kwakzalverij
eh..
De bloesemtherapie, meer in het bijzonder de Bach-bloesemtherapie - geïntroduceerd door de Engelse arts, chirurg, bacterioloog en homeopaat Edward Bach (1886-1936) - werkt principieel anders. Bij de bereiding van bloesemextracten of bloesemremedies speelt niet een stoffelijke substantie een hoofdrol, maar worden de vier elementen waaruit alles in onze wereld is opgebouwd - aarde, water, licht en vuur - bij elkaar gebracht in de vrije natuur: de bloembladen van een bepaalde plant worden in een kom met bronwater gedaan en temidden van de planten waarvan de bloembladen zijn geplukt op de aarde gezet en enkele uren aan zon en licht blootgesteld. Er vindt nu geen overdracht of verdunning van materie plaats, alleen van zuivere levensenergie. Deze manier van potentiëren (de 'zonnemethode') is door Dr. Bach in 1930 ontdekt en ontwikkeld (een uitbreiding hiervan is de 'kookmethode', waarbij delen van planten, meestal van bomen, niet aan de warmte van de zon worden blootgesteld, maar aan de hitte van het vuur van een fornuis).
Men zou kunnen zeggen: het energetische patroon van de plant, dat zijn hoogste en zuiverste vorm aanneemt in de bloem, deelt zich in het proces van zonnepotentiëring mee aan het medium water. Dit gepotentieerde water is de moedertinctuur (ter conservering wordt een gelijke hoeveelheid cognac toegevoegd). De levenskracht (het energetisch patroon) van een bloesemremedie is niet onderhevig aan de wet van de polariteit en heeft dan ook maar één werking: het negatieve wordt niet verdreven, er is alleen de positieve, genezende werking. Deze grijpt in op een bovenlichamelijk niveau, op de gemoedsgesteldheid van de mens, waar de eigenlijke oorzaak van veel ziekten ligt. Dr. Bach zei dan ook: behandel niet de ziekte, maar de mens (d.w.z. zijn innerlijk).
|