In den beginne was er niets.
Zo staat het in de bijbel.
Zij gelooft in de bijbel, mijn beste vriendin. Ze lacht om dingen als de evolutietheorie en homoseksualiteit. Ik hou van haar al vertrouw ik niet echt in Het Geschrevene, niet wat van Zijn hand komt in ieder geval. Ik lees de krant. Soms lees ik een boek, in bed. Verhalen die na de laatste bladzijden verteld zijn, zonder dat je er keer op keer weer over na moet denken.
Zij zal nooit zwanger worden voor ze degelijk getrouwd is, zij zal nooit zondigen, zelfs als niemand het kan zien, want God kijkt altijd mee over haar schouder. Zij zal altijd de andere wang toekeren en lachen. Soms benijd ik haar, omdat haar grens tussen Goed en Kwaad geen koord is waarover ze moet dansen. Het is een pad van brede gele tegels en ze loopt er lachend overheen met die ene wang van haar uitdagend naar me toegekeerd. Sla me dan.
Op een avond kwam ze thuis van een leuke avond met een leuke jongen en sloeg haar vader haar een blauw oog (hij gelooft ook in de bijbel). Ze keerde alleen haar andere wang naar hem. Hij had tenslotte gelijk. Lust is zondig. God heeft man en vrouw geschapen om verdomme tot het huwelijk van elkaar af te blijven.
In den beginne was er niets, maar toch heeft haar God op een gegeven moment besloten er iets van te maken. Huisje boompje beestje, paradijsje appeltje slangetje, klaar! Er kwam nog een heel stuk over de zondeval en Job en Jezus maar dat sla ik liever over. Het is maar al te bekend en mijn woorden zijn niet mooi genoeg om het na te vertellen. Ik denk alleen niet dat haar God met zijn verhaal oorlogen wilde ontketenen, onverdraagzaamheid wilde oproepen, ik denk zelfs niet dat hij wilde dat we een afkeur voor appels ontwikkelden of onze dochters blauwe ogen sloegen.
Mijn God (die af en toe een cynisch stukje in de krant plaatst of een mooi boek schrijft) zou oproepen tot vrede en mogelijk zelfs naaktheid. Hij zou af en toe flink dronken worden en zijn eigen fouten toegeven. Mijn God zou struikelen over de zoom van zijn kleed (voor de conventionaliteit zou Hij nog wel een jurk dragen) en engeltjes zoenen achter een wolk, Hij zou tranen huilen voor gevallen kinderen en dode rupsen, Hij zou die kinderen in Nigeria gewoon te eten geven. En in Zijn beginne zou er meteen alles zijn. Geen gezeur.
__________________
Nou, dan spelen we toch geen levensweg.
|