Ik huil zeeën tranen, bergen verdriet,
met niets om mij heen dan enkel gedachten,
de leegte gevangen tussen brede muren
en het donker van de stille koude nachten
die in eenzaamheid verpakt, eeuwen lijken te duren
Verlangende woorden dansen op de wind
gezongen in de hoop dat jij hoort of ziet,
hoe ik stralen zou, heel dichtbij jou,
omdat het licht zou schijnen en ik geniet
van de warmte die lacht als ik je vast hou
Misschien dat ik me dan werkelijk in je vind,
dan zouden we deuren plaatsen en open maken,
ik verlang met zeeën tranen naar je deze nacht,
maar heb je nooit gezien, óf zouden we verloren raken,
in de snelheid die tijd tegenwoordig verwacht
|