Advertentie | |
|
![]() |
||
Citaat:
Het zal nooit een nulpunt bereiken. Lijkt mij dan. Want oneindig gezien kan elk getal oneindig door 2 gedeeld worden. Zoals ik het bekijk dan tenminste.
__________________
People like YOU are the reason people like ME need medication
|
![]() |
||
Citaat:
Je loopt 100 meter 5 meter per minuut. Je loopt 50 meter 10 meter per minuut. Je loopt 25 meter 7 meter per minuut. Je loopt 12,5 meter 2 meter per minuut. enz enz enz De snelheid maakt geen reet uit want daar wordt ook niet over gesproken. Er wordt gezegdt dat de afstand steeds door 2 wordt gedeeld. En die helft kan niet zo klein worden dat ie niet meer door 2 gedeeld kan worden. Je doet over 1 cm een uur. Maar je kunt die 1 cm ook met 100 kilometer per uur afleggen. De afstand blijft hetzelfde. Dus: Snelheid doet er niets toe. Komt in dat, zogenaamde, lulverhaal van Zeno ook niet voor.
__________________
People like YOU are the reason people like ME need medication
Laatst gewijzigd op 21-08-2002 om 15:22. |
![]() |
|
![]() |
hehe ik ben terug mensen
![]() Paradox 2: Alliclesh is gewoon een domme jongen, hij moet zich richten op de schildpad, niet op de plaats van de schildpad. nog eentje dan maar... 4: de conclusie is fout. Beweging bestaat wel, ook al is het altijd verschillent uit verschillende perspectiven. Maar technisch kom je toch wel een beetje in de problemen als je rennent jezelf als punt van perspectief neemt edith: onverantwoorde smileying vorming in de tekst |
![]() |
||
Citaat:
De Delphi is de asymptoot. En de schildpad ook dan? Onbereikbare stad, al komt de renner er steeds dichter bij. Herinnert iemand hier zich nog functies tijdens wiskunde als fx -> y=1/x Corrigeer aub waarschijnlijke verkeerde schrijfwijze van dit voorbeeld! REIE
__________________
Nu zal ik doden u beide, Elegast u ende uw paard. Ten zi dat gi ter vaart, Nederbeet optie moude: Zo mag uw ors t lijf behouden.
|
![]() |
|
![]() |
Heel juist, EV.
De eerste paradox: is geloof ik al gerefuteerd door Johan: met iedere decimering neemt de benodigde tijd ter afleging van de gedecimeerde afstand navenant af. In concreto: ik loop 8 m. in 8 sec., dus 4 m. in 4 sc., oneindig kleine hoev. m. in oneindig kleine hoev. sec., en een oneindig aantal oneindig kleine helften in een oneindig aantal oneindig kleine seconden. Het heft elkaar niet zozeer op, maar het houdt elkaar in balans. En de derde paradox: op ieder vastgelegd moment is de pijl weliswaar statisch, maar bevindt zich in die statische modus op een in ieder onderscheidenlijk moment (iets) andere locatie. Daarvoor kan slechts één verklaring zijn, of eigenlijk twee, goed goed. Men kan zelf bepalen welke dat zijn. Niettemin best leuke "puzzeltjes". |
![]() |
|
![]() |
REIE, ik geloof dat je twee paradoxen verwardt.
Wat de schildpad betreft: de logische (binnen de mogelijkheden van de paradox zelf) oplossing is als volgt: Stel dat Achilles 20 km per uur rent, en de schildpad 5 km per uur loopt (de getallen omwille van de eenvoud...). Stel verder dat A. zich op 20 km afstand (jaja) van S. bevindt. A. staat op punt A, S. op punt B. Na één uur staat A. op punt B, en S. op punt C (in wezen zijn alle andere "plekken" die A. en S. aandoen afzonderlijke plekken op zichzelf, maar,...om eenvouds wille). De afstand tussen beide punten is echter 4 x zo klein geworden. De afstand tussen de punten (A.'s laatste punt van vertrekt, en S.'s vorige punt van verblijf) zal blijven afnemen tot ze uiteindelijke samenvallen. |
![]() |
|
![]() |
Wat zie ik!? VERWARDT? Schaam je, Mickey! Ik bedoelde natuurlijke VERWART. Eeuwige schande!
