geschiedenis bomengeloof.
De Kelten hadden een zeer nauwe relatie met planten en bomen. Niet alleen voor jaarfeesten, ceremonies, offerandes, maar ook in hun dagelijkse leven gebruikten zij planten, bloemen en bomen.
Voor de Kelten is elke dag als een nieuw begin met nieuwe kansen.
Door overlevering is er in Engeland een boomkalender van dertien bomen. En vanuit de Poolse mondelinge overlevering is er een van 21 bomen bekend.
Deze Keltische boomkalender onderscheidt 21 bomen die corresponderen met evenzoveel mensentypes.
Het aantal van 21 bomen is geen toeval, want men krijgt dit getal als men de twee heilige getallen drie en zeven met elkaar vermenigvuldigt.
In deze boomkalender regeren de meeste bomen over zowel een periode in het voorjaar als in het najaar.
Daarnaast onderscheidt dit systeem vier heilige bomen; eik, beuk, olijf en berk, die zijn verbonden met de eerste dag van elk seizoen.
Zoals eerder vermeld is de Keltische astrologie gebaseerd op de maanscyclus waarin het jaar wordt onderverdeeld in dertien maan maanden, die elk aan een boom zijn toegewezen.
Op vijf nachten waarvan de eerste overeenkwam met de eerste dag van het jaar en de andere vier met de winterzonnewende, zomerzonnewende, de lentenachtzegening en de herfstnachtevening.
Het OGHAM-alfabet
.
Dit alfabet werd door de Kelten gebruikt en werd enkel gebruikt voor opschriften.
Het is een eenvoudig alfabet, er zijn nooit boeken mee geschreven. De Druïden vonden trouwens dat alles in het geheugen moest blijven en dat het niet nodig was boeken te schrijven.
Elke letter van dit alfabet is een beginletter van de 20 belangrijkste bomen van de Kelten; 13 letters verwijzen naar de 12 à 13 manen per jaar.
De cyclus van de Maan telde 28 (bijna 29) dagen, daarom waren er soms 12, soms 13 manen per jaar.
Men rekende dan13 x 28 is 364 + 1 dag is één jaar; die ene dag werd gewijd aan de maretak. De maretak was een boom op een boom.
Daarvan komt dan het gezegde : 1 jaar en één dag
De boom als levenssymbool.
In alle culturen en tijden is de boom voor de mens een belangrijk levenssymbool geweest. In deze tijd wordt die betekenis wel een beetje naar de achtergrond verdrongen.
Maar nog steeds kennen wij een aantal bomen waaraan een helende kracht wordt toegeschreven.
Vroeger waren bomen vaak onderdeel van een cultuur en werden sommige bomen ook aanbaden.
Het christendom zag deze heilige bomen als vertegenwoordigers van "heidense' natuurreligies".
Daarom werden in die tijd heel wat bomen omgehakt. Maar het gebeurde ook vaak dat de boom in kwestie een andere (christelijke) bestemming kreeg door er een kapelletje in of omheen te bouwen, waardoor er meer de nadruk gelegd werd op het kapelletje dan op de boom.
Op die manier zette het Christendom de oude gebruiken naar zijn hand.
De Kelten introduceerden het gebruik om bij de woning of op het dorpsplein een linde te planten, ter bescherming van familie en gemeenschap.
Onder deze dorpslinde werd vergaderd,werd 'recht' gesproken, en er werd gedanst bij feestelijkheden.
Jonge geliefden spraken er af omdat er onder deze (aan liefde en vruchtbaarheid gewijde) boom gekust mocht worden.
Wanneer er recht gesproken werd, vervulde de boom ook dikwijls een rol als galg of schandpaal bij het uitvoeren van de opgelegde straffen. (Rechtspreken gebeurde ook wel onder een Eik.)
Linden waren ook heksenbomen. 's Nachts zaten heksen op hun trompet te spelen in die bomen.
Je kon 's nachts deze bomen dus maar beter vermijden want heksen bespringen de voorbijgangers.
Men noemde dit : 'van de mare bereden worden'.
Als je door een minnaar bedrogen was, kon je deze betoveren door drie nagels in een 'kapellekensboom' (populier of kastanje boom ter ere aan Maria) te slaan.
Ik heb alleen geen idee wat de uitwerking daarvan was, maar het zal ongetwijfeld wel iets vervelends zijn geweest voor de ontrouwe minnaar.
Een ander gebruik is het planten van de meiboom op de laatste zondag van april.
Deze boom houd door zijn verschijning en het frisse groen, de belofte in voor een vruchtbaar jaar. De dansen en volksspelen die rond de meiboom worden gehouden, staan symbool voor vreugde en vernieuwing.
In de donkerste dagen van het jaar wordt de kerstboom in de huiskamer geplaatst.
Wie van ons kent er nog de betekenis van dit gebruik? Dit was het voorchristelijk 'feest van het licht', dat de wedergeboorte van de zon en het licht op de duisternis symboliseert.
Vanaf de winterzonnewende (rond 21 december) worden de dagen immers weer langer dan de nachten.
Ook bij een nieuw leven wordt soms een jonge boom geplant, en men verbindt dan het leven van dit pasgeboren kind met de levenskracht van de lotsboom.
Meer over bomen rituelen zal ik bespreken in het stuk over geloof en bij geloof.
|