Katleen.
U kent dat wel, zo’n heerlijk stukje veen
waar u vroeger ook eens uw behoefte
en de opwelling naar seks beproefde,
dit gold zo dubbel voor mijn zus Katleen.
En u moet weten dat het jong geboefte
-want zij bevond zich bijna nooit alleen-
het deed op de restanten christ'lijk steen
van de kerk die daar ooit eens vertoefde.
De oude mannen met de grijze baarden
kwamen er nog wel eens langs en gluurden.
Ze preekten ontucht en ze namen grief
Mijn zuster keek dan op en daar zij staarden
sprak ze dat zij louter voortborduurden
op het bijbelse “Hebt uw naasten lief”.
12/2001
__________________
Er gingen er al velen voor ons dood - kapot of opgebrand, boos of voldaan - waarom houden wij ons alsmaar groot: we zijn al dood en van elkaar gegaan
|