kewl.
komt i
deel 1
de zon stond laag aan de hemel, grassprieten kriebblede in de hete avond zon. een zucht volgde als antwoord op het gekraai van een haan. mijn hoofd duizelde van de mijloenen grassprieten en van de wolken die langzaam voorbij trokken. ik keerde mij op mij rug en plukte de grassprieten van mijn buik. naast mij lag een jongen waarvan ik zoveel had gehouden, maar die nu niks meer was als mijn broer. alleen maar mijn broer. weer volgde een zucht maar nu als antwoord op slechts niet, alleen maar verdriet. ik keerde mij nog eens om en kwam nu digt tegen die jongen aan te liggen die nu zo onbereikbaar vor mij leek. ik kon me hem niet voorstellen met een ander...
snel schudde ik mijn hoofd en ging verder met waar ik mee bezig was, gras uit de grond trekken. ik wist dat mijn hoofd duizelde van verlangen, maar eveneens wist ik dat ik die verlangens beslist niet mocht beantwoorden. ik plukte wat gras en gooide dat over de persoon in kwestie, hij raakte ligt geiriteerd, dat voelde ik. ligt genoeg om mij een stomp tegen mijn schouder te geven en mij verder met rust te laten. met rust laten, dat was wel het laatste wat ik op dit moment van hem verlangde, liet hij mij maar niet mer rust. plaag me, speel met me, haal alles uit jezelf om mij ook te iriteren. maar hij vertrok geen spier, behalve om een laatste hijs van zijn sigaret te nemen. de tuindeuren zwaaide open en mamma de vrouw verscheen op het gazon. ze bracht ons water en ijs, verder liet ze ons met rust en tuurde naar de hemel. snel vertrok ze weer naar binnen. ik peuterde een ijsblokje uit mijn glas en liet dat speels op zijn blote rug vallen. hij keek even op en trok verlangend zijn wenkbrauwen op. ik wiegerde een verlangende blik terug te werpen. nongalant haalde hij het ijs blokje van zijn rug en stopte het op zo'n manier in zijn mond dat hij eigelijk vroeg of ik vanavond niet liever met z'n tweeen sliep. nu was het mijn beurd om mijn wenkbrauw op te trekken, maar ik waarschuwde hem hiermee. een zucht, niet meer, niet van mij, niet van hem.
ik draaide mij weer op mijn rug en staarde naar de hemel. de wolken dreven voorbij, ze hadden alle tijd, ik niet. ja ik sliep vanacht liever niet alleen, maar ik wist dat ik toch alleen zou zijn. nooit zou ik meer zij aan zij liggen, mijn ogen digt doen, en houden van mijn broer, houden van mijn broer als verliefd zijn op een ander.
"joris" ik keek op en zag wie mijn naam uit sprak. ik keek op zij en stond op. de tuindeuren sloot ik achter mij en verliet voorgoed de liefde voor mijn broer.
het leven zonder was nog niet zo erg, maar het leven liep hier rond, versprijde zijn geur en maakte mij week. stilte viel in huis en de rust keerde weder in mijn bovenkamer.
hij lag nog steeds in het gras te dromen over niks. zwijgen, staren, denken niks.
automaitch bewogen mijn voeten zich in de richting van de keuken waar in een glas water in schonk. ik hees mijzelf op het aanrecht en staarde in het niets. weeke gevoelens dreven naar boven maar mijn hoofd zei nee. de gedachte dat ik nu alleen thuis was met een verboden persoon, dat maakte mij week. het glas water begon te trillen in mijn linker hand. hij kwam op de tuindeuren afgelopen, in zijn driekwarts broek en ontbloot boven lijf. weer trok hij twee wenkbrauwen op, verleidelijk. mijn hoofd keerde zich naar de grote klok naast me, terwijl mijn hart sneller ging kloppen. hij, die niet door heeft hoeveel schade hij maakt, die niet weet hoeveel ik naar hem verlang, die niet weet dat ik van hem hou zoals je verliefd word op een ander. hij, mijn broer kwam naar de keuken, gaf mijn een doordringende blik en schonk water in zijn glas. hij knikte en met zijn rechter hand raakte hij ligt mijn schouder aan. mijn adem schoot omhoog en even had ik het gevoel alsof ik stikte, dood ging, zonder ook maar even...
de rest komt later
__________________
+i don't care that i am the killer, i care about you+
|