![]() |
||
Citaat:
![]() Die "vlijmscherp" kan ik niet terugvinden. ![]() |
Advertentie | |
|
![]() |
||
Verwijderd
|
Citaat:
![]() |
![]() |
||
Verwijderd
|
Citaat:
Het haar wordt gebruikt om enkelvoudig meervoud aan te geven. ''Het haar in de soep'' of ''De haar in de soep'' understand? Arme mieren ![]() Grimm |
![]() |
||
Citaat:
![]() ![]() Dank je Riantje. Die persoonswisselingen leken me leuk! Niet zo standaard en dan blijft het een beetje spannend wat er nou precies gebeurd. En je zit de gebeurtenis vanuit verschillende personen. ![]() |
![]() |
||
Verwijderd
|
Citaat:
![]() ![]() |
![]() |
|
Een flinterdun draadje wiebelde voor zijn ogen heen en weer. Met zijn ogen volgende hij de bewegingen van het draadje. Het straalde in het zonlicht. Hij volgde het draadje omhoog, maar zag geen einde, het verdween in de lucht.
Zachtjes blies hij tegen het draadje. Het raakte zijn hand, het kietelde. Snel probeerde hij het draadje vast te pakken met zijn vingers, zonder dat de bewakers het zouden zien, maar hij greep mis. Opnieuw blies hij ertegen aan, en deze keer had hij het beet. Hij klemde het draadje tussen zijn duim- en wijsvinger en trok er voorzichtig aan. Er gebeurde niks. Verbaasd keek Pillian weer omhoog, naar de wolken. Het draadje was niet langer geworden, er kwam geen boodschap, er gebeurde echt niks. Op de klok achter het podium zag hij dat er nog vijf minuten te gaan waren. Nog vijf minuten en dan was hij dood, nog vijf minuten de tijd om te ontsnappen. Ongemerkt trok hij opnieuw aan het draadje. Pillian schrok van zijn eigen beweging. Geschrokken keek hij om zich heen, maar de bewakers merkten niks van zijn bewegingen. Opeens voelde hij een stroomstootje door zijn arm heen gaan. Het draadje lichtte heel even lichtgroen op. Meteen liet hij het draadje los. Dat draadje was duivels. Het draadje kwam uit Bovenaarde, dat kon niet anders. Alleen Bovenaarde kende magische krachten, buiten de Eenhoorns uit Benedenaarde. Bovenaarders konden toveren en dingen naar anderen werelden sturen. Zou dat duiveltje hierachter zitten en hem toch laten ontsnappen? Jornillian zat naast het gat in de grond. Hij had een dun draadje vastgemaakt aan een katrol boven het gat. Voorzichtig keek hij even over het randje. Het draadje verdween in de donkere diepte. De mist slokte het witte draad op. Plotseling bewoog het katrol, het draad stond strak gespannen. Geschrokken sprong Jornillian overeind en pakte zijn toverstaf die op een tafeltje naast hem lag. Toen hij zich weer terugdraaide naar het gat, zag hij dat het draad niet meer gespannen stond, iemand had het weer losgelaten. Hij hoopte maar dat het Pillian was die dat draadje net vast hield. En weer stond het draadje strak. Jornillian drukte zijn toverstaf tegen het draad en er kwam een stroom van onbekende woorden uit zijn mond. Een lichtgroene flits kwam uit zijn staf en bewoog zich snel via het draad naar beneden. Na een paar seconde hing het draad weer slap. “Oh nee!” Hij greep naar zijn grijze haren en begon op zijn lip te bijten. “Lirara! Kom hier!” Op haar blote voeten kwam ze aanrennen. Haar katoenen mantel zwabberde om haar benen. Het korte jurkje wat ze droeg omsloot haar goed gevormde benen. “Jorn? Wat kijk je! Is er wat met Pillian?” Ze knielde naast hem neer en stopte haar hoofd in het gat. “Komt hij nog niet omhoog?” “Nee, hij heeft blijkbaar het draad opnieuw losgelaten. Volgens mij snapt hij het niet.” “Onze domme, domme Pillian.” Lirara sprong weer overeind en ze toverde haar toverstaf uit een zak van haar jurkje. Het stokje van flexibel hout richtte ze in het gat. “Jornillian, ik ga hem roepen.” Met haar armen maakte ze sierlijke bewegingen boven haar hoofd. Haar blonde haren wapperde in de wind die plotseling was opgestoken. Ze sloot haar ogen en neuriede een rustig melodietje. Het geluid klonk magisch en vermengde zich met de wind. De zachte klanken van de muziek die was ontstaan, zorgde ervoor dat Lirara zich kon concentreren. “Pillian. Luister naar me. Ik ben het, Lirara. Pak het draadje stevig vast, en dan ook heel stevig. Op tien gaan we hierboven keihard trekken. Het kan misschien even pijn doen, want je zit vast hè. Tot zo!” zei Lirara zachtjes. ----------- Wat vinden jullie ervan? |
![]() |
||
Verwijderd
|
Citaat:
![]() |
![]() |
|
Jaa dit is het Duivelaar! Leuk bedacht met die Bovenwereld van boven en alles..!
