Je moet het volgende goed in je hoofd houden:
x hangt af van x (logisch)
y hangt ook af van x
y is dus een functie van x! dit kan je dus zo noteren:
y = f(x)
begin functie:
Schrijf die y als functie zodat je dat niet kan vergeten.
Neem nu aan beide kanten de afgeleide:
Dat grote deel mag je opsplitsen in:
Ik ga nu verder met het eerste deel van deze functie. Het deel na het - teken gaat op de zelfde manier.
Productregel:
Pas de product regel nu toe op jou functie:
Vervolgens kan je dit uitwerken. Het eerste deel is makkelijk. bij het tweede deel moet je de kettingregel gebruiken.
Als je nu f(x) weer terug schrijft als y krijg je:
Snap je dit? Lukt het andere stuk je nu zelf?