|
Index
1. Biografie
• Thomas Alva Edisons Eer
2. Edison’s uitvindingen
• Distributienet voor elektriciteit
• Elektrische automatische starter voor Henry Fords T-Ford
• Filmtechnologie
• Kinetograaf
• Kinetoscoop
• Edison effect
• Nikkel-ijzeraccumulator
• De Edison Storage Battery
• Tasimeter
• Gloeilamp met koolstofdraad
• Duplicator
• Een verbeterde telefoon volgens het lokaal-batterijsysteem
• Koolmicrofoon
• Fonograaf
3. De Gloeilamp
a) De uitvinder
b) Een beetje geschiedenis
c) De gasverlichting
d) De booglamp
e) De gloeilamp nu
4. Het nut van zijn uitvindingen?
5. Bronvermelding
1. Biografie
Voordat Thomas Alva Edison op 84 jarige leeftijd overleed, had hij 1093 uitvindingen gepatenteerd.
Daaronder waren een paar van de meest nuttige en handige ooit ontworpen zoals de projector, de gloeilamp en de alkalische batterij. Velen noemen hem de grootste uitvinder die ooit geleefd heeft.
Edison werd geboren op 11 februari 1847, in Milan, Ohio (USA).
Iedereen noemde hem Al in plaats van Tom of Tommy. Toen hij zeven jaar was, verhuisde het gezin naar Port Huron, Michigan. Toen hij twaalf was werd hij krantenjongen. Hij verkocht kranten, broodjes, fruit en snoep aan treinreizigers. Gedurende deze periode kwam ook aan het licht dat hij gedeeltelijk doof was.
Edison was erg geïnteresseerd in telegrafie en hing vaak rond bij de telegraafkantoren van de treinmaatschappij. Toen hij de zoon van de stationschef van Mount Clemens redde, die bijna werd geraakt door een losgeraakte wagon, kreeg hij als beloning wat gratis telegrafielessen. Spoedig werd hij erg handig met de punten en strepen in Morse.
Op 16-jarige leeftijd kreeg hij zijn eerste baantje als telegrafist in Port Huron. Zijn doofheid weerhield hem er niet van om de telegraaf te bedienen en de klikken te horen. Edison beweerde dat het hem hielp om de herrie van de telegrafiekamer weg te bannen.
Gedurende 5 jaar was Edison een reizende telegrafist, en reisde door het middenwesten van het ene baantje naar het andere. Toen hij 20 jaar werd was hij één van de snelste telegrafisten in de regio.
Tegen 1868 was Edison een fulltime uitvinder. Hij vroeg patent aan op een verbeterd instrument voor de handelsbeurs en daardoor kreeg hij aardig wat geld. Hij en twee vrienden openden een bedrijf in Newark, New Jersey, om brandalarmen, inbraakalarmen en elektronische apparaten voor het gebruik van de telegraaf te maken. Spoedig had hij 300 mensen in dienst die aan 50 uitvindingen werkten.
In Newark ontmoette Edison, Mary Stillwell. Ze trouwden in 1871.
In 1876 verhuisden Edison en zijn partner hun werkplaats naar Menlo Park, New Jersey. Het volgende jaar ontwierp hij met succes de platenspeler en de koolstofzender van de telefoon.
De platenspeler was de favoriete uitvinding van Edison. Hij noemde het de pratende machine en gaf meer dan 3 miljoen dollar uit voor de ontwikkeling. Het bestond uit een cilinder bedekt met blikfolie. Een scherpe punt drukte tegen de cilinder. Aan die punt zat een dunne schijf in een ontvanger vast, waar vibraties werden omgezet van elektrische tot akoestische signalen of omgekeerd en ook nog een groot mondstuk. De cilinder werd met de hand rondgedraaid als de operator in het mondstuk sprak (of hoorn). De stem liet de schijf vibreren. Terwijl dat gebeurde, maakte de scherpe punt een lijn in de folie.
Veel mensen wisten dat Edison niet goed kon horen. Hij ontving vele brieven van mensen die aan hetzelfde leden, en men vroeg hem een hoorapparaat te ontwikkelen. Edison liet twee assistenten werken aan zijn aurofoon, maar daar kwam niets uit.
Dokters stuurden Edison brieven en boden hem aan zijn doofheid te genezen. Hij weigerde altijd. Een eerdere poging had gefaald, het was er alleen maar erger door geworden.
In 1879 vond Edison met succes de gloeilamp uit.
Terwijl Edison aan zijn doel werkte dacht hij aan 3000 mogelijkheden . Gedurende een jaar testte hij gloeidraadjes in de bol, die brandden en gloeiden zonder te smelten als de electiciteit er door ging. Eindelijk bleef hij bij een katoenen draad in koolstof gerold en gebakken. (Later werd bamboe gebruikt, en uiteindelijk bleef men bij een tungsten draad).
Edison zoog de bol vacuüm, bracht er een draadje in aan en liet er elektriciteit door heen gaan. De bol brandde 40 uur en de test werd een succes verklaard.
Edison liet 100 mensen werken aan knoppen, onderdelen, bollen, isolatie en aanverwante artikelen. Een dynamo werd ontwikkeld om elektriciteit op te wekken.
