toen ik mijn kamer aan het opruimen was vond ik het volgende verhaaltje van een jaren/aantal jaren geleden. Ik weet het niet meer precies, maar ik vond het wel grappig om die hier even te posten. Meet me some years ago:
Meneer de Vries
Het gebeurde toen ik een jaar of 16 was. Ik herinner me dat het de hele dag al regende. Niet dat het met bakken uit de hemel kwam maar gewoon van dat vieze weer. Door het hele dorp lagen bladeren op de grond en alle tuintjes waren verandert in een moeras. Bovendien stond er een stevige wind. Niet echt mooi om dan buiten te zijn dus. Maar ik was wel buiten want ik had een krantenwijkje. Een zware dag achter de rug en dan met lóódzware fietstassen door het dorp baggeren om iedereeen van een krantje te voorzien. Waaronder meneer de Vries.
Ik had meneer de Vries niet zo hoog. Want als ik, volgens hem, te laat was vertelde hij me de mooie verhalen van zijn broer uit een ander dorp, zijn kennis aan de andere kant van Nederland en zijn dochter aan de andere kant van Europa. Maar dit deed hij niet om mij te vermaken op mijn saaie tocht door het dorp, nee, hij bracht me op de hoogte van 'hoe- vroeg- zij- de- krant- allemaal- wel- niet- kregen- ' en dat ik, luie donder, altijd te laat was (de keren dat ik vroeg was deed hij niet de moeite om uit zijn huisje te komen om mij een complimentje te geven). Daarom rilde en klappertande ik als zijn huisje aan de horizon verscheen.
Maar vandaag was ik voor het eerst weer bij hem nadat ik 2 weken ijn krant naar de buurman had gebracht. Meneer de Vries was namelijk met zijn broer (de broer van de vroege krant) naar Amerika geweest. Deze 2 weken waren tot toen toe ongeveer de mooiste weken van mijn leven. Ik baalde dan ook erg dat ik op die regenachtige dag wel weer naar hem toe moest, al helemaal omdat ik vandaag laat was.
Hij stond al voor de deur te wachten, ik zou nog bijna medelijden met hem krijgen omdat hij helemaal nat regende. Ik nam diep adem en fietste naar hem toe. Al toen ik één pas op zijn tuinpad had gezet hoorde ik hem morren. En deze keer niet over zijn broer, kennis of dochter, maar over zijn achterneef in Amerika. Nieuwe inspiratie zeg maar. ,,In Amerika komt de krant om twee uur 's middags." begon hij. Ik beantwoorde dit met een simpele 'oh'. Maar hij ging verder over de mentaliteit daar en dat ik als jongere geen goeds voor een oude man over had die op zijn krantje zit te wachten. Plotseling werd ik woedend, in Amerika hoef je je niet aan de leerplicht te houden want als het je niet naar je zin is schiet je de leraren gewoon overhoop met je légale revolver. In Amerika maak je, onder het genot van de zon, een sierlijke beweging waardoor de krant keurig op het gazon van het betreffende huis valt en ik moet mijn fiets hier neer zetten, zijn tuinpad op lopen (hopend dat mijn fiets zich niet al te veel van de wet van de zwaartekracht aan zal trekken), proberen de krant (die onderhands meer op een klodder papier-maché lijkt) door de brievenbus te wringen en weer terug naar mijn fietsje lopen. En dan ondertussen zijn gemopper ook nog aan horen, dacht ik kwaad. Maar ik gaf de man een vriendelijk knikje en ging weer verder.
Dat was de zwarte dag van mijn leven. Maar de clue komt pas de volgende dag. Weer was ik bezig met de kranten, weer zag ik zijn huisje opdoemen en weer fietste ik erheen. Maar bovenal; weerstond hij op me te wachten. Met zijn verhaal van gisteren nog in mijn achterhoofd naderde ik het huis. Toen ik er was gooideik luid schreeuwens 'Lang Leve Amerikaaaaaaa' de krant voor zijn voeten neer. Zijn wenkbrauwen gingen in een liniair dalende lijn staan en verbaasd bukte hij zich om de krant te pakken. Toen ik bij de buren was hoorde ik nog net zijn deur dicht slaan.
Toen ik de volgende dag een vluchtige blik op het witte vel papier wierp, waar meestal staat 'geen bezorgberichten', kwam ik erachter dat er nu stond: 'Stoppen: P. de Vries, het Hazepad 9. Voldaan stapte ik op de fiets. En hoewel er maar één krant minder was fietste het veel lichter.
|