kleuter psychologische en sociale ontwikkeing

ik zit met een probleem!
ik moet een werkje maken over
kleuters: de psychologische ontwikkeling en sociale ontwikkeling
ik vond hier wel al enkele dingen over maar niet echt iets concreets...
mijn vraag is nu
hebben jullie soms toevallig iets voer de psychologische en sociale ontwikkeling??
iets uit een cursus of een goeie samenvatting ofzo
ik zou je heel erg dank baar zijn!!

mijn emailadres: up_to_trance@hotmail.com

groetjes en merci
hopelijk hoor ik iets van je...

[Balance]

Misschien zit hier iets bij waar je wat aan hebt? Het is een samenvatting (alleen het 'early childhood' gedeelte, omdat kleuters daar binnen vallen) van een boek over de ontwikkeling van kinderen (Child development).

Hoofdstuk 9. Early childhood, cognitieve ontwikkeling

Early childhood volgens Piaget: tussen 2 en 7 jaar.
Beweringen van Piaget mbt early childhood:
- Kunnen geen gevolgtrekkingen beredeneren. Kritiek: wel bij simpele systemen.
- Schrijven leven toe aan niet levende dingen. Kritiek: al vanaf 3 jaar verschil tussen wel of niet levend.
- Geen begrip van conservatie. Zie later.
- Kwantitatieve regels voor rekenen pas vanaf 6 / 7 jaar ontwikkeld.
- Besef mbt grootheden is nog niet precies en kwantitatief.
- Piaget onderschatte cliassificatie, seriation en transitive inference.

Voorschoolse kinderen gebruiken minder strategieën voor het ontplooien van aandachtshulpmiddelen dan oudere kinderen.

Goed recognition memory en free recall.

Theory of mind = kunnen begrijpen hoe gedachtes werken inclusief mentale operaties, zoals: weten, willen, denken, onthouden en iets doen met een bepaald doel.

Kinderen gaan steeds beter de eigen mind snappen en daarnaast ook steeds beter het gedrag en perspectief van anderen begrijpen.

5 fases van de theory of mind:
- 2jr: De mind bestaat.
- 3jr: begrip dat je alleen iets kan weten als je het hebt gezien. Mind + fysieke wereld. Verschillende gezichtspunten.
- 3jr: Er kan een verschil zijn met wat je in je hoofd hebt en met wat er in het echt is.
- 5jr: Iets wat in je mind zit hoeft niet (exact) hetzelfde te zijn als hoe het er in het echt uit zou zien.
- 9/10jr: Gedachten in mind zijn geen kopieën van werkelijkheid. Heeft te maken met de interpretatie van de werkelijkheid.


Hoofdstuk 10. Early childhood, sociaal-emotionele ontwikkeling

Oude vaardigheden nemen toe, zoals:
- Zelfvertrouwen, zelfcontrole en zelfregulatie
- Motorische vaardigheden
- Taal en cognitieve bevoegdheden
- Voorstellingsvermogen

De belangrijkste mentale aspecten:
- Beliefs (suppose, know, expect, doubt)
- Desires (want, wish, hope, should)

Emotional regulation = een capaciteit om emotionele expressie te controleren en te gebruiken.

Ontiwkkelingsopgaven mbt emotinal regulation:
1. Frustration tolerance. Voorkomen dat je door frustratie jezelf verliest.
2. Delay of gratification. Een directe beloning laten gaan om later een grotere beloning te krijgen. Voorspelt positieve functionering in latere leven.
3. Ego resiliency. Impulsen kunnen reguleren in situaties waarin dat nodig is en dit niet doen wanneer het niet nodig is (bijv. wel in de klas, maar niet op het schoolplein).
4. Internalizing standards. Normen en waarden internaliseren.

Peer relations veranderen in de kleuterjaren:
- Enduring friendships: meer lachen en kijken naar vrienden.
- Meer samen spelen. Hechtere vriendschap dan bij peuters.
- Actief investeren in vriendschap.

Problemen op kleuterleeftijd voorspellen latere problemen (10/11 jaar).

Door te spelen kan een kind:
- Omgaan met conflicten en angsten.
- Ontwikkelingsissues doorgaan.
- Beter omgaan en begrijpen van sociale rollen.

Sex-typed behavior = gedrag dat voldoet aan de verwachtingen over wat jongens of meisjes horen te doen.

Gender-role concept = Kennis van culturele stereotypes omtrent jongen en meisjes.

Gender rol ontwikkeling:
- 2-3jr: Voorkeur voor gendergerelateerd speelgoed. Geen begrip van wat gender is.
- 3-4jr: Sex-typed gedrag neemt toe. Jongens en meisjes meer in hokjes geplaatst.
- 4-5jr: Abstracte gedachten over verschil in sekse. Verschil in spel bij jongens en meisjes.

Pas vanaf 4 / 5 jaar begrip dat geslacht constant is.