Schrijf maar door hoor! Alleen vind het nu al naar dat Pillian zo dom is dat hij dat draadje niet gelijk pakt! ![]() Jornillian is trouwens weer geweldig, alleen die baard waarover je schreef in het vorige stuk mag er wel af he. ![]() ![]()
__________________
De dokter zei: 'volgens mij ben je schizofreen.' Maar wij denken van niet.
|
![]() |
||
Citaat:
![]() ![]()
__________________
Een engel kuste mij, dus is mijn rust voorbij.
|
![]() |
||
Citaat:
![]() |
![]() |
||
Verwijderd
|
Citaat:
![]() Grim |
![]() |
|
Ja ja Grimmie. Vervolg!
![]() ---------------- Verschikt keek Pillian omhoog. Hij hoorde een stem, maar van wie? Hij spitste zijn oren en probeerde de stem te herkennen. De stem klonk elektrisch, geen stem uit Benedenaarde. Vast weer zo’n tovertruc uit Bovenaarde. Maar wie was daar zo gek een crimineel te redden? Voorzichtig pakte hij het draadje weer vast. De bewakers stonden nog steeds naast hem zonder iets te merken van zijn ontsnappingspoging. Ze bleken de stem ook niet te horen, ookal had hij de stem luid en duidelijk kunnen verstaan. “Tien, negen, acht...” Pillian omsloot het draadje met al zijn vijf vingers. “...zeven, zes, vijf...” Hij hoopte maar dat de banden en kettingen maar niet de strak vast waren gemaakt. Straks was hij wel bevrijd, maar waren zijn voeten nog op de grond. “...vier, drie, twee, één...” Pillian beet hard op zijn tanden en sloot zijn ogen. “LOS!” Met een rotgang werd hij omhoog getrokken. Het draadje had zich om zijn hand gewikkeld zodat hij niet los kon laten. De banden om enkels sprongen los, net zoals de kettingen om zijn nek en polsen. Hij voelde een snerpende pijn door zijn lichaam, stukjes vel bleven achter op de kettingen, maar hij probeerde niet te gillen. De bewakers die onder hem merkten dat Pillian de lucht in vloog. Ze sprongen en probeerden zijn voeten te grijpen, maar Pillian was al te hoog. Zelfs hun zwaarden, die ze omhoog gooiden, kregen hem niet meer naar beneden. De menigte werd steeds kleiner, het werden kleine stipjes in de donkere wereld van Benedenaarde. Hij zag het woeste woud van Steentjesstad en de donkere steden, vervagen onder zijn voeten. Toen hij omhoog keek zag hij alleen maar wolken, alles was wit en vochtig. Er leek geen einde aan te komen. Hij zag geen andere wereld, alleen maar een donzige witte deken. “Neeee!” gilde ze. “Pillian nee!” Ze rende naar de plek waar Pillian had vast gezeten, maar hij was al ver de lucht in. Ze kon op de stoel de geur van zijn zweet nog ruiken. De bewakers sprongen omhoog en gooiden met hun zwaarden. Ze leken haar niet eens op te merken. Tira zakte door haar knieën en steunde met haar hoofd op haar handen. Ze huilde met piepende halen. Tranen kwamen niet meer, ze was kapot. Pillian was weg, ze was hem kwijt. “Vrouw, sta op.” Iemand gaf haar een harde trap tegen haar rug. Verdrietig keek ze op. Één van de bewakers keek boos op haar neer en gebaarde dat ze weg moest gaan. Maar ze schudde haar hoofd. “Ik ga niet weg. Ik ben Vrouwe Tira.” Ze probeerde haar haar nog wat te fatsoeneren en haar gescheurde rok recht te trekken. De man tikte met zijn voet op de grond en keek haar aandachtig aan. Inmiddels stonden er meer bewakers om haar aan, allemaal keken ze