Met simple present wordt de gewone tegenwoordige tijd van een werkwoord bedoeld. De present continuous wordt gevormd door een tegenwoordige tijdsvorm van to be, het hele werkwoord plus -ing, bijvoorbeeld: It is raining, They are playing.
Je gebruikt een continuous om acties weer te geven die nu aan de gang zijn en ook weer zullen eindigen, om tijdelijke situaties of acties aan te geven, om vervelende gewoontes weer te geven en om formeel geplande activiteiten weer te geven.
Een positieve of bevestigende zin bevat een onderwerp en een werkwoordelijk gezegde, eventueel gevolgd door een bepaling, een (lijdend of meewerkend) voorwerp of een naamwoordelijk deel. Een negatieve of ontkennende zin bevat een onderwerp, een (hulp)werkwoord, de ontkenning not en het hoofdwerkwoord gevolgd door een bepaling, een (lijdend of meewerkend) voorwerp of een naamwoordelijk deel. Als het hoofdwerkwoord geen to be of can is gebruik je to do als hulpwerkwoord. Voor verdere details verwijs ik je naar een overzicht van de Engelse grammatica.
__________________
"Mathematics is a gigantic intellectual construction, very difficult, if not impossible, to view in its entirety." Armand Borel
|