Je komt wel vaker op een feest, maar hier ben je nog nooit geweest. [spinvis]
De lamp straalt donker licht uit en je verschuilt jezelf in de klamme dekens. Je ademt de zoete lucht rustig in, langzaam, om niet in de liefde te stikken.
‘Kusje’ fluistert een stem, en je voelt frisse lucht in je gezicht. Ontwaak uit de realiteit, mijn Alice, volg mij, jouw konijn. En ik ren. Ik ren, ren, loop, ren.
Zonder te weten dat ik daadwerkelijk zo lang kon rennen. Kon ik dat? Kon ik wat. Ik kon alles.
Over paden van gruis, wegen van wolken, bruggen van krokussen. Mijn haar zit vast aan de maan, daarom zweef ik af en toe even, lijkt het haast. Ik zie mezelf rennen, struikelen, en net op tijd vallen in een rivier van limonade. Verdrinken? Alleen in de vergetelheid.
Moest ik ontwaken. Ontsnappen uit het paradijs? De ideeën waren mij ontglipt. En ik werd nooit meer wakker.
Laat me slapen [Acda en de Munnik]
__________________
Ben ik weer.
|