Oud 07-08-2005, 14:46
Ieke
Avatar van Ieke
Ieke is offline
De onvergetelijke treinreis.

Een nieuwe zondagavond. Weer een weekend afgelopen. Hij stond samen met zijn vriendin op het station, klaar om naar zijn kamer terug te reizen.
Het weekend leek voorbijgevlogen te zijn, zoveel fijne en leuke dingen hadden ze gedaan. Overdag heerlijk uitwaaien op het strand, ’s Avonds knus op haar bed een filmpje gekeken en op het einde tegen elkaar aan in slaap gevallen. De dag erna zijn ze naar ‘hun’ plekje in het bos gegaan. Daar hebben ze gezeten, urenlang gepraat en genoten van de stilte van het bos. En nu staan ze hand in hand te wachten op zijn trein. Nog twee weken wachten en dan zit het jaar erop voor hem. Dan begint eindelijk de vakantie.

De afgelopen paar weken had hij het liefste overgeslagen, maar hij moest zijn colleges volgen om goed te kunnen scoren voor zijn tentamens, die hij moest halen om door te mogen met zijn studie. Al het opgedragen werk probeerde hij voor vrijdagmiddag klaar te hebben, zodat hij in het weekeinde vrij was en zich niet druk hoefde te maken dat er nog opdrachten hem lagen te wachten. Deze week nog een zware week blokken, lange dagen en korte nachten maken en daarna een week hard aan de slag met tentamens maken. Als die erop zaten was hij klaar en kon hij na een jaar hard werken eindelijk weer genieten van een vakantie.

Opeens werden ze opgeschrikt door het geluid van een naderende, stoppende trein. Zijn trein. Dit was het eindstation, dus de trein zou niet gelijk weer vertrekken. Even keken ze elkaar diep in de ogen en hij zag haar blik: “ga maar snel de trein in, want anders kom je niet meer op tijd op je kamer aan”
Dat was inderdaad zo, want het was de laatste trein terug. Als hij deze miste, kon hij met geen mogelijkheid meer op tijd terug op zijn kamer komen. Maar het liefste bleef hij hier nog uren staan, miste hij zijn trein, pakte hij haar hand vast, zou hij met haar naar het strand lopen, waar ze samen de nacht het gevecht met de dag konden zien winnen. De zon die verdreven zou worden door de maan en de sterren. De sterren die als kleine lichtjes daar boven hen in de lucht zouden komen te staan. Liggen in elkaars armen zouden ze de verschillende sterrenbeelden aanwijzen en onbekende figuren in de sterren ontdekken. Figuren die alleen zij zouden kunnen vinden, figuren die deze nacht speciaal voor hen getekend zouden staan in de lucht. Samen op het strand met niemand om hen heen, niemand behalve zij tweeën.

Hij pakte zijn tas van de grond, gaf haar nog één snelle zoen en verdween in de trein. Hij zocht naar een plek met de stoelen tegenover elkaar, zodat hij lekker veel beenruimte had.
Hij keek uit het raam, blies nog snel een handkus naar haar, kreeg er eentje terug en daar ging ze. Stap voor stap verdween ze de trap af, weg van het perron en verdwijnend in de gang onder het station. Tot vrijdagavond zou hij haar niet meer zien. Zolang hij maar bezig kon blijven, zou hij haar niet al te veel missen, maar vooral ‘s nachts kon hij moeilijk in slaap komen, want vooral dan miste hij haar aanwezigheid. Haar ademen, dat de stilte zo mooi doorbrak, het fluisteren in de stille nacht, net zolang tot ze samen tegen elkaar aan in slaap zouden vallen.

Zijn tas ging open en hij haalde er een boek en een mp3-speler uit. Altijd als hij op reis ging had hij die bij zich, zodat hij zich nooit verveelde. Meestal luisterde hij naar de radio. Soms muziekzenders, waarbij hij dan ook in zijn boek las, maar op zondagavond was er altijd een hoorspel op de radio. Het indrukwekkende van deze hoorspelen vond hij dat het de ene keer pure fictie was, maar dat het ook een enkele keer een hoorspel was, gebaseerd op een verhaal van een belangrijke, maar meestal een vergeten of verzwegen gebeurtenis die een aantal jaren terug plaats had gevonden. Hij sloot zijn radio aan door de plug van de oordopjes in zijn speler te steken en deed ze vervolgens in zijn oren. Toen hij ingestemd had op de juiste zender, was het hoorspel net begonnen, maar hij had, net als bijna elke zondag, de aankondiging gemist, dus wist niet of dit verhaal waargebeurd was of niet. Dit keer ging het over geweldplegingen in de bus, tram en metro, iets waar hij gelukkig zelf nog nooit mee te maken had gehad.

