duits-samenvatting/uittreksel

[DiaNNe>!!!]

dear people,

ja indd. ik ben veel en veel beter in engels, en in duits ben ik gewoon dom. slecht.blond. you know what I mean?
anyway, het is weer es zover, we moeten een boekje lezen, maar onze oude duits-leraar heeft alleen ouwe boekjes, en dus kan ik nergens, echt nergens een uittreksel/samenvatting vinden van dit boek:

Taube Klara (titel)

Wolf Spillner ( de auteur)

voor de rest ben ik dol op lezen, dus als iemand die dit boek heeft gelezen mij dit zou willen toesturen (jolija19@hotmail.com)
en een samenvatting/uittreksel nodig heeft van een nederlands boek dan ken ik t boek waarschijnlijk wel of ik lees m wel even voor je ( toch maar 2 uurtjes ofzo)

maar natuurlijk mag je ook het uittreksel / samenvatting gratis en voor niets toesturen

anyway, ik hoop echt dat iemand mij helpen kan, help me!!

[marlies]

Kurzbeschreibung
Hannes wohnt mit seinen Eltern in Berlin. Zu Weihnachten fahren er und seine Mutter zur Großmutter nach Groß Proseken, ein kleines Dorf auf dem Land. Die Großmutter fühlt sich allein und einsam, denn der Großvater ist vor kurzem gestorben. Doch sie hat noch die Taube Klara aus seiner Vogelzucht. Hannes Mutter will, daß die Großmutter mit nach Berlin kommt und bei ihnen wohnt. Die Taube muß allerdings verschwinden, die bringe nur Dreck ins Haus. Doch der Beschluß der Mutter ist nicht das Beste für die alte Frau.

Nu in het Nederlands met dank aan onze collega's bij collegenet.nl

Spillner, Wolf
Taube Klara

LET OP: Dit verslag is uitsluitend bedoeld als hulpmiddel bij het maken van je eigen verslag en niet om zomaar in te leveren bij je docent(e).

Hannes gaat met de trein en bus samen met zijn moeder op vakantie bij oma. Opa is er niet meer en vader die is bij de marine. Het is belangrijk om te weten dat dit verhaal niet chronologisch is. (chronologisch = verteld in dezelfde volgorde als waarin het verhaal gebeurd is).

Hannes en moeder zitten in de trein. Ze gaan weer naar huis. Moeder slaapt in de trein. Zij werkt in een ziekenhuis. Wat moeder zegt moet gedaan worden. Zij is daarom eigenlijk de baas in huis. Uit Hannes' rugzak steekt een houten vogel. Het is geen duif. Oma's duif die is dood en Hannes weet nog steeds niet of zijn moeder Klara wel dood wou maken. Klara ligt in de vuilniscontainer van Jammerfeld. Oma denkt dat haar duif Klara weggevlogen is. Het zou oma verdriet doen als ze zou weten dat moeder de duif gedood heeft. De trein is vol. Hannes denkt bij het kijken naar de medpassasiers aan oma, opa en Pinkau. Pinkau woont vlakbij de oma van Hannes. Pinkau drinkt te veel alcohol en is daarom ook vaak dronken. Hannes denkt aan eer gisteren, de dag toen ze met de bus naar oma gingen.

Het is bijna kerstmis. De bus was net zo vol als de trein. Hannes sprak met de buschauffeur. Hij heeft geen kaartje, maar zijn moeder heeft het wel. Of zijn moeder in de bus zit weer Hannes niet. Op een gegeven moment remt de bus en Hannes vliegt tegen een man op. Het blijkt Pinkau te zijn. Oma heet van de achternaam Wachtoweit. Pinkau vertelt dat oma een vogel heeft. Pinkau is aangeschoten en spreekt luid over oma's vogel. Hannes weet nog niet of hij ski's met kerstmis krijgt. In Klein Proseken zag Hannes moeders blauwe doek en kwam naar haar toe. Zijn moeder was blij om hem te zien. Hannes en zijn moeder stappen in Groß Proseken uit. Ze zien oma bij het wachthok staan. Oma doet de koffers in de kofferbak en ze rijden naar oma's huis toe. Oma is na de oorlog naar Jammerfeld gekomen. Hannes vader is daar geboren. Gebleven is hij er niet. Hannes moet veel aan opa denken. De eerste en laatste keer dat Hannes opa had gezien was in de zomervakantie. Hij was toen met zijn vriendje Harald bij zijn opa en oma in Jammerfeld. In het begin dacht Hannes dat zijn opa een knorrige oude man was. Later dacht hij daar heel anders over. Hannes vraagt aan oma of ze een kerstboom heeft. Oma verklaart dat ze op het heilige avond na de kerk een kerstboom krijgen. Moeder klaagt over het na de kerk gaan.

