Bij het wiskunde formuleblad krijg je formules over logaritmen, alleen ik snap deze formules niet. Is er iemand die misschien een voorbeeld bij de formules zou kunnen geven met getallen zodat ik weet wat er bedoel wordt. De formules zijn als volgt:
g log a + g log b = g log ab
g log a- g log b = g log a/b
g log a p = p x g log a
g log a =p log a/p log g
Om ze in goede weergave (wiskundige notatie) te zien staan ze ook bij alle examens bij de opgaven op het eerste blad.
- met: / bedoel ik gedeeld door
- En de g's op het formule plad staan klein, hoog links boven het getal. Ik hoop dat iemand me kan helpen.
Bedankt voor de moeite, maar ik doelde eigenlijk meer hier op:
in je examen krijg je niet dat er log staat maar dan heb je een som en dan moet je zelf bedenken dat je daar log bij moet gebruiken. Zo heb je bij voorbeeld
0,99^t=0,5 en dan doe je
t x log 0,99 = log 0,5
t= log 0,5 / log 0,99 = ...
Deze snap ik maar dit komt ook vaak in andere vormen terug en dan gebruik je dus andere regels. Maar zoals ze op het formuleblad staan snap ik ze niet.
Laatst gewijzigd op 21-05-2012 om 19:38.
|