Verklaring van het verschil in gender:
- Biologisch:
o Evolutionair gezien: mannen jaagden, vrouwen verzorgden.
o Hormonen en hersenen ontwikkelen zich anders. Meisjes beter verbaal, jongens beter wiskundig.
- Sociaal:
o Men vraagt al van jongs af aan of iemand een jongen of meisje is.
o Men behandelt een kind naar wat men denkt dat het is (baby Jane, baby Joe).
o Selective reinforcement. Jongens beloont bij spelen met lego; meisjes bij poppen.

Volgens Baumrind zijn er 3 opvoedingsstijlen:

Autoritatief:
- streng en constistent.
- warm en duidelijke communicatie.

Autoritair:
- Strikt, inconsequent.
- Geen warmte of aanmoediging.

Permissief:
- Tolerantie jegens bijna elk gedrag.
- Laxheid in monitoring en bestraffing.

En hier nog een stuk over de psychopathologische ontwikkeling. Ik heb er alleen het stukje uitgehaald waar je eventueel wat mee zou kunnen mbt kleuters.

Gedrag dat voorkomt, maar in minder hevige mate normaal kan zijn:
- Moeite met gedragsregulatie, als frustratie tolerantie of egoveerkracht.
- Moraliteit aanleren.
- Empathy moeten ontwikkelen.

Twee types:

Childhood-onset type (4-8 jaar)
- Ontstaat al op jonge leeftijd en zet door naar adolescentie.
- Moeilijk temperament in early childhood.
- Openlijke agressie en geweld.
- Andere problemen, zoals weinig aandacht of impulsiviteit.
- Voorspeller voor gedragsstoornissen later.
- Komt vaker voor bij jongens dan bij meisjes.

Adolscent-onset type (10-14 jaar)
- Ontsaat pas in adolescentie. Normale vroege ontwikkeling.
- Minder ernstig, minder agressief gedrag.
- Niet zo veel andere problemen.
- Gaat vaak wel over naar volwassenheid.
- Even vaak bij jongens als meisjes.

Risicofactoren:
- Drugsgebruik van ouders, depressie van ouders of ouders met zelf een stoornis.
- Ruzie of geweld in familie.
- Fysieke, harde straffen en weinig uitleg.
- Inconsistente opvoeding (van één ouder of onderling).
- Gebrek aan controle en discipline.

Depressie (emotionele ontwikkelingsstoornis).

Symptomen:
- Neerslachtig of geïrriteerde stemming.
- Gebrek aan interesse of plezier.
- Slaapproblemen en/of eetproblemen.
- Gevoel van waardeloosheid en/of onrealistisch schuldgevoel.
- Suïcidale gedachten.

Uitingsvormen van depressie hangen af van leeftijd:
- Gebrek aan interesse of plezier  early preschool.
- Onrealistisch schuldgevoelens  late preschool.
- Gevoel van waardeloosheid  school leeftijd.
- Suïcidale gedachten / acties  adolescentie.

Voor de duidelijkheid: kleuters vallen onder preschool

Risicofactoren voor depressie:
- Genetische aanleg en biologische kwetsbaarheid.
- Depressie van ouders: gebrek aan warmte en betrokkenheid.
- Psychologische mishandeling.
- Problemen met peer relaties.
- Negatieve levensgebeurtenissen, zoals het overlijden van een ouder.

ja man !
echt ne dikke merci
kheb nu eindelijk is wa deftigs
echt waar super bedankt!
!!!

heel veel kusjes!!

[light fighter]

ik moet nu gelijk denken aan de psychoseksuele ontwikkeling van Freud....

[I love stars]

Welke invloed zou een rot kleuter gebeuren kunnen hebben op je latere leeftijd?

Vroeg het me af omdat ik als ik terug denk aan de kleutertijd nog steeds boos kan worden. Ik had vaak straf ( 3 keer per week minstens) , wilde niet naar school , juf en ik konden totaal niet opschieten.

uhmm welleke ,ergens in men opzoekings ding kwam ik ook te wetne dat problemen in de kleuter tijd ook zich later uiten , rond een leeftijd van 10/11 jaar
wat dat inhoud wetek ook nie just...
mss daj vree opstandig bent ofzo?

[Balance]

I love stars schreef op 24-10-2005 @ 21:50 :
Welke invloed zou een rot kleuter gebeuren kunnen hebben op je latere leeftijd?

Vroeg het me af omdat ik als ik terug denk aan de kleutertijd nog steeds boos kan worden. Ik had vaak straf ( 3 keer per week minstens) , wilde niet naar school , juf en ik konden totaal niet opschieten.

