11 Btw bij verkrijging van onroerende zaken en rechten waaraan onroerende zaken zijn onderworpen
Maatstaf van heffing en tarief, 8 en 9 Wet OB
Als een vergoeding voor meerdere prestaties is moet die worden gesplitst, tenzij er een hoofdprestatie en bijkomende prestaties zijn (HvJ 25 feb 1999). De Ovb gaat uit van objectieve waarde in het economisch verkeer, de OB van subjectieve vergoeding.
Bouwrente is onderdeel van de koopsom, rente wegens te late betaling na levering niet, uitstelrente wel, een boete heeft geen invloed. Art. 5 Uitv.besl en 8 lid 5 OB.
Besluit 19 april 2007: notarisafrekening is geen factuur. Wel als OB in de akte van levering wordt vermeld.
Als er wordt nageheven bij ten onrechte opteren voor belaste levering, dan wordt nageheven van de koper, 12a OB.
Art, 15 lid 4: belaste en onbelaste prestaties: aftrek naar rato.
Herziening van te veel of te weinig afgetrokken voorbelasting (art. 13 lid 2 en 13a Uitv.besch. OB)
Voorbeeld: O krijgt 1 maart een pand belast en levert op 1 november onbelast. Van het lopende boekjaar resteerden nog tien maanden, waarvan acht gebruikt voor belaste prestaties. Herziening voor 82% van de OB.
Voorbeeld: O koopt 1 juni 1990 belast en levert op 30 september 1995 onbelast. Herziening is 4,25*10%.
HvJ 14 juli 2005, CT-arrest
- Privégebruik heeft egen invloed op aftrekbaarheid.
- Wel van invloed is of een goed bestemd is voor ondernemings- of privévermogen.
- De ondernemer mag kiezen: privé, onderneming of gemengd.
- Als hij bedrijfsvermogen kiest is er algehele en onmiddelijke aftrek.
- Het privégebruik wordt dan belast naar de mate van de daaraan toe te rekenen uitgaven. 4 lid 2a OB en 5a Uitv.besch.
Voorbeeld: Koop recreatiebungalow voor 119.000 incl. Twee belastbare feiten:
- verhuren (ze zijn btw-ondernemers), niet vrijgesteld
- 4 lid 2a OB: privégebruik is interne dienst.
Maatstaf en heffing:
- Over de huurinkomsten tijdvaksgewijs
- Bij privégebruik per 31 dec. 20% van 100.000. 2.000 per jaar, dus €380 per jaar.
Aftrek:
- alles (19.000)
Deels zakelijk deels privé
- Dan is alleen het verhuurdeel (80%) bedrijfsvermogen, aftrek voor 80%, en het privégeb ruik blijft onbelast.
Art. 31 OB
Het niet-leveringsbeginsel, op grond van Btw-richtlijn en HvJ Zita Modes Sarl.
- nooit belast met OB
- nooit herziening
- geen optie voor belasting
- de lopende herzieningstermijn wordt voortgezet door de koper
Art. 31 is alleen van toepassing als een onderneming of een onderdeel daarvan wordt overgedragen. Niet alleen de overdracht van een verhuurd pand.
Fiscale eenheid. 7 lid 4 OB
- één aangifte
- geen onderlinge btw-prestaties
Voorwaarden: in Nederland en financieel, organisatorisch en economisch verweven.
Ondernemerschap
- Activiteit in het economisch verkeer = verrichten van prestaties tegen een vergoeding. Een houdstermaatschappij is geen ondernemer.
- Zelfstandigheid in economisch en maatschappelijk opzicht
- Duurzaamheid/meer dan incidentele activiteiten.
Ook publiekrechtelijke lichamen kunnen ondernemer zijn, als ze handelen onder hetzelfde juridische regime als particulieren. Tot 01-01-06 was de levering van onroerende zaken een fictie van ondernemerschap, nu valt het onmiddellijk onder art. 7 OB.
Ruim leveringsbegrip, zie 3 en 3a OB. Voor belastbaarheid is noodzakelijk dat de levering geschiedt door een ondernemer als zodanig in Nederland, en de levering is niet vrijgesteld.
