Oud 08-04-2008, 15:19
zoiee
zoiee is offline
Ik hoop dat jullie mij kunnen helpen. ik moet een gedicht bespreken voor nederlands, maar ik moet dus ook het metrum vinden. en dit lukt me niet. en ik heb ook eigenlijk geen idee over er ußerhaupt een metrum in zit. Dit is het gedicht:

~Rendez-vous~

Er wordt nog altijd over je gesproken,
terwijl je langzaam een wordt met de grond,
en onze liefde gaat van mond tot mond,
want wat ons bond is door geen dood verbroken.

Wij waren zo betrokken met elkaar,
dat lijf en ziel elkaar blijven bestoken.
Maar lief, kom soms een beetje bij me spoken;
wij zijn nog lang niet met elkander klaar.

Jean Pierre Rawie

Kunnen jullie hier een metrum in vinden? en eventueel ook stijlfiguren.
Met citaat reageren
Advertentie
Oud 09-04-2008, 09:29
Vogelvrij
Avatar van Vogelvrij
Vogelvrij is offline
Volgens mij zit er niet echt een metrum in. Wel een rijmschema, maar dat had je vast zelf ook al ontdekt (ABBA)
En verder zitten er een hoop beeldspraak in, als bij mond tot mond. Let ook op de aanhef 'Maar lief'. Veel succes nog.
__________________
Het werkelijke leven is een veel oppervlakkiger gedoe dan men zichzelf bekennen wil. (T. Thijssen)
Met citaat reageren
Oud 09-04-2008, 17:19
Belgarath
Avatar van Belgarath
Belgarath is offline
Metrum is jambe.

Er wordt nog altijd over je gesproken,
terwijl je langzaam een wordt met de grond,
en onze liefde gaat van mond tot mond,
want wat ons bond is door geen dood verbroken

etc, etc, etc
__________________
The brown rat looks questioningly at its corpse. Squeak? SQUEAK. The ghost of the rat nods sadly, and disappears down a nearby sewer.
Met citaat reageren
Oud 09-04-2008, 18:24
Gast1234
sowieso ook assonantie: de "o" in 1e strofe
lijf en ziel elkaar bestoken = metonymia
van mond tot mond = alliteratie en dubbelop
Met citaat reageren
Oud 10-04-2008, 09:55
Vogelvrij
Avatar van Vogelvrij
Vogelvrij is offline
Citaat:
Metrum is jambe.

Er wordt nog altijd over je gesproken,
terwijl je langzaam een wordt met de grond,
en onze liefde gaat van mond tot mond,
want wat ons bond is door geen dood verbroken

etc, etc, etc
Ja, toch? Het klopt dan toch niet helemaal, 'je' kan toch nooit nadruk krijgen (dan zou het wel jou zijn?) En woorden als 'wordt'
__________________
Het werkelijke leven is een veel oppervlakkiger gedoe dan men zichzelf bekennen wil. (T. Thijssen)
Met citaat reageren
Oud 10-04-2008, 12:55
Alwien
Avatar van Alwien
Alwien is offline
Hm, ik denk dat de jambe op zich wel klopt, maar dat het gewoon niet helemaal regelmatig is. Redelijk wat stille heffingen, voor zover ik kan zien (=lettergrepen die volgens het metrum beklemtoond zouden moeten zijn, zijn onbeklemtoond).
__________________
Als je luistert naar de wolken, als je luistert naar de wind
Met citaat reageren
Oud 10-04-2008, 13:00
Vogelvrij
Avatar van Vogelvrij
Vogelvrij is offline
Stille heffingen, naar dat woord zocht ik ja
__________________
Het werkelijke leven is een veel oppervlakkiger gedoe dan men zichzelf bekennen wil. (T. Thijssen)
Met citaat reageren
Oud 10-04-2008, 18:19
Multilot
Avatar van Multilot
Multilot is offline
Er zit geen metrum in. Als je hem overdreven jambisch uitspreekt merk je dat het niet klopt.
Heel veel beeldspraak zit er niet in.. Ik heb niet het idee dat er erg lang over dit gedicht is nagedacht, als er al iets inzit van alliteratie of assonantie of iets dergelijks, zal dat vast niet met opzet zijn gebeurd.
__________________
Lief zijn!
Met citaat reageren
Oud 13-04-2008, 02:42
Verwijderd
Hmm, ik weet niet wat men hier gemist heeft, maar dit gedicht is voor Nederlandse begrippen toch echt zo jambisch als een stoomlocomotief.
Met citaat reageren
Oud 13-04-2008, 02:44
Verwijderd
Ik vind dit trouwens een zeer poëtisch gedicht en ik zal vanmiddag een uitgebreide analyse posten. Het is echt klinkklare nonsens dat dit een gedicht zou zijn zonder poëtische functie, zonder metrum en zonder 'bewust' rijm.
Met citaat reageren
Oud 13-04-2008, 15:47
Verwijderd
Hierbij mijn beloofde analyse…