Maar goed. Onorthodox, tijd is weliswaar niet expliciet, maar NATUURLIJK wel impliciet aanwezig in die twee paradoxen. Paradox 1: "tot in het oneindige mee bezig zijn". Welke dimensie van oneindig? De temporele! Ja! ... Paradox 2: " plotseling staat de Griekse held met een ruk op en schiet snel" --> ... En de genadeklap: "Die slaagt er echter in om zich binnen de tijd waarin Achilles de afstand A-B aflegt een paar centimeter te verplaatsen, waardoor hij punt C bereikt." |
![]() |
||
Citaat:
En kijk nou, het werkt. Paradox 1: Elk getal is door 2 delen en wordt ook steeds door 2 gedeeld. Dus: Er komt geen eind. En doet de snelheid hier ter zake? Niet bepaald. Want al doet hij er een minuut of een uur over, de afstand blijft hetzelfde. Het gaat hier niet over een tijdsduur maar over een afstand. En omdat het hier over een afstand gaat doen die 2, tijdsduur en snelheid, er niet toe. (Ik vraag me af waarom ik hier over tijdsduur lul. ![]() Paradox 2: Laten we dit als een continuele weg bekijken. De schildpad weet zich steeds zo te verplaatsen waardoor hij uit de greep van de held blijft. En het maakt niet uit hoe snel de held is, de schildpad weet zich steeds te verplaatsen naar een volgend punt waardoor hij de steeds voorblijft. Enz enz enz Snelheid doet er wederom niet toe want de schildpad weet zich toch steeds weer te verplaatsen waardoor hij niet gepakt kan worden. In beide gevallen is de snelheid dus irrelevant.
__________________
People like YOU are the reason people like ME need medication
Laatst gewijzigd op 22-08-2002 om 01:16. |
![]() |
|
Immanuel Kant is de zotste filosoof.
Hij meende dat je van bier aambeien kreeg en dronk daarom wijn. En ook meende hij dat als je je kamer niet doorluchtte huismijten zich niet konden vermenigvuldigen. Zijn bediende wist wel beter en luchtte zijn kamer stiekem iedere ochtend door als Kant zijn ochtendwandelingetje ging maken. Kant was overtuigd van zijn gelijk aangezien hij geen last had van huismijten..... ![]() ![]() |
![]() |
|
De eerste 3 paradoxen gaan uit van hetzelfde idee: de deelbaarheid tot in het oneindige van een bepaalde ruimte of van een eidige tijd. Zeno maakt gebruik van de twee getallen met de vreemdste eigenschappen: de nul en het oneindige. Met welk getal je de nul ook vermenigvuldigt, de uitkomst is altijd nul; en met welk getal je het oneindige ook vermenigvuldigd, de uitkomst zal altijd oneindig zijn. Maar wat gebeurt er als je nul en het oneidige met elkaar vermenigvuldigd? Helemaal niets, ze heffen elkaar op en er onstaat een soort van "gelijkspel".
De eerste paradox van Zeno gaat er dus ten onrechte van uit dat de som van een oneindig aantal nullen oneindig is. De tweede paradox: de schildpad legt langzaamaan steeds kleinere stukjes af, tot hij een afstand aflegt die praktisch gelijk aan nul is. Achilles krijgt dan de mogelijkheid tot het bereiden van schildpaddensoep. De derde paradox: naast de ruimte deelt Zeno ook de tijd op in een oneindig aantal aan nul gelijke momenten. Is dus dubbel zo idioot. De vierde paradox: volgens Einsteins relativiteitstheorie is het zinloos te zeggen dat een voorwerp zich beweegt als je ook niet nader aangeeft "ten opzichte van wie" dit voorwerp zich bewogen heeft. In de ogen van degene die stilzit lopen ze bijv. 20 km per uur en in de ogen van degene die in tegenovergestelde richting loopt loopt de ander 40 km per uur. Volgens Einstein zijn beide hypotheses waar. |
![]() |
|
![]() |
Onorthodox, zie toelichting van NERD. Ik neem aan dat NERD de officiële (of iedergeval de onbetwistbaar juiste) antwoorden geeft, nietwaar NERD?