De trein vertrok en de radio suisde zo erg, dat hij het eerste interview, met een, naar het scheen, invalide ex-conducteur, amper kon volgen. Terwijl de ontvangst weer iets beter werd, stopte de trein al bij de eerste halte.
Deze halte stelde helemaal niets voor en eigenlijk stapte er om deze tijd ook nooit iemand in of uit de trein. Maar deze keer stapte er wel iemand in. Een meisje van ongeveer zijn leeftijd. Zij had een kleine weekendtas bij zich die ze tussen twee stoelen inschoof en ging schuin tegenover hem zitten. Hij keek haar even aan en verschool zich, zoals altijd wanneer hij iemand aankeek, in het boek die hij nog op zijn schoot had liggen.

Hoewel hij verscholen zat in zijn boek, voelde hij dat het meisje hem aan het observeren was. Maar als hij even haar kant op keek, zag hij geen blik vanuit haar ogen zijn kant op gericht. Ondertussen hoorde hij op de radio het verhaal van twee vrouwen die in een nachttrein overvallen waren door een keurig uitziende man, strak in pak en met een heel vriendelijk uiterlijk. De twee vrouwen waren zelfs eerst nog in gesprek geraakt met deze man en pas toen zij de enige mensen in de coupé waren, sloeg de man zijn slag. Hoewel dit ruim een jaar geleden gebeurd was, klonken de stemmen van de vrouwen nog steeds vol verbazing en afschuw over dat wat ze meegemaakt hadden.

Eindelijk zag hij dat de blik van het meisje dat zijn kant op gericht was. Toen ze merkte dat hij haar zag, keek ze snel weer weg, richtte haar blik uit het raam en keek naar de boerderijen waar ze in snel tempo voorbijschoten. Hij borg het boek op in zijn tas, die nog steeds open tussen zijn benen stond. Het spelletje van aan- en wegkijken bleef zich een tijdje herhalen. Ze had een soort van mysterieuze gloed over haar heen. Meestal als hij naar mensen keek tijdens het reizen, kon hij wel een redelijke inschatting maken van hoe die persoon was en zou reageren als hij een gesprek probeerde te beginnen, maar van haar kon hij totaal geen hoogte krijgen, hoe goed hij ook zijn best deed.

Twee stations passeerden, waar vooral heel veel mensen uitstapten. Over een paar stations werd het meestal echt drukker in de trein, want dan was er weer een groot station en daar stapten altijd veel studenten over richting hun kamers. Het meisje en hij waren bijna de enigen die op dit moment in de trein zaten, merkte hij op toen ze weer vertrokken.
Het hoorspel was ondertussen afgelopen en de moraal was dat iedere onbekende reiziger in de trein, tram, bus of metro hoe vriendelijk hij of zij er ook uitzag, niet te vertrouwen was. Het meisje leek nu verzonken te zijn in haar gedachtes. Ze keek nog steeds naar buiten met af en toe een hele voorzichtige blik op hem gericht, waarschijnlijk hopend dat hij niet terugkeek. Het bleef hem fascineren. Ondertussen was het bijna donker geworden, dus buiten viel niet al te veel meer te zien, maar ondanks dat, leek het haar niet veel uit te maken.

De trein stond weer stil, maar dit keer zag hij nergens lichten van een station schijnen. Er waren zelfs helemaal geen lichten in de buurt te zien. Dit gebeurde wel vaker. Dan moesten ze even op een goederentrein wachten, voordat de trein weer verder kon en dit leek niet anders dan anders te zijn, maar toch zag hij het meisje opeens verschrikt opkijken.
Ze vroeg hem iets, zonder hem echt aan te kijken. Omdat zijn radio nog aan stond, kon hij niet goed horen wat ze zei. Hij deed zijn oordopjes uit en vroeg haar wat ze net zei. Ze herhaalde haar vraag en hij hoorde heel duidelijk de verlegenheid in haar stem. Ze vroeg hem of hij wist wat er aan de hand was en hij vertelde dat het waarschijnlijk een andere trein was, waar ze op moesten wachten.

Ze zei ietwat opgelucht, maar nog steeds heel verlegen, dat ze het fijn vond dat het waarschijnlijk niets ergs was. Nadat ze ruim vijf minuten stil hadden gestaan, kwam er een omroepbericht dat er bij het volgende station een stroomstoring was, waardoor ze voorlopig niet verder konden reizen. Het bericht werd afgesloten met de gebruikelijke excuses voor het ongemak. Het gezicht van het meisje vertrok. Hij kon duidelijk zien dat ze hier helemaal niet blij mee was.

