De schrik van iedereen die naar meetings gaat. Wat op het nieuws wordt gezegd, kan inderdaad gebeuren. Je laat zien hoe leuk een idee lijkt, maar hoe vreselijk het af kan lopen.
Dat doe je op een aardige manier. Ik heb wel de emoties van Anika gemist en er klopte het volgende niet: in de eerste alinea vertel je dat Anika haar verhaal tegen de klas gaat zeggen. Dat zal ze ongetwijfeld overstuur doen, daar haar beste vriendin verkracht en vermoord is. Alleen is het niet aannemelijk dat ze zal praten zoals jij haar laat doen. Waarom stopt ze tussendoor niet en vertelt ze alles gewoon? Als mij zoiets zou overkomen, had ik dat niet gekund. Ik zou tussendoor stoppen, diep ademhalen e.d.
Laat de emoties Anika meer zien, terwijl ze haar relaas doet.
Ook valt het me op, dat je het verhaal als flashback neerzet. Dan lijkt één punt me gepaster aan het einde van de eerste alinea, i.p.v. de drie puntjes.
“Ga je vanavond nog wat doen?” vroeg Anika.
'Vroeg' hoort met een hoofdletter.
“Gaaaaaf! Ken ik hem?” vroeg Anika.
'Vroeg' hoort met een hoofdletter.
Anika was blij om haar vriendin zo blij te zijn,
'Zijn' is 'zien', maar als je deze zin naleest, zal je zien dat je het woord 'blij' twee keer in dezelfde zin gebruikt. Dit is hindelijke herhaling en staat niet mooi. Vervang de eerste of tweede 'blij' door een ander woord.
“Mag het wel van je ouders?” vroeg Anika.
'Vroeg' hoort met een hoofdletter.
Ester had zichzelf al door zoveel dingen heen geholpen, dat dit er ook nog wel bij kon.
'Dat' staat mooier als het er niet is. Maak er bijvoorbeeld het volgende van: 'Ester (...) geholpen, dit kon er ook nog wel bij kon.'
“Ik zei nog; ‘Tot maandag!’
De punt-komma wordt gebruikt bij een opsomming, hierbij door je de dubbele punt te gebruiken.
Wist ik verdomme veel…” zei Anika
'Zei' hoort met een hoofdletter
ik wil Ester!” huilde ze.
'Huilde' hoort met een hoofdletter.
"Ronald slikte en legde een hand op haar schouder. Hij keek haar recht in de ogen. “Ester is dood… Ester komt nooit meer terug…"
Herhaaldelijk gebruik je dezelfde zinsconstructie, je begint met het onderwerp. Probeer hier, wanneer je het geschreven stuk naleest, op te letten en het zonodig te veranderen. Hou jezelf bijvoorbeeld aan de regel maximaal dire keer achter elkaar dezelfde zinszonstructie te gebruiken.
“Ester is dood… Ester komt nooit meer terug…”
Hinderlijke herhaling van de naam Ester. Vervang de eerste of tweede Ester door 'zij'.
De titel vind ik overigens niet zo sterk.
|