kan iemand kijken of ik dit goed is?
1. Zeg dat het heel goed gaat en dat je iets wil vertellen
Cava bien, je te veux dir quelque chose.
2. Zeg dat je een talenreis gaat doen.
Je vais faire un voyage linguistiques.
3. Maak duidelijk dat je het woord 'fric'niet begrijpt.
Je ne comprend pas le mot 'fric'.
4. Zeg dat je het snapt, maar dat ze niet echt rijk zijn.
Je comprend, mais mon parents ne sont pas vrai riche.
5. Zeg dat je naar Marseille gaat.
Je vais aller à Marseille.
6. Vertel dat je bij een Frans gezin logeert.
Je vais loger chez un famille français.
7. Geen probleem. Leg uit dat je ook andere dingen doet. Geef vb
Pas problème. Je vais faire aussi autre choses. Je vais pêcher, ou je vais rouler.
8. Nee, leg uit waarom er niet alleen hollanders zijn.
non, il est un voyage linquistiques pour tout le monde.
9. Goed idee! Neem afscheid.
Bonne idée. Au revoir.
|