De eerste keer dat ik zelf hier ns iets neerzet, dus zeg ns eerlijk wat je ervan vind en of je invloeden van andere dingen kan ontdekken.
Maarja. Over dit verhaal. Het gaat over Catillo in het Omnipolentes universum. Het speelt zich af in onze dimensie, dus stel je maar voor dat ie in nederland woont ofzo. Wat je maar wilt. Een vager begin van een verhaal is er nooit geschreven, dus wees een beetje redelijk in je commentaar.
Nou jah, lees maar!
/\/\/\/\/\/\/\/\/\/\/\/\/\/\/\/\/\/\/\/\/\/\/\/\/\/\/\/\/\
OMNIPOLENTES - STORY OF CATILLO - H1
De eerste jaren van zijn leven had hij helemaal geen bewustzijn van uitzonderlijke gaven bij hemzelf. Zijn leven was die in een droomwereld waarin hij alles kon doen, alles wist, en alles kon veranderen. Zijn naïviteit zou hem nooit verlaten, maar zijn onwetendheid veranderde langzaam in bewustzijn van zijn gaven en met de tijd groeide zijn intelligentie.
In de tijd waarin hij zijn dagen moest laten verlopen met een bezigheid wat anderen ‘school’ noemden leerde hij andere mensen observeren en kwam hij erachter dat hij de enige was die zijn bewuste gave had. Hij vond het enorm dat hij deze aparte gave had. ‘Verstoppertje’ won hij altijd.
Alles wat hij bedacht voerde hij uit. Het werk wat hij van ‘school’ opkreeg hinderde hem niet, dat dacht hij gewoon af. Het leukste vond hij het reizen. Hij liet zich door een gewichtloze ballon over de wegen zweven, vliegen, stuiteren. Mensen in de voertuigen liet hij blij lachen. Door zijn reizen leerde hij vele talen en culturen kennen en hij nam alles wat hij leerde op in zijn geheugen. Omdat hij meestal te laat voor het eten was kreeg hij bij het eerstvolgende feest een horloge cadeau van zijn onwetende, maar vaak bezorgde ‘ouders’.
Maar terwijl hij op een hogere school echt leerde na te denken werd zijn eerst onbezorgde leven complexer en moeilijker. Gelukkig kon hij door te denken zó alles omveranderen.
Langzamer, in een dalende lijn, leek de tijd te gaan, terwijl hij in een zacht tempo zich meer en meer echt bewust werd van de wereld om hem heen. Dat leidde de aandacht van zijn fantasie weg, en het gevolg daarvan was dat hij zijn gave kwijt aan het raken was. Te vaak dacht hij in een halve paniek dat hij niks meer kon, maar het lukte hem dan wel zijn wanhoop te gebruiken om toch iets te doen. Een object bewegen, de tijd sneller laten verlopen. Meer niet. Alleen in zijn dromen kon hij nog alles. Maar toen hij erachter kwam dat dat bij elk normaal mens ook het geval was, begon hij zich steeds ernstiger zorgen te maken. En zijn krachten van zijn gave namen steeds meer af. Het was alsof zijn eigen geest, of lichaam, hem aan het tegenwerken was. En dat terwijl hij fysiek alleen maar sterker werd. Hij groeide, zoals het bij zijn leeftijd behoorde.
Op een avond was het weg. Helemaal verdwenen. Hij kon niks meer veranderen, en het hele gevoel van harmonie met de rest van het bestaan was onvindbaar. Angstige gedachten gingen door zijn hoofd. Zou hij het niet gedroomd hebben? Het was toch allemaal echt? Zijn reizen, zijn ontdekkingen? Het zou wel moeten. Hoe kon hij anders zoveel verzinnen over andere culturen, wat achteraf bleek te kloppen. De beleving van het alleen gelaten zijn was verschrikkelijk voor hem. Zijn ouders glimlachten geniepig en blij en noemden het ‘de puberteit’…
Alleen in zijn dromen hield hij vast wat hij wou en hoe hij wou. Hij kwam erachter dat hij, beter als andere mensen, zijn dromen kon controleren en er bewust in kon bewegen. Dat hield hij zich voor als een kleine hoop.
\/\/\/\/\/\/\/\/\/\/\/\/\/\/\/\/\/\/\/\/\/\/\/\/\/\/\/\/\/