Oud 07-06-2004, 18:31
Raffie
Raffie is offline
- LIEVE CORRIE -
MEMOIRES VAN EEN VEETELER

Dit verhaal schreef ik vorig jaar Oktober in het teken van werelddierendag... haha

Vroeger deed ik nog aan veeteelt. Dat waren me nog eens tijden: elke dag om vijf uur op om de kippenstal wat te luchten, de paarden van wat vers gras te voorzien, de koeien – jawel – te melken, en om Carmen uit te laten. Dat vond ik het leukste van veeteler zijn: de hond uitlaten. De rest zou je kunnen zien als bijzaak.
Carmen was goed in kwispelen. Dat kon zij beter dan alle andere beesten op mijn veeteeltboerderij. Mijn boerderijtje noemde ik overigens ‘Decibel’ omdat de dieren altijd zo ontzettend veel geluiden maakten. Ik vond dat wel toepasselijk, zo’n naam. Carmens gekwispel maakte niet zoveel geluid, tenzij ze vervuld van opwinding met haar staart tegen de tralies van de kooi aan begon te zwiepen als ik met een bak voer kwam aanlopen. Geluiden van blijdschap hoorde ik maar zelden op mijn bedrijf, vandaar dat Carmen mijn favoriete dier was.
Niet alleen het te eten geven, maar ook het uitlaten werd door haar beschouwd als een feest, ook al zaten daar nogal wat regels aan gebonden. Als we over de Meyerstraat naar Beverdijk wandelden gingen we aan de linkerkant van de weg lopen omdat aan de Meyerstraat geen voetpad lag. De linkerkant is dan veiliger. Carmen mocht dan onder geen beding aan mijn rechterzijde lopen, omdat er dan het gevaar bestond dat ze overreden zou worden door een auto of een vrachtwagen. Een berm biedt natuurlijk ook wat meer snuffelmogelijkheden voor een hond, vooral die van de Meyerstraat waar je heel af en toe op de slootkant langs de weg nog wel eens wat brandnetels tegen kon komen. Carmen hield wel van afwisseling, dus dat kwam goed uit.
Ze moest van mij ook altijd tegen een boom aan poepen. In die tijd was het nog niet nodig om een schepje of iets dergelijks mee te nemen als je de hond ging uitlaten, buiten het dorp al helemaal niet. Niemand had last van de geur die de drolletjes verspreidden, hooguit een muis of een voorbijvliegende havik, maar of dieren zich wel of niet storen aan geuren had ik nooit geleerd op school. Ik ging er maar vanuit dat het tegenovergestelde het geval was.
Zomaar op het gras poepen mocht ze niet, omdat ik er dan misschien de volgende dag in zou kunnen gaan staan. Ik zou uit kunnen glijden en mezelf bezeren. Per slot van rekening zag ik op mijn boerderijtje iedere dag al meer dan genoeg excrementen. De kans dat ik dood zou gaan door uit te glijden in de stront was vier keer zo groot als de kans dat ik overreden zou worden door een onvoorzichtige weggebruiker. Een goede vriend van me had dat ooit eens uitgerekend. Ik weet niet meer wat voor hem de reden was om dat uit te gaan rekenen, maar er zal ongetwijfeld een reden voor zijn geweest. Zoiets ga je niet zonder aanleiding uitrekenen, lijkt me.
Carmen deed altijd haar behoefte tegen dezelfde boom. Normaal doet een hond dat niet, maar de mijne deed dat wel. Ondanks het feit dat ze zo haar best deed om de berkenboom te doen bezwijken onder de uitwerpselen, is het haar nooit gelukt. Niet omdat ze vroegtijdig overleden is en haar karwei nooit af heeft kunnen maken, maar omdat drollen nu eenmaal niet voor eeuwig blijven liggen. Dingen vergaan. Ook drollen.
Een mooie boom was het zeker. Ik gaf nooit veel om de natuur, maar voor sommige dingen kon ik dan nog wel waardering opbrengen. De mooie witte schors viel op tussen al dat eikenhout. Opvallende dingen waren zo van die dingen die ik wel waarderen kon.
Zelf wilde ik in die tijd ook graag opvallen. Ik had geen blauwe boerenoveral zoals alle andere boeren die een hadden. Ik wilde geen blauw. Blauw valt niet op, dat steekt niet af tegen de heldere lucht overdag. Een student had me in de stad tijdens een schildercursus verteld dat rood de kleur is van bloed, zweet en tranen. Op het moment dat hij me dat vertelde deed het me weinig, maar achteraf gezien had het er wel toe geleid, dat ik een rode overal was gaan kopen.