Citaat:
Rendez-vous

Er wordt nog altijd over je gesproken,
terwijl je langzaam een wordt met de grond,
en onze liefde gaat van mond tot mond,
want wat ons bond is door geen dood verbroken.

Wij waren zo betrokken met elkaar,
dat lijf en ziel elkaar blijven bestoken.
Maar lief, kom soms een beetje bij me spoken;
wij zijn nog lang niet met elkander klaar.

Jean Pierre Rawie
Laten we eerst maar eens naar het metrum kijken. Belgarath heeft het metrum in mijn ogen al goed gezien: dit gedicht is inderdaad jambisch. We hebben hier te maken met regels van vijf voeten, dus hier is sprake van een jambische pentameter. Het moge sommige lezers daardoor enigszins vreemd in de oren klinken, maar dat is altijd zo bij Nederlandstalige jambische gedichten; het Nederlands lijkt zich voor de jambe eenvoudigweg niet zo te lenen. Het valt inderdaad te betogen dat het niet geheel gelukkig is dat veel Nederlandse dichters dit metrum van klassieke dichters hebben overgenomen, maar het is nu eenmaal al heel lang niet anders. Misschien heeft dit metrum een speciale functie binnen dit gedicht, het zou een bijzonder betekeniseffect kunnen hebben. Bovendien hoeft niet alles perfect in het metrum te passen: ook antimetrieën kunnen een speciale functie hebben. We zullen hier later nog op terugkomen.

Dan is het nu tijd voor het rijm. Er is inderdaad sprake van omarmend rijm: ABBA. Omarmend rijm is typerend voor liefdesgedichten (het wordt niet voor niets ‘omarmend’ genoemd), wat in mijn ogen erg belangrijk kan zijn voor de interpretatie van het gedicht. In dit geval is er nog iets bijzonders aan de hand: regel 6 en 7 rijmen op regel 1 en 4, waardoor het rijmschema er als volgt uitziet: ABBA, CAAC. Dit is echt wel iets bijzonders, waar we zeker niet aan voorbij mogen gaan. Verder is er hier en daar sprake van alliteratie, het duidelijkst op deze plaatsen: ‘want wat’; ‘door geen dood’; ‘Wij waren’; ‘blijven bestoken’; ‘beetje bij’; en ‘spoken / wij zijn nog lang niet met elkander klaar. Assonantie zien we in de volgende gevallen: ‘wordt nog’ [o]; ‘over je gesproken’ [o]; ‘wordt [..] grond’; ‘onze […] mond tot mond’; ‘want wat’; ‘ons bond’; ‘door […] dood verbroken’; ‘lijf […] blijven’; ‘wij zijn’. De meeste gevallen van alliteratie en assonantie hebben wat mij betreft niet een heel speciale functie, maar geven het gedicht uiteraard wel een zeker ritme. Een bijzonder geval is ‘mond tot mond’, omdat hier sprake is van repetitio (herhaling) en dus ook van alliteratie en assonantie.

