Citaat:
serena schreef op 24-03-2003 @ 21:33:
1) Bepaal vergelijkingen van de raaklijnen uit het punt p aan de ellips. E: x²+3y² = 6 ; co(p)= (2,-3)
|
Laat de richtingscoëfficiënt van de raaklijn m zijn, dan is de vergelijking van de raaklijn in P aan E te schrijven als y+3=m(x-2), dus y+3=m*x-2*m, dus y=m*x-2*m-3. Substitueer deze waarde in de vergelijking van E en stel de discriminant van de tweedegraadsvergelijking die je dan krijgt gelijk aan nul. Dit levert een tweedegraadsvergelijking in m op, waaruit m kan worden bepaald. Daarmee ligt dan tevens de vergelijking voor de gevraagde raaklijnen vast. De methode die jij beschreef is alleen bruikbaar voor een punt dat op E ligt, maar omdat dat hier niet het geval is kun je die methode hier dus niet toepassen.
Citaat:
serena schreef op 24-03-2003 @ 21:33:
2) Een rechte, strikt evenwijdig met een asymptoot v/e hyperbool snijdt de hyperbool in één enkel punt. Bewijs. Figuur maken. Hoe moet je dit doen?
H: x²/a² - y²/b² = 1
* Een strikt // a/e asymptoot:
(A1)p: |x= ra +Xp en (Xp,Yp)behoort niet tot R(a,b)
|y= rb +Yp
* Bepaal de doorsnede via substitutie van parametervgl v/d verschoven
asymptoot in de vgl v/d hyperbool. Enz.
Bedankt!
|
Stel x²/a² - y²/b² =(x/a+y/b)(x/a-y/b) nul. Dit levert de vergelijkingen van de asymptoten van H op. Omdat de lijn evenwijdig aan een asymptoot loopt heeft deze lijn dezelfde richtingscoëfficiënt als de asymptoot. Stel dat de richtingscoëfficiënt m is, dan is de vergelijking van de lijn te schrijven als y=m*x+n. Substitueer dit in de vergelijking van H en los de tweedegraadsvergelijking die je dan krijgt op. Als het goed is moet dit één oplossing geven en zal de lijn H slechts in één punt snijden.
__________________
"Mathematics is a gigantic intellectual construction, very difficult, if not impossible, to view in its entirety." Armand Borel