Hij vroeg haar waarom ze zo geschrokken keek na het bericht dat ze niet verder konden. Ze zei dat ze het daar liever niet over wilde hebben en vluchtig keek ze weer de andere kant uit. Na een korte stilte, die uren in beslag genomen leek te hebben, doorbrak zij de stilte met de vraag waar hij heen moest. Na enige aarzeling, met het hoorspel nog in zijn achterhoofd, vertelde hij dat hij tot het eindpunt in deze trein bleef zitten, omdat vlak bij het eindstation zijn kamer was.

Toen hij vervolgens vroeg waar zij heen ging, zag hij twijfel in haar ogen die duidelijk maakten dat ze niet wist was ze tegen hem zou vertellen. Uiteindelijk zei ze dat ze nog geen idee had waar ze heen zou gaan. Ze maakte duidelijk dat ze geen tijd gezien had om uit te zoeken waar ze op deze tijd nog heen kon reizen en ze had vrij veel haast had om op tijd op het station aan te komen.

Vanuit het achterste deel van de trein hoorden ze iemand naar voren lopen. Geschrokken keken ze allebei tegelijk om. De conducteur was alvast maar begonnen met het controleren van de kaartjes.
Ze lieten hun OV zien en zij vroeg aan de conducteur of er al bekend was hoe lang de storing zou gaan duren. De man ging het gelijk proberen op te zoeken in zijn zakcomputer, iets wat alle medewerkers bij de spoorwegen verplicht bij zich moesten dragen. Toen hij klaar was zei de man dat er helaas nog niets bekend was over de tijdsduur, maar hij zag wel een bericht staan dat door deze storing het verkeer in ruim het halve land was lamgelegd, zonder dat er een duidelijke oorzaak te vinden was. De conducteur liep haastig door naar voren, richting het hok van de machinist.

Het meisje pakte haar tas en haalde er een heel klein boekje uit. Weer verdween haar hand in de tas en nu haalde ze er, na wat gezoek, een pen uit en ze begon te schrijven. Even later vroeg ze of hij wist hoe lang het normaal zou duren tot ze bij het eindpunt aan zouden komen. Gelijk nadat hij antwoord gegeven had, ging ze weer verder met aantekeningen maken in dat boekje.

Uit nieuwsgierigheid vroeg hij waarom ze wilde weten hoe lang het nog zou duren. Ze bleek altijd wanneer ze op reis ging aantekeningen te maken, zodat ze later kon nakijken hoe ze gereisd was, maar hij zag dat het boekje nog maar bij één van de eerste pagina’s opengeslagen lag. De stilte, die zo lang tussen hen in gehangen had, leek nu te zijn verdwenen en terwijl zij nog aan het schrijven was, vertelde hij dat hij alleen met de trein reisde tussen zijn kamer en het huis van zijn ouders.

Plotseling, midden in een zin, vielen de lichten in de trein uit en slaakte het meisje een gil. Nu was hier blijkbaar ook de stoom uitgevallen. Hij stond op, zocht op zijn gevoel de weg naar een deur, maar zijn ogen waren nog lang niet aan het donker gewend, waardoor hij na die keer zijn knieën gestoot te hebben het opgaf en de weg terug naar zijn plaats probeerde te zoeken. Dit lukte ook niet goed meer, want hij kon nog steeds geen hand voor ogen zien. Daarom vroeg hij aan het meisje of zij wat wilde zeggen tegen hem, zodat hij zijn plek weer terug zou kunnen vinden en met enige moeite en na zich nog een paar keer aan een uitsteeksel van een stoel bezeerd te hebben, lukte het hem uiteindelijk. Toen hij weer zat waren haar zenuwachtige ademhaling en het kloppen van zijn hart de enige geluiden die hij kon horen.

Hij probeerde op de tast naar de knie van het meisje te zoeken, die als het goed was nu recht tegenover hem zat, legde zijn hand erop en deed zijn best haar te kalmeren, maar zijn schokkerige, nerveuze praten maakte het er niet veel beter op. Na een paar minuten waren zijn ogen een beetje aan het donker gewend en kon hij de zwarte contouren van de coupé en het meisje zien tegen het licht dat naar binnen scheen. Hij probeerde haar aan te kijken, voor zover dat lukte en vroeg of zij ook al beter kon zien. Zij zag hem ondertussen ook een beter en plotseling begon ze heel zachtjes tegen hem te praten, maar omdat het verder helemaal stil was, kon hij haar heel goed horen.

Deze middag was ze met haar vriend weg geweest. Ze hadden de hele middag samen op een terrasje gezeten, wat gedronken, gepraat en het heel gezellig gehad, totdat ze hem ’s avonds weer zag. Eigenlijk zou ze die avond bij haar ouders zijn, maar toen ze bij haar ouders was, merkte ze dat ze hem zo erg miste, dat ze besloot de eerstvolgende bus terug te nemen om hem te verrassen. Ze liep zijn huis binnen en zag tot haar grote schrik, dat hij stomdronken op de bank hing. Nooit had hij in haar bijzijn veel gedronken, maar blijkbaar was hij alleen een heel ander persoon dan dat hij zich richting de buitenwereld voordeed. Nu leek het alsof hij niet meer kon stoppen als hij eenmaal begon te drinken.

