Een opl. met een bekende hoeveelheid oxaalzuur wordt in een zuur milieu bij verhoogde temperatuur geoxideerd met een kaliumpermagnatopl.. Bij deze reactie zijn Mn²+ ionen kathalysator.
Ik heb op school een potje gekregen met een hoeveelheid oxaalzuur en moet kijken hoeveel er in dat potje zit.
werkwijze
breng de hoeveelheid over in een bekerglas van 100mL en los op in ca. 40 mL water. Breng de oplossing over in een maatkolf van 100 mL vul aan en homogeniseer.
( de oplossing zit nu dus in 100mL)
pepiteer 25 mL van deze oplossing in een erlenmeyer van 250 mL, verdun tot ca. 100 mL en voeg 25 mL zwavelzuur toe. verwarm nu tot ca. 80 graden celcius.
na dit gedaan te hebben heb ik de oplossing getitreerd met kaliumpermagnaatopl.
van de kaliumpermagnaatopl. heb ik 20,50 mL nodig gehad.
a) geef de vergelijking van de reactie die tijdens de titratie verloopt.
b) waarom moet de oplossing aangezuurd worden?
c)moet de hoeveelheid zwavelzuur nauwkeurig afgemeten worden?
d) moet er een indicator worden gebruikt?
e) welke kleuromslag neemt men waar?
f) waarom moet de oplossing tot 80 graden verhoogd worden?
g)waarom mag je aan het begin van de titratie niet te snel kaliumpermagnaat toevoegen?
Bereken hoeveel gram oxaalzuur (ethaandizuur) in het potje zit
UITWERKINGEN
a) redox
MnO4- + 8H+ +5 elekt => Mn2+ +4H2O
H2C2O4 => 2 CO2 + 2H+ + 2elektr.
dit wordt totaal:
2MnO4- +6H+ + 5H2C2O4 => 2Mn2+ +8H2O +10CO2
b)voor de oxidator MnO4- zijn H+ nodig
c) Nee het gaat erom dat H+ aaanwezig is.
d) nee kaliumpermagnaat verkleurt vanzelf
e)kleurloos--> roze
f) co2 eruit / grote botsingskans = snele reactie ??welke van 2
g) hier wist ik geen antwoord op
h) er is 20,50 x 0,0199 Molair = 0,41 mmol MnO4- verbruikt
dus 2,5 keer zoveel C2H2O4 (= 1,02 mmol)
dit is 91.8 mg (1,02 x molec massa (= 90u)
die 91.8 mg zat in 25 mL, ik had 100 ml dus 91.8 x 4 is 369.30 mg
kunnen jullie please kijken of mijn antwoorden en berekening kloppen