Net voor het bordje Beverwijk, draaiden we altijd om. Wel met een grote boog natuurlijk, want we moesten de weg oversteken. Regels zijn regels, en Carmen wist dat donders goed.
Beverwijk is mijn geboorteplaats, dat wil zeggen: ik ben er geboren. Mijn moeder was bij een tante op visite toen de weeën begonnen. Ik ben er niet opgegroeid, want mijn vader en moeder kwamen gewoon uit Duitsland. ‘Gewoon’, omdat de rest van de familie daar ook woonde. Op tante Ulla na dan… Tante Ulla was een uitzondering.
Ze was de enige in onze familie met blond haar. Mooie, lange blonde haren had ze, en ook de rest van haar gezicht was mooi.
Ik hield wel van blond, en ik hield ook wel van de avontuurlijke uitstraling die haar gezicht had. Met Pasen gingen we altijd paaseieren zoeken bij tante Ulla in de tuin, en sjongejonge, wat was die goed in verstoppen. Wat een avontuur! De beste verstopplek die ze ooit bedacht had was achter de verwarming. Uren had het geduurd voordat ik dat ei gevonden had. Het had zijn oorspronkelijke vorm niet behouden, maar was daardoor zeker niet minder lekker geworden. Chocolade vond ik altijd lekker, in welke vorm dan ook.
In Beverwijk staat midden in het dorpscentrum een kiosk, destijds gebouwd op initiatief van de plaatselijke fanfare en met financiële steun van dorpsbewoners. Ik was erbij toen de eerste steen werd gelegd door een bejaard erelid van de fanfare. De eerste steen van een gebouw leggen is een prachtige gebeurtenis, eentje die je niet elke dag meemaakt. Zeker niet als bejaarde.
Carmen was een bejaarde hond. Zij had de eerste steen niet mogen leggen, want ze had nooit bij de fanfare gezeten. Honden worden bij de fanfare waarschijnlijk niet toegelaten omdat die geen instrument kunnen bespelen. Carmens kooi telde hier natuurlijk niet als instrument, bovendien zou ze niet boven alle toeters en trommels uitkomen.
Maar de kiosk kreeg Carmen nooit te zien. Verder dan het bordje Beverwijk kwamen we nooit. Dan zou de wandeling te lang duren en dan zou ik problemen krijgen met alle andere dieren. Het eten kwam per slot van rekening niet uit de lucht vallen. En al kwam het uit de lucht vallen, dan hadden ze er nog weinig aan want ’s morgens stonden bij mij thuis alle dieren gewoon op stal. Boos werden ze zelden, maar bij een aanhoudend voedseltekort gingen ze met z’n allen staken. Geen melk en eieren was dan het resultaat. Een hele vriendelijke vorm van staken natuurlijk, dat wel. Maar heel lang hielden ze het nooit vol. Dat kwam natuurlijk omdat ik er nooit op in ging. Ik bleef altijd rustig mezelf. Zonder tegenwerkende krachten is een staking natuurlijk ook niet leuk meer. De productie stond dus vrijwel nooit stil op boerderij Decibel, ook niet als Carmen en ik een keer te laat kwamen.
Een mens heeft zuurstof nodig, ik had paarden nodig. Veel paarden. Alle paarden op mijn boerderij waren donkerbruin en zagen er sterk en energiek uit. Ik kan me de woensdag waarop ik plotsklaps twee paarden armer geworden was nog goed herinneren. Op brute wijze neergeknald door een onvoorzichtige jager, die mijn paarden aanzag voor twee herten! Waarschijnlijk had die beste kerel zijn linker- en rechterlens verwisseld, want een paard zie je toch niet gauw aan voor een hert. Ik had hem er naderhand niet op aangesproken, omdat ik bang was om zelf ook neergeknald te worden. Ik was een degelijke boer, dus met mensen die een geweer bij zich droegen wilde ik niets te maken hebben. Al helemaal niet met jagers.
Ik had zulke sterke paarden, dat de buurman me erom ging bewonderen.
‘Gespierde beesten zijn het, buurman. Prachtige bruine beesten. En zoveel, buurman! Ik zou wel willen dat ik er zo veel had.’
‘Ach, veel is ook niet alles’, zei ik dan.
Ik kon er niet goed tegen als anderen jaloers waren op wat ik had.
‘Maar zoveel bruine paarden is toch prachtig. Had ik er godverdomme maar zoveel, buurman! Bruin is mijn lievelingskleur, dat weet je toch.’
Verder dat dit ging een gesprek tussen ons nooit. Mijn buurman was gescheiden, en ik wist donders goed wat die man ’s avonds in zijn stallen uitspookte. Een mens is tot de vreemdste dingen in staat. Ook een buurman.
Naast een hond en een heleboel paarden had ik ook nog kippen. Mijn kippen waren een belangrijke bron van inkomsten. Hoeveel ik er precies had, zou ik zo uit m’n hoofd niet weten. De kippenstal was een heuse Villa Kakelbont. Decibel, de naam van mijn bedrijf, had met name betrekking op deze stal. Overal om je heen waggelde kukelend en kakelend scharrelgevogelte van het ene naar het andere uiteinde van de stal. Een tot de nok toe gevuld voetbalstadion was er niets bij. En dan die slijmerige strontvloer! Na het weekend, dus op maandagmorgen, zat ik altijd letterlijk en figuurlijk diep in de shit. Voor de kinderen van de basisschool, aan wie ik af en toe op woensdagmiddagen nog wel eens een voorlichting wilde geven over het wel en wee van een kippenboer, had ik aan de staldeur een bordje gespijkerd om te waarschuwen voor alle kippenstront op de grond. Kinderen onderschatten de meedogenloosheid van stront altijd. Vandaar dat bordje.
Tante Ulla kwam zelden op de boerderij.
‘Hoe kan het in godsnaam zo zijn dat je die beestenboel hier nog niet onderhand beu bent. Dat is toch elke dag hetzelfde liedje.’
Tante Ulla hoorde schijnbaar een liedje. Zij kon klaarblijkelijk uit al die dierengeluiden een ritme en een melodie halen. Knap hoor, want zelfs ik kon, na al die jaren op de boerderij gewerkt te hebben, geen ritme of melodie in al die geluiden ontdekken.
‘Hoe gaat het met Corrie?’
Ze bedoelde mijn vrouw.
‘Is ze alweer wat opgeknapt of ligt ze nog steeds tussen de kippen?’
‘Corrie is er slecht aan toe. Al weken ligt ze naakt in de kippenstal. Stront en kippendons aan haar sinaasappelhuidje vastgekoekt, waardoor ze zelf op een gigantische kip is gaan lijken. Het is niet meer om te lachen Ulla. Het wordt serieus. Praten kan ze bijna niet meer.’
Ulla griste een lolly uit de lollypot. Ik had altijd veel lolly’s in huis voor de kinderen van de basisschool. Ik lustte ook wel een lolly. Aardbeiensmaak had ik altijd het liefste, maar die keer pakte ik cola.
‘Dan zou je inderdaad haast gaan denken dat ze ziek geworden is’, zei Ulla. ‘Als ze volgende week nog niet opgeknapt is, zou ik als ik jou was maar eens een dokter bellen. Dokters weten wel raad met dit soort verschijnselen. Als je maar weet dat ik dat stinkhok niet binnenga.’
Ulla stapte op haar fiets en reed weer op huis aan.
Mijn vrouw had al die jaren tussen de koeien geslapen. Ze had altijd alles over gehad voor haar koeien, maar nu opeens leek dat over te zijn. Had een van die krengen haar misschien beledigd? Dat kon haast niet de reden zijn waarom mijn vrouw naar de kippenstal verhuisd was. Ze kon overal tegen, en dat moest ook wel want leven tussen de koeien was niet altijd even makkelijk. Je kunt van een koe niet verwachten dat ze zich verontschuldigt als ze per ongeluk een keer op je tenen is gaan staan. Koeien zijn meedogenloos, net als stront.

