stel je eens even voor dat het getal 0 niet zou bestaan, en de negatieve getallen wel
mij hebben ze het zo in het derde leerjaar duidelijk gemaakt
ok, het is een ongelofelijk zwak argument, maar misschien wordt het wel duidelijk:
je verzameling is dan als volgt (we nemen alleen een omgeving van 0)
{-3,-2,-1,1,2}
we rekenen nu even in middeleeuwse termen, dus neem negatieve getallen als verlies of zo hé
dan heb je plots 2 frank tussen je getallen, dus er moet in het midden tussen -1 en 1 wel iets zitten, want je overbrugt 2 keer dezelfde afstand
en nog iets, hoeveel is 3-3 dan, of wat gebeurt er dan uiteindelijk als je een kauwgom in oneindig veel stukjes breekt, waar ligt de limiet dan, enz...
wees blij dat 0 bestaat, het zou nog veel ingewikkelder worden:-)
__________________
Ik hou van kaboutertjes - vooral als ze jurgen heten
|