen train je niet alleen de spieren waarmee je beweegt, maar ook je hartspier. Die wordt sterker en kan dus in rust met minder slagen hetzelfde volume aan bloed door je lichaam pompen, waardoor je hartslag in rust dus wat lager kan zijn dan normaal.
__________________
you're not my demographic
Laatst gewijzigd op 11-12-2011 om 15:53.
|