Paradox 1: [i] Conclusie: om Delphi te bereiken zal de man een oneindig aantal helften van trajecten af moeten leggen en daar zal hij tot in het oneindige mee bezig zijn, en dus zal hij nooit op zijn bestemming aankomen. (dikke letters: tijd!) Naast NERD's uitleg (oneindig aantal helften komt neer op: oneindig x helften van omvang 0), kan men ook stellen de conclusie onjuist te zijn, omdat beide "oneindigen" elkaars complement zijn. Oneindig aantal ondenkbaar kleine helften legt hij af in een oneindig aantal ondenkbaar kleine tijdeenheden. Paradox 2: Tijd moet dus welzeker een factor zijn (de snelheid van Achilles maakt dat, zoals ik al zei, de afstand tussen Achilles' plaats en de plaats van de schildpad almaar kleiner wordt. Snelheid, beste jongen, heeft zowel een temporele als een distantiële dimensie. Of disputeer je dat? Vraag je dan af, waarom men snelheid dan toch met in km/u, of welke afstand/tijd indeling dan ook). |
![]() |
||
Citaat:
x-> 1/x y = 1/x
__________________
"Waarheid zit anders vol paradoxen."
|
![]() |
||
![]() |
Citaat:
![]() De eerste 3 zijn namelijk logisch gezien onweerlegbaar zónder Zeno's argumentatie om te gooien in een vorm die de weerlegging in zich draagt (wat NERD doet). De vierde paradox is wél weerlegbaar, maar alleen door het invoeren van God. Misschien heb ik nog wel s zin dit uit te leggen, kheb iig haast nu ![]() Voor meer info: De compositie van de wereld, H.M., 1980
__________________
Liefde maakt meer kapot dan drank goed kan maken...
|
![]() |
||
![]() |
Citaat:
![]() Jij voert de wiskundige limietrekening in, die alleen maar een mathematische truc is om het rekenen makkelijker te maken, maar die niet logisch onderbouwt is, in tegenstelling tot Zeno's aporiën.
__________________
Liefde maakt meer kapot dan drank goed kan maken...
|
![]() |
|
NERD:
De eerste paradox: Waar wordt de nul vandaan gehaald? De held moet een afstand afleggen die steeds door 2 wordt gedeeld. Dus het wordt nul keer door nul gedeeld maar steeds door 2. Het eindpunt is nul. Paradox 2: Waar haal jij vandaan dat de schildpad steeds een kortere afstand aflegt? Zoals ik al zei: Laten we er maar dingen bij gaan verzinnen. Want dan klopt het allemaal wel.
__________________
People like YOU are the reason people like ME need medication
|
![]() |
|
![]() |
Onorthodox, de schildpad legt niet steeds een kortere afstand af, maar Achilles komt steeds dichterbij, inhoudende dat de schildpad zich per tijdeenheid steeds minder ver van Achilles zal verwijderen (eigenlijk bestaat er überhaupt geen distantiëring, maar van stond af enkel approximatie).
RenT, dan moet je toch is uitleggen hoe ik mij bedien van buiten Zeno's paradox gelegen instrumenten. Wat ik zeg berust op onwrikbare logica, en ik verzin er niets bij, zoals Onorthodox ad nauseam blijft postuleren. Indien we Achilles' jacht op de schildpad niet beschouwen als één, voortdurend proces (zoals EvilSmiley voorstelde), maar als een onderbroken proces (of eigenlijk: talrijke jachtprocessen, die aanvankelijk niet de vangst opleveren), waarbij de schildpad dus steeds gelegenheid krijgt van zijn plaats te bewegen en waarbij Achilles zich richt op de voorafgaande plaats van de schildpad, dan zal de afstand tussen Achilles' vertrekpunt en de schildpads vertrekpunt kleiner worden: waarheid als een koe. Gevolg hiervan kan niet anders zijn dan de vangst van het schildpad. Ik verzin hier niets bij, maar (om het maar wiskundig te houden,...een vak overigens waar ik geen kaas van gegeten heb: ik geloof thans voornamelijk met het gezond verstand te redeneren) ik extrapoleer: ook zonder dat Zeno gewag maakt van de afstand (in de zin van het concept, niet de operationele hoeveelheid) tussen de punten van Achilles en de schildpad, speelt de afstand een rol, en zal deze slinken. De relevantie van afstand wordt geïmpliceerd door de snelheid (of liever: het verschil in rapideit tussen A. en S.). |
Advertentie |
|
![]() |
|
Waar staat dat Achilles steeds dichterbij komt?