In 1882 werkte zijn eerste commerciële elektriciteitscentrale.
In 1884 overleed de vrouw van Edison. Hij hertrouwde twee jaar later.
Een nieuw laboratorium werd geopend in West Orange, New Jersey , in 1887. Hier ontwierp hij de filmcamera (kinetograaf) en projector (kinetoscoop). Het was 1891. Dat waren de eerste praktische modellen.
De kinetoscoop was een klein soort doos, voor een soort gluurshow . In de doos werd de film geprojecteerd en werd door een persoon per keer bekeken door een gat in de bovenkant. Iemand anders vond een projector uit waardoor een hele zaal de film kon zien. Twintig jaar later construeerde Edison met succes een kinetograaf dat een scherm had dat in verbinding stond met een fonograaf: een vroege versie van pratende plaatjes.
Edison overleed op 18 oktober 1931 en werd begraven in Orange, New Jersey.
In 1960 werd hij verkozen, door de Universiteit van New York, tot een van de Befaamde Grote Amerikanen. Zijn laboratorium en zijn nabij gelegen huis werden allebei tot Nationaal Historisch gebied verklaard. Paperassen en vroege modellen van uitvindingen zijn hier tentoongesteld en verder is alles zoveel mogelijk in de originele staat gelaten.
Laatste woorden: "It's very beautiful over there.”
• Thomas Alva Edisons Eer
Edisons eer is bijna net zo groot als het aantal uitvindingen. In 1878 werd hij ridder van het Legioen van de Eer. In 1892 kreeg hij de Albert Metal van de Samenleving van Kunst uit Groot-Brittanië. In 1928 kreeg hij de Congressionele Gouden Medaille voor "Ontwikkeling en in werking stelling van uitvindingen die een revolutie veroorzaakten in de vorige eeuw".
2. Edisons uitvindingen
• Distributienet voor elektriciteit
1881 Ontwikkeling van een distributienet voor elektriciteit door Edison
• Elektrische automatische starter voor Henry Fords T-Ford
• Filmtechnologie
1889 – 1895
Thomas Edison (rechts) werkt samen met George Eastman aan een filmcamera. Naast de gloeilamp, de fonograaf en de elektrische centrale voor openbare verlichting ontwikkelde Edison de filmtechnologie en later gesynchroniseerde films met opgenomen geluid. Zo maakte hij primitieve 'talkies', sprekende films.
• Kinetograaf
1887-1891 Filmcamera
• Kinetoscoop
1897-1891
• Edison effect
1883 de stroomovergang in vacuüm tussen een gloeidraad en een metaalplaat, welke ontdekking van belang was voor de ontwikkeling van de elektronenbuizen.
• Nikkel-ijzeraccumulator
1914
• De Edison Storage Battery
1888
• Tasimeter
Het apparaat is vooral bedoeld om uiterst kleine verschillen in lichaamstemperatuur waar te nemen om daarmee mogelijke ziekten vroegtijdig op te sporen – én voor schepen om op tijd ijsbergen waar te nemen. De tasimeter neemt temperatuurverschillen tot op een miljoenste graad waar.
• Gloeilamp met koolstofdraad
Edison ontwikkelt een gloeilamp met koolstofdraad 1879
• Duplicator
1890
• Een verbeterde telefoon volgens het lokaal-batterijsysteem
1878
• Koolmicrofoon
1876 Een koolmicrofoon werd in oude telefoontoestellen gebruikt. Tot het jaar 2000 werden deze nog wel gebruikt.
De microfoon bevat koolstofpoeder. Aangezien koolstof een elektrische stroom geleid, loopt er een klein stroompje door de microfoon als er een spanning op wordt gezet. Door er tegen te praten wordt het poeder wat ingedrukt door de geluidsgolven en verandert de sterkte van het stroompje door de microfoon.
Als zo'n microfoon het niet helemaal goed deed, kon je ermee ergens tegenaan slaan, om zo het koolstofpoeder wat los te kloppen.
• Fonograaf
Een fonograaf is de voorloper van de inmiddels ook weer achterhaalde grammofoon. De fonograaf werd gepatenteerd door Thomas Alva Edison op 19 februari 1878 en voorzag in de eerste mogelijkheid om geluid op te nemen en weer af te spelen.
3. De gloeilamp
Een gloeilamp is een lamp van glas waarin licht geproduceerd wordt door een gloeidraad. Door de gloeidraad zal bij het aansluiten van een spanning stroom gaan lopen, waardoor deze heet wordt en licht gaat uitstralen. De gloeidraad bestaat uit het materiaal wolfraam of heel vroeger (alleen in de begintijd van de gloeilamp) uit koolstof. Het glas van een gloeilamp is niet veel dikker dan een vel papier. Toch is het glas bestand tegen enige druk. Dit komt door de sterke vorm waarin het glas geblazen is.