---

Uhmm.. ben heel benieuwd of je eruit kunt pikken welke schrijver ik graag lees
Met citaat reageren
Advertentie
Oud 07-06-2004, 19:17
Millroy
Avatar van Millroy
Millroy is offline
Brusselmans?
Zeker iemand die anaal gefixeerd is
__________________
I can say what I want to, even if I'm not serious. Just kidding!
Met citaat reageren
Oud 07-06-2004, 19:40
Astuanax
Avatar van Astuanax
Astuanax is offline

Ik vind het wel grappig!
Ik zou ook Brusselmans zeggen (alleen gaan zijn verhalen over niets...)
__________________
Niets is helemaal waar en zelfs dat niet.
Met citaat reageren
Oud 07-06-2004, 21:12
Raffie
Raffie is offline
Brusselmans.. dat heb ik eerlijk gezegd nog nooit gelezen, maar ik heb zijn naam vaker horen vallen. Ik zag 'm laatst nog op tv geloof ik met die lange haren. Hij kon me niet echt boeien eerlijk gezegd en als deze stijl iets wegheeft van brusselmans, moet ik dus nog het een en ander bijschaven

Maar het is Arnon Grunberg.
Met citaat reageren
Oud 07-06-2004, 21:18
Astuanax
Avatar van Astuanax
Astuanax is offline
Citaat:
Raffie schreef op 07-06-2004 @ 22:12 :
Brusselmans.. dat heb ik eerlijk gezegd nog nooit gelezen, maar ik heb zijn naam vaker horen vallen. Ik zag 'm laatst nog op tv geloof ik met die lange haren. Hij kon me niet echt boeien eerlijk gezegd en als deze stijl iets wegheeft van brusselmans, moet ik dus nog het een en ander bijschaven

Maar het is Arnon Grunberg.
Nog nooit van gehoord...
Schrijf meer van dit soort verhalen!
__________________
Niets is helemaal waar en zelfs dat niet.
Met citaat reageren
Advertentie
Reageren

Topictools Zoek in deze topic
Zoek in deze topic:

Geavanceerd zoeken

Regels voor berichten
Je mag geen nieuwe topics starten
Je mag niet reageren op berichten
Je mag geen bijlagen versturen
Je mag niet je berichten bewerken

BB code is Aan
Smileys zijn Aan
[IMG]-code is Aan
HTML-code is Uit

Spring naar


Alle tijden zijn GMT +1. Het is nu 02:58.