Toen ze in de deuropening stond keek hij haar niet eens aan, maar reageerde wel door op te staan en recht op haar af te komen en hij leek naar haar uit te halen, maar ze kon zijn hand net ontwijken, draaide zich om, pakte haar tas, die ze in de gang had neergezet en liep de deur uit. Nog vol van de schok dat hij haar wilde sláán bleef ze aan de straatrand staan en draaide zich om, om te kijken of ze het zich niet verbeeld had. Ondertussen was hij achter haar aangelopen, stond in de deuropening en beval haar, luid schreeuwend, dat ze bij hem terug moest komen, voordat er ongelukken zouden gebeuren, maar ze draaide zich om en liep weg richting de bushalte, want dit was wel het laatste wat ze van deze avond verwacht had. Een paar seconden later hoorde ze een deur hard dichtgeslagen worden en ze zag, toen ze al lopend over haar schouder keek, dat hij achter haar aan kwam. Gelukkig was hij niet al te snel door de alcohol, maar hij hield wel vol, maakte een een zodanig angstige indruk op haar, dat ze haar vriend niet meer in hem herkende.

Bij de bushalte zag ze nog net de achterlichten van haar bus de hoek omslaan, dus moest ze naar het station lopen in de hoop dat daar snel een trein zou vertrekken. Het lopen naar het station leek ontzettend lang te duren, vooral omdat ze niet wist of hij nog achter haar aan liep en vooral dat ze geen idee had waar hij op dat moment kon zijn. Ze geloofde niet dat hij het al opgegeven had, dus ze bleef op het perron heel goed opletten of ze iemand zag die op hem leek. De trein stopte en ze zag hem niet op het perron staan en dat hij zo snel de trein ingelopen was, leek haar bijna onmogelijk, maar stel dat hij hier toch zou zijn, dan had ze geen idee wat ze zou moeten doen.

Aan het einde van haar verhaal, kon hij door het beetje licht van de maan zien dat ze hele waterige ogen had en hoewel haar stem rustiger klonk dan in het begin, merkte hij dat ze ontzettend angstig praatte. Totaal tegen hoe hij normaal was in, stond hij op, ging naast haar zitten, sloeg een arm om haar heen en gaf haar een knuffel. Opeens sprongen de lichten in de trein weer aan, maakte de motor weer volop geluid en geschrokken lieten ze elkaar weer los.
De stem die door de luidsprekers klonk vertelde dat de storing opgelost was en dat ze weer verder konden reizen. Voor alle passagiers die over moesten stappen en de aansluiting gemist hadden, zou vervoer geregeld worden en ze hoopten dat de reizigers niet al te veel extra hinder door deze storing zouden ondervinden.

De trein vertok weer, op weg naar het volgende station. Vijf minuten lang keken ze elkaar aan, zonder ook maar één woord te zeggen, tot zij de stilte doorbrak en zei dat ze bij het volgende station uit de trein ging en haar ouders zou bellen om haar op te komen halen. Toen de trein aankwam op het station gaven ze elkaar drie zoenen, pakte zij haar tas en liep de trein uit. Zonder naar hem om te kijken liep ze weg. De rest van de reis kon hij zijn gedachtes nergens bijhouden en hij was opgelucht dat hij uiteindelijk in zijn kamer was.

De twee weken gingen heel snel voorbij en thuis aangekomen was hij ontzettend blij om zijn vriendin weer te zien, maar de hele vakantie hield hij de neiging om ’s avonds naar het station te gaan om in die trein te stappen, in de hoop dat hij haar nog één keer kon zien.
__________________
Al is de reiziger nog zo snel, de ns vertraagt hem wel.
Advertentie
Topic gesloten

Topictools Zoek in deze topic
Zoek in deze topic:

Geavanceerd zoeken

Regels voor berichten
Je mag geen nieuwe topics starten
Je mag niet reageren op berichten
Je mag geen bijlagen versturen
Je mag niet je berichten bewerken

BB code is Aan
Smileys zijn Aan
[IMG]-code is Aan
HTML-code is Uit

Spring naar

Soortgelijke topics
Forum Topic Reacties Laatste bericht
Verhalen & Gedichten Stem op het beste verhaal uit de verhalenwedstrijd!
Ieke
176 26-08-2005 16:28


Alle tijden zijn GMT +1. Het is nu 12:41.