Registreer FAQ Ledenlijst Berichten van vandaag


Ga terug   Scholieren.com forum / Kunst & Cultuur / Verhalen & Gedichten
Topic gesloten
 
Topictools Zoek in deze topic
Oud 03-08-2005, 20:57
Ieke
Avatar van Ieke
Ieke is offline
Zijn Openbare Vervoering

Er stond een man op het perron, in een lange, veel verbergende bruine overjas. Een trein kwam aanrijden, stopte. De man stapte niet in. Wat deed iemand, die niet op doorreis was, op een station? Het was immers niet één van de warmste zomerdagen. Niemand keek naar de man om, eenzaam stond hij daar, trein na trein reed hem voorbij. Als iemand erop zou hebben gelet, zou hij hebben gezien dat de man weldegelijk bij iedere trein aarzelde. Een voet die weifelend voor de andere werd gezet. Het was echter alleen zijn voet, zijn lichaam deed niet mee, keek als versteend toe, hoe de zoveelste trein zijn perron verliet…

Een treinreis was al wat hem scheidde van zijn dromen. Een treinreis was alles wat hem restte om dat zwart weg te krijgen. Donkere wolken langs een hemel die langzaamaan de laatste stralen van de zon wegduwde. Een voet ging naar voren. Maar al wat hem nog wachtte aan het eind van de reis, was nog zo’n perron. Leeg. Geen droom die daar meer verbleef. Zijn voet schoof weer terug naast de andere. Teleurgesteld was hij die niet meer kon vinden wat ooit hem had gevonden…

Louis, een veerkrachtig ogend persoon in kleren die een blik op een goed onderhouden, gespierd lichaam toelaten, stapt door de schuifdeuren van het station. Eén blik op de klok is voor hem voldoende om te weten op welk perron hij op welk tijdsstip een trein naar zijn favoriete bestemming kon verwachten. De weg die hij al zovele malen heeft afgelegd, legt hij ook nu weer af met een even zo groot genoegen als alle andere keren. De trein staat uitnodigend op perron 4 te wachten, het is twaalf uur en de trein zal over twee minuten vertrekken.
Hij stapt op zijn gemak in en zoekt een tweezitplaats in een rustige omgeving op. Hij zou er, zo in z’n eentje in een redelijk gevulde trein, nooit aan denken om alleen een vierzitplaats op te zoeken. Hij weet hoe storend het is voor grotere gezelschappen om te zien hoe iedere vierzitter in de coupé bezet is door één persoon, waardoor ze zich moeten verspreiden op de overgebleven banken. Bovendien vindt hij het wel handig om een open te klappen tafeltje in de stoel voor zich te hebben.
Eenmaal neergezegen, overdenkt hij nog eens het geluk waar hij de afgelopen maanden van heeft mogen proeven. Zij, Sarah, is in haar leven geslopen, en sindsdien kan het voor hem niet meer stuk. Iedere week weer reist hij naar die andere stad, waarna een dag vol liefde zich voor zijn ogen afspeelt. De trein zet zich in beweging, en Louis hervat zijn overpeinzingen. Hij kan het nog niet bevatten, ergert zich soms zelfs aan het feit dat hij wel lijkt te dromen, als hij dat lieve meisje op zijn schoot heeft. Hij wil het zo echt mogelijk meemaken, het geluk van ieder moment in zich opzuigen, en uitademen in haar oren, tezamen met de lieve woordjes die aan zijn lippen ontsnappen. Hij houdt zielsveel van haar, heeft alles voor haar over, hoe cliché dat ook klinkt. Sommige mensen zeggen dat leven ‘voor iemand anders’ niet gezond is, dat je er uiteindelijk aan kapot kunt gaan. Hij heeft daar nooit iets van gemerkt. Hij voedt zich met haar blijdschap, zij met de zijne. Punt.
De trein komt na ongeveer 18 minuten tot stilstand. Rustig maakt hij zich los van zijn comfortabele plaats aan het raam, en vertrekt richting perron. Alles in een heerlijk relaxed tempo, als ware het volgens het ritme van zijn leven, zo rustig kabbelend voltrekt alles nu aan zijn ogen. En niet alleen nu, al tijden is hij high zonder drugs of alcohol. Helder, dat wel, maar toch in een waas. Leven in de wolken, zoals men dat zo mooi placht te zeggen, maar tegelijkertijd overzicht behoudend vanaf die grote hoogte waar hij zweeft.
Louis loopt langzaam doch gretig op zijn doel af; het plein voor de stationshal. Haast is niet nodig, zijn meisje komt altijd vijf minuten later met de bus aanrijden. Terwijl hij de stationshal oversteekt, ziet hij door de glazen voorkant van het station al dat het een beetje miezert. Geen nood, met een jas aan is dat alleen maar lekker, in de bui waarin hij nu verkeert. Hij gaat op één van de stenen rondom de taxistandplaats zitten en kijkt uit over de plek waar de bussen aankomen en passagiers lossen. Z’n meiske is er nog niet, maar ach, de vijf minuten zijn nog niet om…
Als na vijf minuten een bus uit haar wijk bij de standplaats tot stilstand is gekomen, ziet hij tussen het dozijn mensen dat uitstapt, niet het langharige, kleine meisje verschijnen waar hij zo naar verlangt. Ach, zij heeft ook wel eens op hem moeten wachten, toen hij een trein had gemist. Meerdere keren is dat zelfs gebeurd.
10 minuten later, als hij toch maar eens zijn benen gaat strekken, verkild door de regen, ziet hij een tweede bus uit haar wijk arriveren. Dit keer stapt er voorzichtig een tenger figuurtje uit. De manier waarop ze loopt, geeft hem een akelig gevoel. Het lijkt van dit tiental meters afstand al of ze wat vermagerd is. Ze loopt door, zonder echt naar hem te kijken. Pas als ze voor hem staat, ziet ze hem recht in de ogen. Bloeddoorlopen zijn de hare. Slapeloze nachten? Dit is niet wat het internet hem de afgelopen week van haar liet zien. Ze pakt aarzelend zijn hand, begeleidt hem niet terug naar de bussen of één van de perrons, om naar één van hun huizen te gaan, maar loopt recht op de stationsrestauratie af. Louis is lichtelijk verrast, maar laat zich meevoeren. Eenmaal gezeten aan een tafeltje op het terras kijken die bloeddoorlopen ogen hem nog eens aan. Schuchter wil ze een paar woorden uitbrengen, maar het lukt haar niet. Brokken wegslikkend uit haar keel, zit ze daar tegenover hem. Treurig, gespannen, gelaten, dan weer gespannen. Berusting om haar lot altijd gespannen te moeten zijn. Berusting na de beslissing die ze schijnbaar genomen heeft. Doch, als het kwade in iemands leven een sleur vormt, betekent dat niet dat diegene zich daar altijd tegen kan weren. Louis ziet het meisje voor zich verschrompelen, bij wijze van spreken. Als haar lichaam werkelijk haar geest zou vertegenwoordigen, zou er nu een iel poppetje op het tafelblad hebben gelegen.
Tranen lopen ondertussen over haar wangen, huilerig vertelt ze dat ze hem niet meer aankan. Louis, nog niet geheel doordrongen van de strekking van wat ze zei, is alleen nog maar verbaasd. Hoe kan hij nu een blok aan haar been zijn? Ze kijkt hem machteloos aan. Probeert nog één keer duidelijk te maken dat iedere spanning haar teveel is, ook die van de liefde. Het lukt hem niet om dat te vatten. Het lukt hem simpelweg niet om zich een weg te banen door al deze verliefde gedachtes die zich de afgelopen tijd in zijn hoofd hebben gevormd, een weg naar begrip.
Zijn leven is simpelweg verdwenen. Zijn fantasiewereldjes, waar hij zich voor de ontmoeting met haar in verborg, zijn allemaal allang verdwenen: hij leest geen boeken meer, zijn gameverslaving heeft hij al tijden opgegeven om aan zijn sociale contacten te kunnen werken, zijn sociale contacten verwaarloosde hij zelfs voor dat ene contact, dat hem nu in de steek laat…