De elektrische weerstand van de gloeidraad (afhankelijk van dikte en soort materiaal) wordt zodanig gekozen dat deze niet te heet wordt bij de aanbevolen elektrische spanning. De elektrische weerstand van een gloeidraad bestaande uit wolfraam is in koude toestand maar een paar tot enkele tientallen Ohm en wordt direct na het aansluiten van de spanning onder invloed van de ontwikkelde warmte enkele honderden tot duizenden Ohm. Bij het aanschakelen van een gloeilamp ontstaat daardoor een stroompiek, wat vaak de oorzaak is van het doorbranden van de gloeidraad als deze al een dunne plek bevatte.
Dat de gloeidraad door het gloeien niet verbrandt, komt doordat in de glazen bol waarin de gloeidraad zich bevindt, geen of zeer weinig zuurstof meer aanwezig is. In de open lucht verbrandt een gloeidraad van de gemiddelde lamp binnen een seconde na het aansluiten van de spanning. Ook in een gewoon brandende gloeilamp verdampt het materiaal van de gloeidraad heel geleidelijk door de verhitting en slaat neer op de binnenkant van de glazen ballon, die daardoor donkerder wordt.
a) De uitvinder
Als je aan iemand vraagt wie de lamp uitgevonden heeft krijg je zeker als antwoord: Edison. Eigenlijk is dit niet helemaal de waarheid. Voordat Edison met zijn lamp op de markt kwam waren er al lampen. Het verschil met de andere lampen was dat de lamp van Edison een langere levensduur had. De lampen van de andere uitvinders brandden eigenlijk niet lang genoeg om ze te kunnen verkopen. Edisons lamp was echter wel rijp voor de verkoop.
b) Een beetje geschiedenis
Tot ver in de Middeleeuwen maakte de mens voor verlichting gebruik van eenvoudige olielampjes. De olie werd geperst uit zaden. Later ontdekte men dat uit het vet van runderen en schapen kaarsen gemaakt konden worden.
Het gebruik van petroleum in de negentiende eeuw leidde tot een betere verlichting met eenvoudiger lampen. In de negentiende eeuw kwam ook gasverlichting in gebruik.
Op het einde van de negentiende eeuw werd de booglamp uitgevonden en in 1879 vervaardigde Edison een bruikbare gloeilamp. Deze lamp zou langzamerhand alle andere vormen van verlichting verdringen.
c) De gasverlichting
De gasverlichting werd aan het eind van de achttiende eeuw uitgevonden. Eerst werd de vlam zelf als lichtbron gebruikt, later werd de vlam gebruikt om een onbrandbaar materiaal te verhitten, waardoor dit ging gloeien. Gaslampen waren in de negentiende eeuw veel in gebruik, maar verdwenen geleidelijk na de invoering van het elektrische licht.
d) De booglamp
De eerste elektrische lamp was de booglamp, waarin het licht werd opgewekt door een elektrische ontlading tussen twee elektroden. Het licht van de booglamp was onaangenaam fel.
e) De gloeilamp nu
Nu is Philips de maker van de gloeilamp en andere uitvindingen van Thomas Alva Edison. Philips maakt o.a. lampen, huishoudelijke apparaten, radio-, televisieapparatuur en andere elektronische apparaten. Philips startte als klein bedrijfje met een paar honderd man en groeide uit tot een bedrijf met in 1970 359.000 werknemers waarvan er in Nederland 98.000 mensen werkten. Ook maakt Philips veel winst en omzet. In 1970 was de omzet 15.070 miljoen waarvan 446 miljoen winst was.
4. Het nut van zijn uitvindingen?
Vele van de talrijke uitvindingen van Edison (ca. 2500 patenten) waren niet geheel oorspronkelijk. Edisons grote verdienste ligt mede in het feit dat hij vroegere ontdekkingen praktisch bruikbaar wist te maken.
Edison heeft dus eigenlijk reeds uitgevonden dingen, heruitgevonden tot praktisch bruikbare dingen. Dit is natuurlijk van niet te verwaarlozen belang.
Dankzij zijn uitvindingen kunnen we nu profiteren van heel wat dingen die we vanzelfsprekend vinden (elektriciteit, verlichting, telefoon, …). Hij heeft dus ons leven gemakkelijker gemaakt.
Op wetenschappelijk gebied mag je zijn Edison effect zeker niet vergeten.
Het heeft wetenschappers lange tijd beziggehouden en uiteindelijk is Robert von Lieben erin geslaagd het effect ter versterking van telefoniestromen praktisch te benutten.
Door deze doorbraak, trad er een geluidsverbetering op. Dit maakte de plaat populairder dan ooit en al gauw begon de Amerikaanse industrie zich te interesseren in deze nieuwe techniek. De Europese industrie volgde pas later.
5. Bronvermelding
• Encarta® - Encyclopedie 2005 - Winkler Prins Microsoft® Corporation Elsevier®
• Wikipedia.org – De vrije encyclopedie
• Prisma woordenboek Nederlands. Uitgeverij: Het Spectrum B.V. ©1999
• Van Dale GROOT WOORDENBOEK der NEDERLANDSE TAAL
Uitgeverij: ’s Gravenhage Martinus Nijhoff ©1970
• Vragen over wetenschap: Energie. Auteur: S. & A. Morgan. Uitgeverij: Artis-Historia ©1997
|