Stukje van mij en Eris, graag commentaar/verbeteringen/suggesties.
Ik loop op straat. Als ik op straat loop, word ik niet eens herkend. Dat steekt me soms een beetje. Ook loop ik op mijn eigen manier, proberend de gleufjes tussen de stoeptegels te ontwijken, met mijn ene voet de straat beroerend en met mijn andere voet de stoep strelend. De lantaarnpalen keken me na totdat ik met een gevoel van bevrijding de hoek omsloeg. Toevallige passanten vergelijk ik met mijn laatste ex-vriendin, wat mij nogmaals het idee geeft dat het met deze maatschappij alleen nog maar slechter kan gaan.
Uit de laatste gespaarde telefooncel hoor ik het vertrouwde gerinkel, wat ik nog herken uit vervlogen tijden, waarmee de zoveelste anoniem zich bekend maakt. Kent u dat gevoel? Zigzaggend tussen de mensen voel je je alleen op de wereld. Kent u dat gevoel? Je slijt je dagen eenzaam en alleen.
Mijn lever speelde af en toe op. Zonder de consequenties te kennen, besloot ik dat het een fijn gevoel was, wat mij met weemoed terug deed denken aan de warme en kloppende dagen in de kroeg.
In het gedeelte van de stad waar ik nu loop vormen neonreclames de enige cognitieve binding tussen mij en diverse fastfood ketens. Ik loop langs een bioscoop en bekijk terloops het programma. Franse tekenfilms, Japanse komedies en "Two cocks in the same hole". Ik twijfel of ik naar binnen moet gaan, twee hanen in het zelfde hok, dat lijkt me niks. Ik kan niet tegen bloed, tenzij een voluptueuze doktersassisent de naald heel behoedzaam mijn aortha in schuift.
En ik loop maar. Passerende en flanerende jongeren vertroebelen mijn beeld nog heftiger en brengen een pijnlijke nostalgie te weeg. Godver, die klotelever ook altijd. Het wordt alleen maar kouder en ik krijg te neiging om te gaan zingen. Het kan toch niet meer slechter. Aangezien ik opeens de aandrang krijg om een pijnlijke en langzame dood te sterven, ga ik opzoek naar iets kankerverwekkends. Ik volg de blauwe pijlen en beland aan bij 'Sjaaks sigaretten shop'. Samen met mijn gefilterde vriendjes ga ik op weg naar huis. Weer dezelfde hanen, weer dezelfde lantaarnpalen, en, God behoedt me, dezelfde stoeptegels. Ik hou me op de been met de gedachte aan mijn verwarmde woonkamer met daarin een vrouw, met wie ik mijn verdere leven zal slijten.
En toen was ik daar. Trots leg ik mijn troffee op tafel en mijn vrouw komt binnen.
"Wist je dat je daar dood van kan gaan?"
Een wijs man zei ooit: misschien wordt het morgen beter, maar het wordt toch nooit goed.
__________________
No Bad Religion song can make your life complete
Laatst gewijzigd op 04-01-2004 om 15:06.
|