De één gelooft in Jezus, de ander gelooft in Boeddha.
De één drinkt water, de ander drinkt Spa.
De één rookt Gauloises, de ander rookt Marlboro.
De één doet het zus, de ander doet het zo.
De één doet het snel, de ander gauw.
De één houd van pittig, de ander van flauw.
De één heeft een baard, de ander een sik.
De één is vet, de ander dik.
De één houd van zwart, de ander met melk.
De één zegt beide, de ander elk.
De één is uit Duits, de ander is Deens .
De één vindt het anders, de ander is het eens.
De één hoest, de ander kucht.
De één ademt, de ander zucht.
De één knikt ja, de ander schud nee.
De één gaat naar het toilet, de ander naar de plee.
De één vindt dit, de ander vindt dat.
De één ziet een cirkel, de ander een gat.
De één vind het half vol, de ander half leeg.
De één rees omhoog, de ander steeg.
De één scheld, de ander vloekt
De één denkt, de ander doet.
De één plast, de ander piest
De één is zielig, de ander triest..
De één zoekt, de ander vind.
De één wil een vaasje, de ander een pint.
De één heeft sex, de ander neukt.
De één is dronken, de ander teut.
De één luistert, de ander hoort.
De één zegt touw, de ander koord.
De één kijkt, de ander ziet.
Maar echte verschillen zijn er niet.
__________________
De helft van jullie ken ik niet half zo goed als ik zou willen; en van minder dan de helft van jullie houd ik half zoveel als jullie verdienen.
Laatst gewijzigd op 13-03-2003 om 19:13.
|