Het ligt er een beetje aan in hoeverre dat zich door zet naar bijvoorbeeld thuis. Stel, jij ervaart voortdurend stress (wat dus ook een kleuter al kan hebben) omdat je opziet tegen het naar school gaan, dan wordt er voortdurend een stofje (cortisol) aangemaakt dat vrij komt bij die stress. Teveel van stofje is niet goed voor je. In ernstige mate kan het afsterving van delen van je hersenen veroorzaken (maar wees gerust, in het geval dat jij noemt is dit absoluut niet het geval, ik heb het over écht ernstige voorbeelden). In minder ernstige, doch belangrijke gevallen kan het voor bijvoorbeeld verhoogde hartslag en bloeddruk zorgen. Dit kan (let altijd op dat het over kunnen gaat. Er is dus geen directe oorzaak-gevolg relatie!!) weer gevolgen hebben voor cardiovasculaire ziekten.
Ook kan het aanwezig zijn van een chronische stressor zorgen voor verhoogde kans op een gedragsstoornis. Dat komt doordat je gewend raakt aan een bepaald niveau cortisol, wat er uiteindelijk voor zorgt dat je lichaam een soort van immuun raakt voor stressors. Dit betekent dat je je spanning ergens anders kwijt moet, wat voor gedragsproblemen kan leiden.
En zoals je kan zien in het tweede stuk dat ik gaf kunnen ook kleuters als depressief zijn, zij het niet dat het zich anders uit dan op latere leeftijd.

Ik moet wel eerlijk zeggen dat ik me afvraag of jouw voorbeeld hieronder valt, want er zit nogal een verschil in een chronische stressor als 'voortdurend opzien tegen naar school gaan' of een chronische (fysieke) stressor als 'voortdurend honger hebben omdat er geen eten is'

Oh ja, dit alles is onder voorbehoud dat ik m'n colleges goed heb begrepen (en dat hoop ik erg, want vrijdag heb ik er tentamen over )

[Megalomaniace]

'k Weet niet of je nog documentatie nodig hebt, zowel :

Het boek van Rita kohnstamm - kleine ontwikkelingspsychologie is wel handig hiervoor. Deel 1 gaat over kleuters

Verder hebben wij voor ontwikkelingspsychologie het volgende boek gehad:
L. Verhofstadt – Denève, P. Van Geert, A. Vyt; Handboek ontwikkelingspsychologie (grondslagen en theorieën)
Maar dat is best wel moeilijker en 'k denk dat je aan het eerste meer zal hebben.

En verder: belangrijkste is Piaget voor cognitieve ontwikkeling, Kohlberg voor moraalontwikkeling ( kan wel handig zijn, want moraal is toch wel belangrijk bij prosociaal gedrag).
Iig veel succes met de taak.

[YopY]

Euh... Google zoeken en zelf je huiswerk maken misschien?

[Balance]

YopY schreef op 27-10-2005 @ 13:10 :
Euh... Google zoeken en zelf je huiswerk maken misschien?

Want wij maken nu d'r huiswerk? Het enige dat wij d'r nu aanleveren is informatie; meer niet. Daar moet ze nog zelf altijd een werkstuk van maken, dus wees gerust, werk krijgt ze d'r echt wel aan hoor.

En zo makkelijk is het nog niet om iets over de psychologische en sociale ontwikkeling van kleuters te vinden met google. Helemaal niet als je wetenschappelijk onderbouwde stukken wilt hebben ipv stukjes tekst zonder auteur en verwijzing.

[mirnie]

je hebt toch boeken aangeschaft dacht ik voor de SPW jeeejzzz

[stoepkrijtje]

vallytjeuhh schreef op 23-10-2005 @ 10:08 :
ik zit met een probleem!
ik moet een werkje maken over
kleuters: de psychologische ontwikkeling en sociale ontwikkeling
ik vond hier wel al enkele dingen over maar niet echt iets concreets...
mijn vraag is nu
hebben jullie soms toevallig iets voer de psychologische en sociale ontwikkeling??
iets uit een cursus of een goeie samenvatting ofzo
ik zou je heel erg dank baar zijn!!

mijn emailadres: up_to_trance@hotmail.com

groetjes en merci
hopelijk hoor ik iets van je...

ik heb een werkstukgemaakt over ontwikkelingspsycholgie bedoel je dat?

[Balance]

mirnie schreef op 27-10-2005 @ 21:26 :
je hebt toch boeken aangeschaft dacht ik voor de SPW jeeejzzz

ja jeeejzzz, het is zeker moeilijk voor te stellen dat iemand een beetje z'n best doet om aan goede informatie te komen in plaats van alleen de boeken te bekijken die hem voorgeschoteld worden?

[mirnie]

Dan had ze het iig als nog eerst zelf kunnen proberen. Samenvattingen maken heb je al gedaan op de middelbare school. Probeer nu maar s dingen zelf uit te zoeken en doe zelf s je best ervoor. Net of de Spw zoooo moeilijk is joh. Bij ons haalde iedereen het op zn sloffen. Iemand vragen hoe je iets opzet oke, maar om nou het complete werk te gaan doen...