In dit gedicht spreekt het lyrisch subject (of het lyrisch ik) tot zijn overleden geliefde: de liefde gaat van mond tot mond, de band is nog niet verbroken; ze waren zo betrokken met elkaar, dat zij zowel geestelijk als lichamelijk nog met elkander verbonden blijven. Het thema van diepe verbondenheid en eenheid versus afscheid ziet men ook terug in de titel, die ‘ontmoeting’ en, als ik me niet vergis, ook iets in de zin van ‘weerzien’ betekent. Dit thema kan ook door vormelijke aspecten worden gemotiveerd: ‘mond tot mond’ rijmt op ‘bond’, maar ook op ‘grond’. Dit duidt op de liefde tussen het lyrisch subject en zijn geliefde (verbondenheid), maar ook op de vertering van haar (of zijn) lichaam (afscheid van het lyrisch subject, maar ook verbondenheid met de grond). Het moge trouwens duidelijk zijn dat ‘de grond’ een metonymie is (totum pro parte) en dat ‘onze liefde’ en ‘geen dood’ personificaties zijn. Ook in de tweede strofe vinden we vormelijke aspecten die dit thema motiveren: ‘betrokken […] blijven bestoken’ duiden ook op deze diepe verbondenheid, die ondanks de dood niet wordt verbroken. ‘Lijf en ziel’ is een oppositie die te maken heeft met de tegenstelling tussen verbondenheid en afscheid (merk overigens ook hier de personificaties op).

We zien dus dat er voortdurend sprake is van opposities: leven versus dood, liefde versus dood, verbondenheid versus afscheid, lijf versus ziel. Ook in het gedicht zien we een tweedeling: het is in twee gelijke strofen verdeeld. Er zijn ook plekken waarop opposities worden ondermijnd: ondanks de dood gaat de liefde ‘van mond tot mond’ (een schijnbare tegenstelling tussen twee gelijke delen). Daarnaast is er in de zevende regel een pointe, hetgeen ook te zien is aan de komma, die het ritme van het gedicht onderbreekt: het lyrisch subject verlangt dat de geliefde bij hem komt spoken. Spoken, levende doden of dode levenden, ondermijnen de tegenstelling tussen leven en dood. Eigenlijk wordt in de rest van het gedicht ook al deze tegenstelling ondermijnd: ondanks de dood van de geliefde blijft de liefde nog steeds voortbestaan. Ondanks de dood wordt er nog altijd over de geliefde gesproken (merk op dat deze act van spreken op de poëzie zelf zou kunnen duiden!). De titel slaat waarschijnlijk ook op het verlangde spoken. Dit thema van omkeringen verklaart ook de omkering van het omarmende rijm: de beide strofen worden door één element, dat zich zowel aan de binnenkant als aan de buitenkant bevindt, met elkaar verbonden. Misschien verklaart het thema ook de enige echte antimetrie in dit gedicht: blijven. Dit woord krijgt zo namelijk extra nadruk.

Ik zou nog wel uren hierover kunnen doorschrijven, maar ik heb hoofdpijn. Ik hoop door middel van deze korte, vlug geschreven analyse van de belangrijkste aspecten van dit gedicht duidelijk te hebben gemaakt dat het weldegelijk een metrum, stijlfiguren en beeldspraak kent.
Met citaat reageren
Advertentie
Reageren

Topictools Zoek in deze topic
Zoek in deze topic:

Geavanceerd zoeken

Regels voor berichten
Je mag geen nieuwe topics starten
Je mag niet reageren op berichten
Je mag geen bijlagen versturen
Je mag niet je berichten bewerken

BB code is Aan
Smileys zijn Aan
[IMG]-code is Aan
HTML-code is Uit

Spring naar


Alle tijden zijn GMT +1. Het is nu 18:35.