Dat ze niet onderzoekend genoeg zijn komt, lijkt me, doordat je deelvragen zo ontzettend algemeen zijn. De revoluties hadden natuurlijk ontzettend veel gevolgen op allerlei verschillende vlakken. Je moet je vragen wat specifieker maken, bijvoorbeeld
Wat voor impact had de revolutie in het dagelijks leven van de bevolking?
Dan kun je onderzoek doen naar bijvoorbeeld vrijheid van meningsuiting, werkgelegenheid, sociale voorzieningen, belastingverhoging/verlaging, etc, en concluderen dat het beter of slechter werd of niet zo veel uitmaakte voor de bevolking. Dan kun je ook nog onderscheid maken in verschillende bevolkingsgroepen ingedeeld op inkomens, nationaliteiten, etc.
In plaats van die impact op het leven van de burgers kun je je ook richten op de economie, verhoudingen met andere landen, weet ik wat.
Je kunt je ook meer op oorzaken richten, zoals de politieke/sociale/economische omstandigheden die aanleiding gaven voor de revolutie, en of dat het na de revolutie inderdaad 'beter' werd.
Speelde het hele volk een belangrijke rol, of kwam de revolutie uit een aantal specifieke bevolkingslagen, of was het vooral een militaire aangelegenheid.
Etcetera etcetera.
Je moet dus niet de revoluties in hun geheel op alle vlakken willen onderzoeken en analyseren, want dat kan niet. Je moet een aantal specifieke punten nemen waar je ze op gaat onderzoeken en vergelijken. Je kunt overal dan veel dieper op ingaan, waardoor het echt een onderzoek wordt, en niet een geschiedenisboek waarin je alles oppervlakkig beschrijft.
|