haar aan. “Is dit onze Tira?” vroeg de bewaker. De anderen knipperden met hun ogen en sommigen streelden zelfs even haar huid. “Ik wil bij Pillian zijn, ik wil naar hem toe.” Één enkel traantje rolde over haar wang naar beneden. Het druppeltje liet een schoon spoor achter op haar vieze gezicht. “Sorry vrouw, maar ik kan u eigenlijk niet zo goed geloven. Onze Tira is schoon, mooi en netjes. U bent vies, op dit moment niet knap en uw kleren zijn gescheurd.” “Maar wat dacht u nou! Mijn man werd ter dood veroordeelt, en dan moet ik er netjes en mooi uitzien?!” Ze sprong op en keek kwaad in de ogen van de man. “Ik ben uw God van de Schoonheid, als u dat maar weet!” ---------- Kritiek? Commentaar? Sorry, in dit vervolg geen Duviel. Misschien in het volgende vervolg weer. ![]() Laatst gewijzigd op 26-06-2004 om 10:46. |
![]() |
|||
Goed vervolg hoor, meis! Het is lekker geschreven - ik vloog er door heen! Ben nu al benieuwd naar hoe het in de Bovenwereld gaat, en wat vrouwe Tira nu gaat doen!
Twee dingetjes: Citaat:
Ze probeerden hem met hen zwaarden naar beneden te halen, bla bla. ![]() Citaat:
Ik wil vervollug! ![]() ![]()
__________________
De dokter zei: 'volgens mij ben je schizofreen.' Maar wij denken van niet.
|
![]() |
||
Citaat:
![]() ![]() Leuk stuk!!!! ![]()
__________________
Niets is helemaal waar en zelfs dat niet.
|
![]() |
||
Citaat:
![]() Jawel hoor. ![]() @Tweeling: Ik zal het even veranderen. ![]() |
![]() |
||
Citaat:
![]() Duvieltje ![]() ![]()
__________________
Een engel kuste mij, dus is mijn rust voorbij.
|
![]() |
|
Vervolgje!
![]() ------ Plotseling verscheen er een grillerig gevormde rots boven hem. Zandkorreltjes en kleine stukjes steen vlogen hem om de oren. Zou dat de bodem van Bovenaarde zijn? Overal waar hij ook maar keek zag hij het donkere plateau. Hoe kwam hij nou op Bovenaarde? Hij hoopte niet dat hij dwars door de grond getrokken zou worden. Dat zou hij niet overleven. “Wil je je even zo smal mogelijk maken Pillian?” zei een stem vanuit boven. Het draadje lichtte weer even groen op. “O...o..oke.” stamelde hij. Hij hield zijn arm straks langs zijn lijf en hield zijn adem in. De donkere grond kwam steeds dichterbij. Hij leek massief, maar gelukkig ontdekte Pillian een klein gaatje. Daar zou hij waarschijnlijk doorheen getrokken worden, tenminste, dat hoopte hij maar. “Oh Pillian! Daar ben je!” Het draadje viel uit zijn handen en verdween. Een diepe snee in zijn hand was een aandenken aan het dunne draad. Hij hoopte maar dat de rest van de sneeën nog konden helen. “Dus jullie waren het die mij losrukten uit die stoel.” Pillian glimlachte en gaf Lirara een kus op haar wang. Daarna liep hij naar zijn broer en sloeg hem op de schouder. “Hoe kan ik jullie bedanken? Zonder jullie was ik nu onthoofd.” “Ja, of je zat bij die barbaarse Mensen. Nee, je bent hier veilig.” Lirara duwde Pillian in een stoel en knielde voor hem neer. Ze pakte haar toverstaf en bekeek zijn wonden zorgvuldig. Opnieuw kwam er een golf van vreemde woorden uit haar mond. Uit de punt van haar zwarte toverstaf verschenen sterretjes in alle kleuren van de regenboog. De sterren verspreidden zich over het lichaam van Pillian. Op de plekken waar zich sneeën en