Wie weet verplaatst Achilles zich ook maar steeds een paar centimeter, net zoals de schildpad dus. We kunnen ook gaan concluderen dat de schildpad op een gegeven moment sneller wordt dan Achilles. Of dat Achilles steeds trager wordt.
__________________
People like YOU are the reason people like ME need medication
|
![]() |
||
Citaat:
Shit starks word ik genomineerd voor domste opmerking van de dag. Over paradoxen spreken gaat mij niet omdat ik eerst onwaarheden moet aannemen, en daara ga ik mezelf tegen spreken. REIE
__________________
Nu zal ik doden u beide, Elegast u ende uw paard. Ten zi dat gi ter vaart, Nederbeet optie moude: Zo mag uw ors t lijf behouden.
|
![]() |
||
![]() |
Citaat:
![]() Vergelijk het met: x = wortel-y. Deze zal náderen tot een horizontale assemtoot, maar zal deze niet raken. Wat jij dus invoert, is het wiskundige limietrekenen (die dus de ontkrachting van Zeno in zich heeft en hem daarmede verkracht), wat slechts ingevoerd is om het rekenen in het oneindige te vergemakkelijken. Logisch is dit echter níet te onderbouwen...
__________________
Liefde maakt meer kapot dan drank goed kan maken...
|
![]() |
||
Citaat:
![]() ![]()
__________________
Subtiel
|
![]() |
||
![]() |
Citaat:
Argumenten dienen met argumenten weerlegt te worden. En dus níet met voorbeelden ![]() En zodoende kan dus alleen het gelijk van Zeno aangetoond worden en is het op logische basis níet logisch hem te weerleggen... zie bovenstaande reply's ![]()
__________________
Liefde maakt meer kapot dan drank goed kan maken...
|
![]() |
|
![]() |
Waar staat dat Achilles steeds dichterbij komt?
Wie weet verplaatst Achilles zich ook maar steeds een paar centimeter, net zoals de schildpad dus. We kunnen ook gaan concluderen dat de schildpad op een gegeven moment sneller wordt dan Achilles. Of dat Achilles steeds trager wordt. OO, de snelheid van zowel Achilles als van de schildpad zijn gegeven, wellicht niet exact (Achilles is erg snel, de schildpad is erg traag) maar duidelijk is wel de relatieve snelheid van Achilles. En waar staat dat Achilles dichterbij komt? ... Dat volgt dus LOGISCH uit het gegeven dat Achilles' sneller dan de schildpad is. Dat gevolg is niet logisch . Vergelijk het met: x = wortel-y. Deze zal náderen tot een horizontale assemtoot, maar zal deze niet raken. Wat jij dus invoert, is het wiskundige limietrekenen (die dus de ontkrachting van Zeno in zich heeft en hem daarmede verkracht), wat slechts ingevoerd is om het rekenen in het oneindige te vergemakkelijken. Logisch is dit echter níet te onderbouwen... Niet logisch te onderbouwen? Ik heb het toch echt gedaan. Het schildpadden probleem is nl. niet exponentieel, maar eenvoudig lineair. Achilles is sneller dan de schildpad. Dientengevolge zal de afstand tussen hun posities afnemen. RenT: het probleem is, dat je te abstract denkt, en het perse in middelbare school niveau wiskundige modellen wilt persen, terwijl dit met gewoon boeren verstand te klaren is: Stel dat Achilles 20 km per uur rent, en de schildpad 5 km per uur loopt (de getallen omwille van de eenvoud...). Stel verder dat A. zich op 20 km afstand (jaja) van S. bevindt. A. staat op punt A, S. op punt B. Na één uur staat A. op punt B, en S. op