Ze is weg en hij zit nog aan tafel. Ze is weg, maar hij was er voor haar, dus hij is ook weg. Hij zit dus ook niet aan die tafel. Hij is weg, moet alleen nog van dat lichaam af. Geen geestloos lichaam. Geen levenslang lijden. Geen hunkering naar wat kapot is. De trein zal hem helpen, zoals deze hem eerder ook steeds hielp.

Bij de laatste trein, diep in de nacht, nam hij een beslissing. Hij verplaatste zijn voet, de andere volgde. De lichten van de trein werden feller, al naargelang zij het station naderden. De man keek voor één keer op, keek om zich heen, zag wat al duizenden malen gezien was. Voor hem echter had wat hij zag een heel andere betekenis. Zijn enige toeschouwer was een oud vrouwtje, zittend op een bankje, waarschijnlijk op de terugreis van een uitgelopen familie bezoek, zo dacht de man. De lichten van de trein vulden de nacht, gedender vulde lucht die overdag al andere geluiden met zich meedroeg. De man hoefde nu geen moeite meer te doen om zijn voeten de weg te laten vinden. Hij rende nu.

Een oude vrouw op een station als alle andere stations, zag wat zij nooit meer had willen zien. Waar de man was neergekomen, waren nu de lichten van de trein, heller, als ware ze gevoed met levensenergie. Lichten die de vrouw deden huiveren.

En de man, hij zag voor het eerst weer een licht, wat betreft felheid gelijk was aan treinlichten, maar qua sfeer mooier was dan alles wat door aardse energie werd gevormd. Een weldadige extase ontdeed hem van de laatste dingen die hem te zwaar hadden gemaakt om op te stijgen. Vervoering bracht hem daar, waar die treinreis hem ooit kon brengen.
__________________
Al is de reiziger nog zo snel, de ns vertraagt hem wel.
Advertentie
Topic gesloten


Regels voor berichten
Je mag geen nieuwe topics starten
Je mag niet reageren op berichten
Je mag geen bijlagen versturen
Je mag niet je berichten bewerken

BB code is Aan
Smileys zijn Aan
[IMG]-code is Aan
HTML-code is Uit

Spring naar

Soortgelijke topics
Forum Topic Reacties Laatste bericht
Verhalen & Gedichten Stem op het beste verhaal uit de verhalenwedstrijd!
Ieke
176 26-08-2005 15:28


Alle tijden zijn GMT +1. Het is nu 16:25.