Hannes, moeder en oma kwamen in Jammersfeld aan. Ze waren bij oma's huis. De keuken is anders dan in de zomer. Toen stond er nog een bank met wateremmers. Nu echter is er een kraan aan de wand en een gootsteen. Opa hield duiven, nu zijn alle duiven weg, maar de duif Klara is er nog. Klara woont samen met oma in het huisje. De duif poept op wat krantepapier. Moeder vind dat je geen duif in de keuken kan houden. Oma wilt dat Klara bij haar blijft. Hannes en moeder liggen die nacht in de bedden van opa en oma. Opa is in het ziekenhuis gestorven. Moeder vind dat het beter is dat oma met hun mee naar Berlijn kan komen. Hannes heeft nog geen idee waarom zijn vader en moeder in vele jaren nog geen een keer opa en oma zijn gaan bezoeken.
De volgende morgen werd Hannes wakker. Er was veel sneeuw gevallen die nacht. Zijn moeder is naar Proseken toe. Duif Klara is af en toe buiten, omdat ze van oma niet alleen mag zijn. Klara komt altijd terug. Oma heeft de sleeën nog. Ook het gereedschap was er nog. Hannes ging eerst sneeuwvegen. Daarna ging hij het werkhok in. Opa komt oorspronkelijk uit Masuren. Hannes hoort iemand kerstliedjes spelen. Het is Pinkau die spielt. Pinkau blaast in de muziekkapel van de brandweer op een trombone. Op het heilige avond speelt Pinkau in de kerk. Moeder is weer thuis. Moeder heeft groene kool gekocht voor het avondeten. Ze vind ook dat de duif weg moet. Daarna gingen ze eten.

Het bierflesje van een langhaarige vlegel die achter Hannes in de trein zat kwam tegen een oude man aan. Moeder nam de fles af van de langhaarige vlegel. De twee vlegels gaan weg. Hannes wist eigenlijk niet wat zijn moeder wilde.

Nu ze in oma's keuken groene kool aan het eten zijn weet Hannes ook niet wat zijn moeder wilt. Ze krijgen ook nog een toetje. Oma wilt thuis blijven. Hannes is wilt warm water voor de werkplaats. Hij is namenlijk bezig met een houtwerkstuk. Even later toen Hannes in de werkplaats bezig was zag hij zijn moeder uit het huis komen met een grijze doek in haar hand. In de doek lag Klara. Moeder belde bij Pinkau aan. Moeder zegt tegen Pinkau dat er een ongeluk is gebeurd met Klara. Pinkau is boos op moeder, omdat oma's Klara dood is. Hannes denkt dat het geen ongeluk was en vind het zielig voor oma. De vogel die Hannes aan het maken was is af. Hij is mooi geworden. De duif was een geschenk voor moeder, maar dat kon niet meer. Voor oma kon de houtduif ook niet meer. Wat zou oma daarvan moeten denken; Klara weg, houtduif terug. Hannes maakt ruzie met zijn moeder over de duif. Zodadelijk gaan Hannes en oma naar de kerk. Moeder blijft thuis.

Ze ziten weer in de trein. Ze zijn bijna thuis. De langhaarige is weer terug en zoekt ruzie met de oude man. Moeder pakt de fles tevoorschijn en zegt dat als er nog iets gebeurd dat dan de politie er bij wordt geroepen.

Toen ze naar de kerk gingen was het donker. Na een tijdje kwamen ze in Groß Proseken aan. De kerk was bom vol. Een paar mensen kennen oma. Ze gaan naast de dikke mevrouw Frieda zitten. Hannes keek naar het kruis en beelden. Het brandweerkapel ging spelen en de pastoor kwam op het podium. De pastoor leest verhalen voor en er wordt gezongen. Er kwam ook nog een gebed en daarna mochten de kinderen een kaarsje halen. De dienst was afgelopen. Ze gingen weer naar huis. Hannes en oma lopen over de straat. Oppeens ziet Hannes Pinkau op straat liggen. Pinkau is op straat gevallen. Ze maken Pinkau wakker. Pinkau wil niet geholpen worden. Er komt een auto aan. Hannes gaat voor de auto staan. Ze vertellen aan de man in de auto, Emil Neubaum, dat Pinkau dronken op straat ligt. Emil wilt hun niet helpen, omdat anders zijn wagen zou gaan stinken naar de drank. Hannes en oma zijn snel naar huis gefietst. Daar vertelden ze tegen moeder dat Pinkau daarginds op de straat ligt. Met de sleeën halen ze Pinkau op. Pinkau leggen ze bij Pinkau thuis op zijn bed. Daarna gaan ze bij oma thuis kerstmis vieren. Oma belooft dat ze de volgende dag Pinkau zal verzorgen.

Hannes en moeder vertrekken weer naar huis. Oma zegt dat Hannes een liefe moeder heeft. De houtenvogel neemt Hannes mee naar huis. Hannes vind dat als zijn vader terug komt van zee hij dan maar een keer mee moet naar oma.
Terug Stuur je eigen verslag op Opnieuw zoeken