punt C (in wezen zijn alle andere "plekken" die A. en S. aandoen afzonderlijke plekken op zichzelf, maar,...om eenvouds wille). De afstand tussen beide punten is echter 4 x zo klein geworden. De afstand tussen de punten (A.'s laatste punt van vertrekt, en S.'s vorige punt van verblijf) zal blijven afnemen tot ze uiteindelijke samenvallen. De asymptoot is in casu nl. niet van toepassing, want, als gezegd, het is geen exponentieel probleem maar een lineair probleem: het verschil in snelheid tussen A. en S. is een constante (in bovenstaand geval: A. rent 20 km/u = 5.55 m/p.s., S. loopt 5 km/u = 1.39 m/p.s., dus verschil in snelheid (en approximatie van A. per seconde) is 4,16 m/p.s.):het maakt in wezen ook niet uit of Achilles in één trekt de schildpad vangt, danwel, zoals nu, zich richt op het vertrekpunt van de schildpad (het zal hem misschien een paar tellen extra kosten), en in wezen dus meerdere jachtsessies gebruikt: tenslotte, als A. stopt op het vertrekpunt van S., stopt S. op zijn nieuwe punt X, en dat neutraliseert elkaar. Overigens: als in bovenstaande wij de afstand van 20 km in 40 km veranderen, zal A. de S. in ruwweg 160 minuten vangen. Eigenlijk kun je je "paradox" 2 voorstellen als een op video opgenomen voortdurend jachtproces (waar A. dus S. vangt), dat je op bepaalde momenten (namelijk op onze beminde plekjes A-B-C-D-etc) pauzeert. <-- had ik eerder moeten bedenken. Hiermee is de kous af. Of toch niet? |
![]() |
|||
![]() |
Citaat:
(kort uitgelegd: oneindigheid bestaat wel, maar wij 'kunnen' er nix mee. wat kan een mens met een oneindig groot getal? nix, hij kan het niet eens bevatten. Hij beseft dus dat er iets als oneindigheid bestaat en gaat verder met 'eindige zaken' ---> potentiële oneindigheid. De enige manier om oneindigheid de behandelen wordt dan de invoering van limietrekening, zodat er een 'eind' aan komt en een best het kan beseffen én behandelen) verwart met actuele oneindigheid: de afstand tussen de punten (A & S) zal blijven afnemen... maar niet totdat ze samen vallen, er is in het léven namelijk sprake van actuele oneindigheid! De afstand zal oneindig klein worden tussen de punten, zónder dat ze zullen samenvatten. (Zeno's probleem is kort gezegd ook dat hij redeneert op basis van actuele oneindigheid, aftelbaarheid. Bij benadering de enige wiskundige die daar iets mee kon was George Cantor, en die is er krankzinnig aan gestorven. Zelfs Newton en Einstein hebben het terzijde gelegd. Wij 'kunnen' slechts redeneren op basis van potentiele oneindigheid, en daardoor is deze redenatie niet logisch sluitend te krijgen ![]() Citaat:
![]() In een boek van Hegel wordt Diogenes de Sinope aangehaald. Deze weerlegt op ongeveer dezelfde wijze als jij Zeno. Hij wordt hierop heel erg afgestraft, omdat hij met een vóórbeeld een logisch géldige redenering (want dat is Zeno's') om zeep probeert te helpen. Als een redenering niet lógisch geldig is, moet hij ook met logisch geldige argumenten bestreden (kunnen) worden. En dus niet met een voorbeeld, of met het ínvoeren van bepaalde zaken (potentiele oneindigheid/limitietrekening tov de actuele oneindigheid van Zeno). Edit: typo's.
__________________
Liefde maakt meer kapot dan drank goed kan maken...
