1)4x(x+3)=12x+25
Eerst links haakjes wegwerken: 4*x(x+3)=4*x*x+4*x*3=4*x²+12*x. Je krijgt dan: 4*x²+12*x=12*x+25. Merk op dat je links en rechts 12*x kunt aftrekken. Je krijgt dan: 4*x²+12*x-12*x=12*x+25-12*x, dus 4*x²=25. Dit is een uitdrukking van de vorm a²=b², dus a=b of a=-b.
2)x²-7=5
Links en rechts 7 optellen geeft: x²=12. Dit is een vergelijking van de vorm x²=p, dus x=√p of x=-√p. Merk op dat p=12 te schrijven is als 4*3, dus

.
3)-3-2(x+2)=4x-7
Eerst links haakjes wegwerken: -2(x+2)=-2*x-2*2=-4*x-4. Je krijgt dan: 3-4*x-4=4*x-7. Het linkerlid is te herschrijven als -4*x-1. Je krijgt dan: -4*x-1=4*x-7. Nu zorg je er voor dat je rechts geen termen met x meer hebt, en vervolgens zorg je er voor dat je links geen termen zonder x meer hebt. Je dient de vergelijking dus te herschrijven als een vergelijking van de vorm a*x=b. Je vindt dan:

.
4)2x|5 + 4 = 1 + x|4
Vermenigvuldig eerst links en rechts met 5*4=20. Je krijgt dan:

en

. Je krijgt dan 8*x+80=20+5*x als vergelijking. Vervolgens ga je te werk zoals onder 3 vermeld staat.
5)x-2|5 + x+1|3+7=0
Vermenigvuldig eerst links en rechts met 5*3=15. Je krijgt dan:

en

. Je krijgt dan 15*x-6+15*x+5+105=0 als vergelijking. Het linkerlid is te herschrijven als 30*x+104. Je krijgt dan 30*x+104=0 als vergelijking. Omdat je links en rechts door 2 kunt delen geeft dit 15*x+52=0 als vergelijking. Vervolgens ga je te werk zoals onder 3 vermeld staat.
6))x²+2x-4 = x(x-3)-1+2x
Eerst rechts haakjes wegwerken: x(x-3)=x*x-x*3=x²-3*x. Je krijgt dan: x²+2*x-4=x²-3*x+2*x. Het rechterlid is te herschrijven als x²-x. Je krijgt dan: x²+2*x-4=x²-x. Merk op dat je links en rechts x² kunt aftrekken.
Je krijgt dan: x²+2*x-4-x²=x²-x-x², dus 2*x-4=-x. Vervolgens ga je te werk zoals onder 3 vermeld staat.
7)x(x-3) = 5 - (3x+1)
Links haakjes wegwerken geeft: x(x-3)=x*x-x*3=x²-3*x. Rechts haakjes wegwerken geeft: -(3*x+1)=-1(3*x+1)=-1*3*x-1=-3*x-1. Je krijgt dan: x²-3*x=5-3*x-1. Het rechterlid is te herschrijven als -3*x+4. Je krijgt dan: x²-3*x=-3*x+4. Merk op dat je links en rechts -3*x hebt staan, dus links en rechts 3*x optellen geeft: x²-3*x+3*x=-3*x+4+3*x, dus x²=4. Dit is een uitdrukking van de vorm a²=b², dus a=b of a=-b.
8)1|3.(x-4)-1|2(2x+1)+x=1|6
Vermenigvuldig eerst links en rechts met 3*2=6. Je krijgt dan:

,

en

. Je krijgt dan 2(x-4)-3(2*x+1)+6*x=1 als vergelijking.
Links haakjes wegwerken geeft: 2(x-4)=2*x-2*4=2*x-8 en -3(2*x+1)=-3*2*x-3*1=-6*x-3. Je krijgt dan: 2*x-8-6*x-3+6*x=1 als vergelijking. Het linkerlid is te herschrijven als 2*x-11. Je krijgt dan 2*x-11=1 als vergelijking. Vervolgens ga je te werk zoals onder 3 vermeld staat.