Advertentie | |
|
04-10-2006, 10:36 | |
Je begint altijd met de stam.
De stam van een werkwoord is het werkwoord - 'en' Bij werken is dat dus 'werk' De stam is de ik-vorm, dus: ik werk In hij jij en de hij/zij vorm komt daar altijd een t achter. Jij werkt. Hij/zij werkt. Soms heb je een werkwoord waarvan de stam al op een d eindigt, zoals het werkwoord 'worden'. De stam is: word Ik word Bij de jij en de hij/zij vorm komt er een t achter: jij wordt hij/zij wordt In dit geval is de ik-vorm dus alleen met een d, terwijl de hij/zij-vorm met dt is. Verder zou je wellicht op deze site kunnen kijken: http://homes.esat.kuleuven.be/~athomas/werkwoorden.html
__________________
Ik ga links want ik moet rechts. En we gaan nog niet naar huis.
|
|
|
Soortgelijke topics | ||||
Forum | Topic | Reacties | Laatste bericht | |
De Kantine |
Welke ezelsbruggetjes gebruik jij regelmatig? Verwijderd | 262 | 23-11-2011 15:13 | |
Huiswerkvragen: Klassieke & Moderne talen |
Dt-vraagje Sajah | 7 | 08-05-2005 13:00 | |
Beleidszaken |
Spellingsfouten? Sweetsurrender | 162 | 20-04-2005 18:00 | |
Huiswerkvragen: Klassieke & Moderne talen |
-d/-t??? Breg | 8 | 21-03-2005 20:02 | |
Huiswerkvragen: Klassieke & Moderne talen |
D, T of dt forumfreakie | 1 | 18-02-2004 19:57 | |
Huiswerkvragen: Klassieke & Moderne talen |
Spelfouten Shibby | 31 | 09-03-2003 14:43 |