Ochtend
Tikken van regen op de straat
Een brommer die start, een vogel die fluit
Mijn wekker die plotseling gaat
Ik weet het, ik moet mijn bed nu uit
Ik schud de dromen uit mijn hoofd
Verlos me van het wekkerlawaai
Ik ruim m'n kleren op zoals beloofd
God, wat is de ochtend saai
Ontbijt; jam en hagelslag
Een kopje thee, een droge cracker
Zo gaat het nu iedere dag
Hé, gaat daar nu alweer die wekker?
Nee, dit keer is 't de telefoon
Wie heeft dat ding in godsnaam uitgevonden?
Ik strompel van tafel, op m'n gemakje gewoon
Hallo? ... Shit, verkeerd verbonden.
Ik vervolg mijn ritueel, ietwat van slag
Dan pas dringt het tot me door
Kut, het is zaterdag.
|