Laatst gewijzigd op 22-08-2002 om 23:08. |
![]() |
|
![]() |
Wel, RenT: je zou me een plezier doen het met een, voor wiskundig wel enigszins, maar niet bijzonder onderlegde personen, begrijpelijke berekening te verduidelijken. Overigens: als de afstand oneindig klein wordt, dan heeft Achilles de schildpad natuurlijk ook te pakken. Het samenvallen der vlakken heb ik erbij verzonnen (kijk, DAT nou wel OnOrthodox, te mijnen eigen nadele nog wel, indien Ren werkelijk gelijk heeft)
![]() Over de analogie: los beschouwd: praktisch komt mijn voorbeeld overeen met Zeno's voorgestelde jachtmethode: het effect van het stilstaan op de vertrek/aankomstpunten neutraliseert elkaar, nietwaar? Derhalve kan een onderbroken jacht als een voortdurende worden beschouwd, afgezien van de tijd die beider stilstaan inneemt (die, moge reeds duidelijk zijn, elkaars pendant vormen). De analogie lijkt mij geldig. Echter: als jij gelijk hebt (de locaties vallen nooit HELEMAAL samen), dan KAN de analogie niet geldig zijn, omdat in een éénvoudig, niet onderverdeeld jachtproces Achilles' locatie niet alleen snel exact zou coïncideren met S.'s locatie, maar ook al snel zelfs VOOR S.'s locatie zou komen te liggen. Om jouw gelijk te krijgen moet je dus uitleggen, Ren, waarom mij analogie niet steekhoudend is. |
![]() |
||
Citaat:
Zeg, waarom noemt niemand hier Diogenes? Of zijn we zelf allemaal zo cynisch? Nou ja, dat kan mij toch niks schelen. REIE
__________________
Nu zal ik doden u beide, Elegast u ende uw paard. Ten zi dat gi ter vaart, Nederbeet optie moude: Zo mag uw ors t lijf behouden.
|
![]() |
||
![]() |
Citaat:
Het zijn wel degelijk paradoxen, en dus schijnwaarheden, de realiteit ziet er wél anders uit. Deze voorbeelden zagen wij in ons wiskundeboek bij het hoofdstuk integralen... Dus allemaal op te lossen met integralen. ![]() |
![]() |
||
![]() |
Citaat:
omg, lees alles nog eens goed wil je? Toch makkelijk te beredeneren?? 1)ELKE afstand is steeds deelbaar door 2, zelfs de meest kleine afstanden, maar kom JIJ daarom NOOIT op je bestemming aan? Pfff... 2)Hierbij is het ook simpel: wel al wat moeilijker uit te leggen, Achilles komt steeds dichter bij de schildpad per keer dat hij naar de schildpad toeloopt. In deze paradox lijkt het enkel alleen maar zo dat A. de schildpad nooit inhaalt. Maar als snelheden of afstanden zouden vermeld worden, dan kan je natuurlijk wel berekenen na hoeveel afstand/tijd A. de schilpad inhaalt. Tenzij de schildpad sneller loopt dan Achilles of in die periode dat Achilles versnelt, meer afstand aflegt...logisch dacht ik 3)Sorry, niet onmiddellijk inspiratie of gewoon onvoldoende kennis om dit uit te leggen ![]() 4)les fysica: beweging is relatief en kan voor iedereen verschillend zijn, logisch |
![]() |
|
Verwijderd
|
Ikzelf ben in ieder geval de pseudozotste filosoof. Misschien kennen jullie mijn fameuze redenering nog op de vraag hoeveel % kans ik had dat ik zou slagen. Iedereen zette er een willekeurig getal tussen 70 en 100 neer als ze positief waren en tussen 50 en 0 als ze in een depressie zaten. In het begin zei ik 50/50. Het is namelijk altijd 50/50!!! Of wel, of niet!! er zijn 2 mogelijkheden dus 50%. Maakt niet uit wat. Er zijn geen andere mogelijkheden; je hebt dat diploma helemaal, of je hebt em niet (helemaal). Maar goed, toen vonden ze dat niet goed en vertelde ik dat ik 7 vakken had en 8 examens. Voor elk examen zag ik een kans van 50/50 ook en kwam er zo op dat ik 400% kans had om te slagen. Na heeeel lang gezeur en de meest ingewikkelde conclusies, er zijn ook standaarddeviaties bijgehaald, is er uiteindelijk ingestemd met mijn 50/50 theorie
![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() zo, dat moest er ff uit |
![]() |
||
![]() |
Citaat:
![]()
__________________
Im Not Here To Mingle. Im Here To Annoy.
|
![]() |
|
![]() |
waarom moest die gast zoiezo eigenlijk alles door twee delen? Elke afstand is door twee te delen dus ook de eerste helft van de eerste deling en daar ook weer van en daar ook weer van... Dit proces gaat oneindig door. Conclusie? Hij zou zich niet kunnen verplaatsen...
Hoe komt hij er eigenlijk bij dat die renner bij elke grens gaat stoppen??? |
![]() |
Topictools | Zoek in deze topic |
|
|