wonden bevonden, nestelden ze zich. Ze maakten hoge geluiden en draaiden tientallen keren per seconde om hun eigen as. Pillian voelde zijn hele lichaam tintelen. Het was net alsof kleine beestjes zich bewogen onder zijn huid. “Je wonden worden geheeld. Over een kleine tien minuten zijn de sterren klaar met hun werk, denk ik zo.” Lirara stond op en stopte haar toverstaf weer in haar zak. Ze riep Duviel. “Duviel! Kom je Pillian even gedag zeggen?” Pillian hoorde kleine voetstapjes in zijn richting komen. Duviel zou wel een duiveltje zijn. Hèt duiveltje, of een duiveltje? Al snel zag hij twee rode horentjes de hoek om komen. Het kleine beestje rende naar hem toe en sprong op zijn schoot. “Hallo Pillian. Ik ken jou.” Het duiveltje glimlachte en keek Pillian met stralende oogjes aan. “Jij bent... jij bent dat duiveltje die mij wilde helpen!” Hij schrok er even van. Lirara en Jornillian hadden dus al meerdere pogingen gedaan om hem te helpen. “Dat ben ik! Maar gelukkig hebben mijn meester en meesteres jou toch nog kunnen helpen.” Duviel kroop dichter naar Pillian toe en liet zijn hoofdje rusten tegen de buik van Pillian. Het beestje ademde rustig en gromde zachtjes. “Hij is wel lief zeg.” Pillian knikte naar Duviel. “Ja, hij is heel trouw. Het liefste duiveltje ter wereld hoor, en de betrouwbaarste.” “Dat geloof ik maar al te graag. Maar wanneer houdt dat gekrioel onder mijn huid eens op? Ik word er gek van.” “Geduld hebben. Anders loop je straks rond met open wonden. Dit is de beste en snelste manier.” -------- Commentaar? Kritiek? En daar is Duviel. ![]() Laatst gewijzigd op 27-06-2004 om 11:21. |
![]() |
||
Citaat:
|
![]() |
|
Hee meis, weer een fantastisch stukje
![]() ![]() Maar ja, dat werken was ik gewoon overheen gelezen, zie de zin die Grim zei: Over een kleine tien minuten zijn de sterren klaar met hun werken denk ik zo. Dat moet worden: Over een kleine tien minuten zijn de sterren klaar met hun werk, denk ik zo. of: Over een kleine tien minuten zijn de sterren klaar met werken, denk ik zo. ![]() en Duviel is sweeet ![]()
__________________
Een engel kuste mij, dus is mijn rust voorbij.
|
![]() |
||
Citaat:
![]() ![]() ![]() ![]() wneer komt het vervolg ![]()
__________________
Een engel kuste mij, dus is mijn rust voorbij.
|
![]() |
|
Leuk vervolg! Tekeningetje is ook grappig.
![]() Wat ik wel een beetje jammer vond: - Het stuk dat Pillian daadwerkelijk door dat kleine gaatje moet gaan laat je nu eigenlijk weg. Ben benieuwd hoe dat ging. - Zijn broer red hem zijn leven en (waarschijnlijk) hebben ze elkaar erg lang niet meer gezien: geeft Piel hem een schouderklopje... Na... kan dat er nog af? ![]() Voor de rest vind ik het een prima vervolg + heb ik zin in het vervolg! Jeej, Nederland wint na penalty's..!
__________________
De dokter zei: 'volgens mij ben je schizofreen.' Maar wij denken van niet.
|
Advertentie |
|
![]() |
|
|
![]() |
||||
Forum | Topic | Reacties | Laatste bericht | |
Verhalen & Gedichten |
Schrijven in een ruk door, of? Tovenaar | 23 | 19-05-2005 21:43 | |
Verhalen & Gedichten |
Letteren vakantie foto-topic! SiemdeCyper | 500 | 24-09-2004 14:54 | |
Verhalen & Gedichten |
[verhaal] Detective? duivelaartje | 35 | 24-08-2004 01:17 |