Hallo mijn scheikunde boek is echt super onduidelijk en ik begrijp er niet veel van.
En er is een opdracht over chromatografie waarvan ik totaal niet begrijp hoe ze erop komen.
Ik hoop dat jullie me kunnen helpen.
Bij onderzoek naar de aanwezigheid van het gewasbeschermingsmiddel vinchlozolin werd 50 gram sla geëxtraheerd met 75 mL cyclohexaan.
Bij de glc-analyse werd gebruik gemaakt van een interne standaard. Er werd een referentie-oplossing gemaakt van 1,0 x 10^-5 mol/L vinchlozolin en 1,0 x 10^-5 mol/L interne standaard in cyclohexaan.
In het sla-extract werd eveneens de interne standaard opgelost tot 1,0 x 10^-5 M.
Van beide oplossingen werden chromatogrammen gemaakt.
De verhouding van de oppervlakte van de pieken I en II is 1,0:2,0 ( Dit is van de referentieoplossing, I is vinchlozolin en II is interne standaard )
Op het grafiek zie je wanneer het spul geinjecteerd is cyclohexaan heel hoog is. Dus dat zit niet meer in de interne standaard. (Ik weet niet of je hier wat aan hebt).
De verhouding van de oppervlakte van de pieken III en IV is 1,0:3,6. (Dit is van de sla-extract. III is vinchlozolin en IV is interne standaard)
Ook hier zie je op het grafiek in het begin dat cyclohexaan heel hoog is.
En het antwoord is volgens het antwoordenboekje:
Gelijke concentraties in de referentieoplossing van de interne standaard (I.S.) en vinchlozolin corresponderen met een piekoppervlakteverhouding 2,0:1,0. ( I.S:vinchlozolin of II:I ) ( oke dit is nog logisch)
vanaf hier snap ik het niet meer hoe ze erop komen:
Een piekoppervlakteverhouding in het sla-extract van 3,6 zal dus overeenkomen met een concentratieverhouding I.S.:vinchlozolin = 1,8:1,0
Omdat gegeven [I.S.] = 1,0x10^-5 mol/L is de concentratie vinchlozolin
( 1,0 / 1,8 ) x 1,0x10^-5 = 5,56x10^-6 mol/L (afgerond 5,6x10^-6 mol/L )
Weet iemand hoe je dit moet berekenen?
Enige wat in de tekst staat is: Als uit het chromatogram blijkt dat de oppervlakte van de piek van de interne standaard 1,6 maal zo groot is als die van de andere stof, dan kun je bij verdere berekeningen deze waarde als correctiefactor gebruiken.
Op het grafiek staan geen ruitjes of wat dan ook, maar volgens mij is de oppervlakte even groot eentje is alleen dunner en langer en de andere kleiner en dikker. Maar ik denk dat je dit niet hoeft te gebruiken, maar iets moet doen met die verhoudingen? En als je het toch nodig hebt kan ik wel een een foto ervan maken.
Ik zag ergens ook dit staan op internet:
Om de relatieve gevoeligheid vd. gaschromatograaf te testen, maak je en equimolair (= mengsel met van alle stoffen evenveel mol) mengsel met de interne standaard (= controlestof die je toevoegt) en de te onderzoeken stof. Bekijk de verhouding tussen die pieken en gebruik die factor als correctiefactor.
Dus je moet sowieso iets met de correctiefactor doen denk ik?
Ik haat mijn boek : (
|