Ik heb -in plaats van mijn standaard vermeldingen over dat dit eigenlijk niet mijn genre is- een keer iets gedaan dat mij ook niet in dank zal worden afgenomen, maar dus:
Ik heb het eens voor je herschreven. ;-)
Vandaag is eindelijk de dag, de dag dat alles veranderen zou. Ik ga verhuizen. Wat een drukte. Ik zie dat mijn moeder druk in de weer is om haar zware koffer in de auto te sjouwen. En natuurlijk houdt mijn vader de hond hierbij in bedwang. Ik staar alleen maar wat voor me uit. Het is echt niet dat ik er geen zin in heb hoor. Een nieuwe start, een nieuwe kans.
Ik heb het nooit naar mijn zin gehad op de school die ik dadelijk achterlaat. Ik werd gepest. Ze zeiden dat ik anders was. Dat zeiden ze ja. Maar nooit wat er dan wel anders aan mij was. Dat weet ik niet en dat heb ik ook nooit geweten. Het enige wat ze tegen mij zeiden, was: ‘Rot toch op joh, stinksok. Jij hoort hier niet.’ Alsmaar opnieuw en opnieuw. Wel duizend keer. Achter mijn rug gefluisterd, vlakaf in mijn gezicht gespogen, naar mij geschreeuwd terwijl ze met hun stampende voeten achter mij aanzaten. En als de woeste stem van een Hard rock zanger meegezongen, op het drumritme van hun vuisten die tegen de toiletdeur bonkten.
Ik ben er kapot van. Was... Ik weet niet... Hoelang duurt het voor je kan zeggen dat het geen pijn meer doet?
Ik heb zoveel dagen eenzaam op mijn kamer vertoeft. Duizenden vragen die maar in mijn hoofd bleven spinnen. Waarom moeten ze persé mij hebben? Waarom ben ik altijd de dupe? Ik zou zo graag weer mijzelf zijn, maar het lijkt wel alsof ik mijzelf niet meer terug kan vinden...
De onzekerheid blijft maar knagen aan mij. Is het mijn uiterlijk? Ben ik soms te dik? Ben ik te dun? Misschien te klein, of te groot, of is mijn haar niet mooi? Zijn mijn grijze ogen dan zo raar? Ze gaven nooit antwoordt op die vragen. Mijn eetlust verdween met mijn glimlach en de kilo's volgden.
Nee, heb geen medelijden! Ik ben best trots op mijn gewicht. Ik heb er wel snoep voor opgegeven, maar het is het waard.
Maar zelfs een wespentaille kon mij niet redden. Ze dwongen mij tot een geïsoleerd bestaan. Zij. In de klas. Ze deden mij in de verste hoek zitten, maar ik voelde hoe ze mij vanuit hun ooghoeken in het oog hielden.
Als ik iets niet snapte, liep ik niet naar de leraar toe om te vragen hoe breuken ook al weer in elkaar zaten. Wat als ze mij nog meer zouden uitlachen om mij loopje? Of als ze zouden gevonden hebben, dat ik alleen maar domme vragen stelde. Want zij waren alwetende en ik een dommerik. Iemand te dom om recht tot spreken te kunnen hebben. Dus zei ik nauwelijks nog iets. Als de leraar een vraag voor me had, stotterde ik meestal dat ik het antwoord niet wist.
Vaak wist ik het antwoord meestal wel, maar dan voelde ik hun ogen op mijn rug branden. als een revolver die tegen mij werd gedrukt en mij weerhield om mijn mond te openen.
De leraren deden ook helemaal niets aan het gepest. Ze keken gewoon toe hoe ik huilen de wc in rende, en daar de hele middag bleef zitten. Ze keken toe als de meute op de deuren bonkte. Ze keken toe, als ze vuil naar mij gooiden...
Maar op de nieuwe school zal alles anders worden. Ik zal veel vriendjes en vriendinnetjes hebben, ik zal complimenten krijgen om mijn mooie taille en ik zal op feestjes gevraagd worden. Ja, straks vind ik mijzelf weer terug!
@ Distructions: leg eens uw origineel en mijn interpretatie van uw werk naast elkaar, bekijk zin per zin en maak voor jezelf uit bij wat je het meest kan aansluiten. Jij bent schrijver en meester van de wereld waar je over schrijft.
Ik ben zelf maar een heel armtierige pulphorrorschrijver, maar volgens mij heb je talent. Talent vandaag.

Maar besteed aandacht aan de sfeer die je schept, steek nu en dan wat afwisseling in je zinnen en verder...
Let beetje op je perspectief... Een ik, ik, ikke verhaal komt snel een beetje egocentrisch over. Door er nu en dan eens een Zij! zin in te steken, krijgt het meer kracht.
en verder nog veel succes met het schrijven.