Heehee..
Heb dus een vraag over het duitse betrekkelijke voornaamwoord..
Hebben dus een stencil daarover gekregen, t meeste snap ik wel maar de zin:
Der mann, mit dessen jüngstem Sohn ich eben sprach, ist mein Onkel
(De man, met wiens zoon ik net sprak, is mijn oom)
Waarom is t dessen (2de naamval) maar toch jüngstem (3de naamval)
Nog een zin.. :
Bist du dem Mädchen, das da geht, schon öfter begegnet?
Waarom is het dan deM Mädchen en niet das Mädchen, het is toch lijdend voorwerp dus 4de naamval?
Thnx alvast! Kwam dr niet meer uit..