Wie kan deze vragen voor me beantwoorden of nakijken??????????????????????????????
2/30
Beoordeel de juistheid van onderstaande stellingen.
I Met een WA-verzekering voor een auto ben je verzekerd tegen schade van je eigen auto.
II De verzekeringsagent ontvangt doorgaans provisie voor elke verzekering die hij afsluit, hij staat over het algemeen niet op de loonlijst van de verzekerings-maatschappij.
Mrkzvrg: b. Stelling 1 & 2 zijn juist
c. Stelling 1 is juist
d. Stelling 1&2 zijn onjuist (deze heb ik)
3/30
Ikea verkoopt aan de heer Peters een nieuwe tafel €350,- De koop wordt gesloten op 15 mei, de tafel zal op 15 juni geleverd worden van hetzelfde jaar .Peter overlijdt op 1 juni van dat jaar. Kunnen de kinderen de koop ongedaan maken?
a. Nee, de erfgenamen(de kinderen) treden in alle rechten en plichten v/d overledene (deze heb ik)
b. Ja, als er nog niet geleverd is kan je zonder reden de koopovereenkomsten ongedaan maken.
d. Nee, de bestelling van Ikea kan niet meer geannuleerd worden.
5/30
Als de verkoper het product niet op de afgesproken tijd levert geldt het volgende:
a. de koper kan zijn eigen verplichtingen opschorten
b. geen van de genoemde alternatieven is juist. (deze heb ik)
d. de overeenkomst is teniet gegaan door het niet tijdig nakomen van de kant v/d verkoper.
8/30
Mag de verhuurder zonder afspraak binnenkomen in het pand dat hij verhuurt heeft om reparaties te verrichten?
A, nee, de verhuurde hefet de plicht de huurder een rustig genot v/h gehuurde te verschaffen.
c. Ja, de verhuurder blijft eigenaar en daarmee heeft hij het recht ongevraagd de reparaties in het pand uit te voeren. (deze heb ik)
d. ja de verhuurder moet voor het groot onderhoud zorgen.
10/30
Wat is juist met betrekking tot een aanbetaling?
b. een aanbetaling is niet mogelijk bij roerende goederen.
c. er mag v/d koper nooit meer dan 50% worden gevraagd aan te betalen van de verkoopprijs (deze heb ik)
d. een aanbetaling kan je niet meer terugvorderen
16/30
Beoordeel de juistheid van onderstaande stellingen.
I Onder de sociale verzekeringen valt onder andere de WW, je hebt alleen recht op een uitkering als je deze verzekering zelf heb afgesloten bij een verzekeringsmaatschappij.
II Bij het afsluiten van een verzekering moet het gaan om een onzekere gebeurtenis, overlijden is geen onzekere gebeurtenis, inbraak wel.
a. 1&2 zijn juist
b. 2 is juist
d 1&2 zijn onjuist (deze heb ik)
18/30
Bij koop op afbetaling word je eigenaar…
a. bij aflevering (deze heb ik)
b. na het betalen van 50% v/d koopprijs.
c na het betalen van de laatste termijn
22/30
Tijdens een vakantie wordt Maartje ziek. Ze had een reisverzekering afgesloten en was daardoor verzekerd tegen onder andere diefstal en ziektekosten. De gemaakte ziektekosten vielen echter ook onder de dekking van haar ziekenfondsverzekering.
De reisverzekering weigert uit te keren, is dit juist?
a Nee, beide verzekeringen zijn te goede trouw aangegaan, de kosten moeten dan betaald worden door de maatschappij waar de laatste verzekering (reisverzekering) is afgesloten. (deze heb ik)
b. Ja, de 1ste ziekenfondsverzekering moeten de kosten betalen.
d. Ja, het wettelijk verboden meer dan 1 ziektekostenverzekering af te sluiten, ook als je dit niet met opzet doet. De betalingsverplichting voor de reisverzekering vervalt hierdoor.
24/30
Wat wordt bedoeld met leverancierskrediet?
a. de leverancier betaalt, daarna worden de goederen pas geleverd. (deze heb ik)
b. de afnemer levert de goederen, op een later moment wordt door de leverancier betaald
c. De leverancier levert de goederen, op een later moment wordt door de afnemer betaald
27/30
een verpleegster, werkzaam op de intensive care afdeling, sluit op diverse patiënten een levensverzekering af. Als daadwerkelijk kort na het afsluiten v/d verzekering een patiënt overlijdt wil de verzekeringsmaatschappij niet uitbetalen. Waarom niet?
a. je mag niet meer dan 1 levensverzekering afsluiten (deze heb ik)
b. de verzekerde heeft geen emotionele band met de patiënt
c. de patiënt is te snel overleden na het afsluiten v/d verzekering.
29/30
Wat is factoring?
a. het verstrekken van een krediet aan afnemers.
b. het verstrekken van een krediet aan leveranciers.
d. het overnemen van vorderingen op afnemers door een factoormaatschappij (deze heb ik)
30/30
De inboedel van een huis is verzekerd tegen diefstal. Bij een inbraak wordt onder andere apparatuur meegenomen. De totale schade bedraagt €4000,- de verzekerde waarde van de inboedel was €60.000,- en de werkelijke waarde €80.000,-
Welk bedrag zal de verzekeringsmaatschappij uitkeren?
a. € 0,-
b. 5.333,33 ((deze heb ik) berekening 80000/60000=…*4000=5333,33)
c. €3000,-
|