- Overgang macht om als eigenaar te beschikken (3-1-a): zodra een ondernemer de beschikkingsmacht over een tot zijn ondernemingsvermogen behorende zaak verliest.
o Civielrechtelijke overdracht: onder bezwarende titel, als eerst economisch wordt geleverd en daarna juridisch is er geen belastbaar feit, het goed heeft het ondernemingsvermogen nl al verlaten.
o Overdracht van beschikkingsbevoegdheid in obligatoire zin: wanneer is voor de OB sprake van overgang van economische eigendom? Volgens de HR zijn contractuele beperkingen relevante omstandigheden. De bewijslast rust op de inspecteur.
- Oplevering door de aannemer/opdrachtnemer (3-1-c). Het moment van opleveren is wanneer de feitelijke macht wordt overgedragen en het risico van tenietgaan. De kwalificatie levering brengt mee dat aanneming van werk geen dienst is. Er kan dus herzien worden en 13 WBR kan van toepassing zijn. Bouwrijp maken is ook een levering (vervaardiging). Het omploegen van een weiland tot bollengrond is geen levering.
- Vordering door de overheid (3-1-d)
- Natrekking (3-1-f): (aankoop van tuinhuisje en afspraak het huisje te plaatsen worden als één prestatie (levering) aangemerkt).
- Beperkte rechten (3 lid 2)
- Onttrekkingen anders dan voor bedrijfsdoeleinden (3-3-a): ook interne levering als bedrijfspand van eenmanszaak naar privé gaat.
- Vervaardiging in eigen bedrijf/integratieheffing (3-3-b). Ratio is het tegengaan van concurrentieverstoring. De verschuldigdheid ontstaat niet op het moment van vervaardiging, maar bij ingebruikneming.
- Bedrijfsbeëindiging zonder vervreemding (3-3-c)
- Levering via de veiling (3-5). Veilinghouder kan btw aftrekken. Het verschil tussen beide koopprijzen is zijn provisie. Bij een vrijwillige veiling verkoopt de eigenaar, bij een executoriale veiling wordt als leverancier aangemerkt de geëxecuteerde. Tenzij geen ondernemer etc.
Het begrip onroerende zaak
Is een communautair begrip, criterium: al dan niet eenvoudig verplaatsbaar. Volgens de civielrechtelijke jurisprudentie zijn drijvende steigers, zeecontainers, stacaravans en portacabins gemakkelijk verplaatsbaar. Voor de OB zijn zij roerend, maar voor de Ovb onroerend.
Van rechtswege belaste levering, 11 lid 1-a-1 OB
Belast als het gebouw nieuw is, en bij een bouwterrein. De peildatum is het moment van de levering, feiten van daarvoor of daarna tellen niet mee.
Een gebouw is ieder bouwwerk dat vast met de grond is verbonden constructies (ook bruggen etc). De complexbenadering is afgewezen. Een zee- of rivierdijk kan ook een bouwwerk zijn.
Van ingebruikneming is sprake zodra feitelijke handelingen worden verricht, ook als de eindbestemming pas later wordt verwezenlijkt.
Van vervaardigen is volgens de HR sprake als er een nieuw gebouw tot stand wordt gebracht dat er voordien niet was. Verandering van de functie is wel een omstandigheid, maar niet doorslaggevend. Als het uiterlijk ongewijzigd blijft kan van vereenzelviging geen sprake meer zijn. Het uitvoeren van sloopwerkzaamheden is op zichzelf geen verbouwing. Slopen zal wel leiden tot een bouwterrein, als de sloop erop gericht is de weg voor bebouwing van het terrein vrij te maken. Bewerkingen aan de geleverde grond (opspuiten met zand) valt ook onder lid 4. Als ttv de levering een bouwvergunning is afgegeven is sprake van een bouwterrein, zowel de eerste als tweede fase bouwvergunning moet zijn verleend. De landbouwregeling is niet van toepassing bij de levering van een bouwterrein door een landbouwer.
Opteren voor belasting, 11 lid 1-a-2
Door een gezamenlijk verzoek vóór de levering, de beschikking hoeft niet afgewacht te worden. In art. 6 Uitv.besch. OB staan voorwaarden. Besluit 8 jan 2004: ingeval in het boekjaar van levering de onroerende zaak nog niet in gebruik is genomen, brengt dit niet mee dat de vrijstelling niet buiten toepassing blijft. Goedgekeurd wordt dat het verzoek tot belaste levering wordt gedaan voor een gedeelte van een onroerende zaak, dat een afzonderlijk geheel is.
Door het opteren treedt de verleggingsregeling in werking, zie 24ba Uitv.besl. jo. art. 12 lid 4 OB.