Advertentie | |
|
31-01-2007, 18:34 | ||
Citaat:
En ik bedoelde met die theedoek eigenlijk vooral dat er gewoon een oude hing voor het geval dat, niet dat het iedere dag gebeurt ofzo. Bedankt voor het advies, heb jammer genoeg volgende week proefwerk week dus weinig tijd om verder te schrijven.
__________________
Het blijft toch ook een groot ministerie he.
|
15-02-2007, 21:18 | ||
Citaat:
Maar hoe kan ik dan persoonlijkheid en stijl toevoegen? Is dat ook niet een beetje een kwestie van smaak?
__________________
Het blijft toch ook een groot ministerie he.
|
16-02-2007, 00:11 | |
Juist... Dat is een omvattende definitie.
Het gaat erom dat je met fictie iets moet willen creëeren waarvan jij denkt dat het waardevol is en iets toevoegd aan de wereld. Moraal, betekenis, gevoel, een ander perspectief, iets dat je meegemaakt hebt en andere mensen wilt tonen, een persoonlijk probleem in anonieme vorm, je gelukkige kindertijd of juist niet, een realisatie van iets belangrijks, een-warme- zomeravond-bij-het-kampvuur-gevoel, hoop, onmogelijke liefde, een heldere avond met duizenden sterren en het mysterie van het leven... En ga zo maar door Je moet zoiets schrijven als je hart harder begint te kloppen als de eerste flitsen van het verhaal je te binnen schieten en je denkt, nee, VOELT dat je schrijfwerk te wachten staat. Het verhaal moet dan naar buiten, en jij bent het enige medium die daartoe in staat is. Dát is schrijven naar mijn idee. (Samengevat met behulp van mevrouw Dorrestein)
__________________
.
|
16-02-2007, 14:21 | |
Oke, ik begrijp wat je bedoelt. Dit verhaal hoeft misschien niet naar buiten maar ik denk, sowieso al anders, niet echt na bij wat ik schrijf. Wel of ik het goed spel enzo natuurlijk, maar over het verhaal denk ik niet echt na. Het komt gewoon vanzelf.
Maar ik heb het eerste stuk nog even doorgelezen en ik heb toch wel wat veranderd. Het was Kerstochtend. Vandaag was een belangrijke dag, dat had hij zo besloten. Niemand wist het, zijn ouders niet, zijn broer en zijn zus, zelfs de doktoren niet! Hij was de enige. Hij had het een week terug al willen doen maar daar waren ze tegen geweest. Maar vandaag ging het gebeuren. Waarmee ze hem of zijn moeder ook mee zouden bedreigen. Hij had het zo bedacht, bovendien was het vandaag Zijn verjaardag. Mary was hoogzwanger. Ze was aan het koken, vandaag zouden ze simpel eten; pasta met saus uit een pot met gebakken gehakt. Ze wist dat het vandaag de grote dag was. Dit was Zijn verjaardag en daarom maakte ze iets simpels. Mary had hetzelfde een week geleden ook al gevoeld maar de dokters waren het met hem oneens geweest en hadden haar een spuitje gegeven met spul en na een uur mocht ze weer naar huis. Maar vandaag zou hij niet te stoppen zijn. Hij zou koste wat kost komen en zij wist het. Hij wist niet dat zij het wist. Zij wist dat hij dat niet wist, maar ze speelde toch met hem mee. Ze had het niemand verteld, zelfs haar man Roger niet. Het moest een geheim tussen hem en haar blijven. Ze stond een beetje te denken toen de pan met gehakt in de fik vloog. De meeste mensen zouden in paniek zouden zijn geraakt, maar zij niet. Ze liep rustig, alsof er niets aan de hand was naar het handdoekenrek en pakte de oude theedoek die ze hier had hangen voor dit soort noodgevallen. Rustig liep ze de twee passen terug naar het aanrecht terug en legde de theedoek over de pan. Het vuur ging onmiddellijk uit en ze ging weer verder met koken. Halverwege het gerecht begonnen de weeën. Ze wist wat er gebeurde, twee keer eerder had ze mee gemaakt. Het deed nog niet zo’n pijn maar het zou erger worden. Dat wist ze ook. Hij had bedacht dat dit wel een goed moment was. Zij was aan het koken dus kwam het niet uit en dat vond hij leuk. Hij begon zijn hoofd tegen het gat te drukken. De baarmoeder werkte mee. Het ging lukken, hij merkte dat ze reageerde. Ze stopte even met eten maken en bleef staan. Hij wist dat hij het proces in werking had gesteld. Ze zou over een paar uur in de auto stappen en haar man zou met haar naar het ziekenhuis scheuren. Daar zou het gebeuren. Hij zou eindelijk een naam krijgen daar had hij al heel lang op zitten wachten. Nog voor hij verwekt werd was hij zich al bewust van zichzelf. En hij wilde een naam. Dat zou nu gaan gebeuren. Ik heb geprobeerd wat langere zinnen te maken en de herhalingen er een beetje uit te halen.
__________________
Het blijft toch ook een groot ministerie he.
|
17-02-2007, 21:59 | ||
Verwijderd
|
Citaat:
Ik zou Stopbord dan ook aanraden zich niet te veel aan te trekken van romantische poëticale opvattingen. Een persoonlijke, stilistisch op het eerste gezicht oninteressante manier van schrijven kan juist erg interessant zijn. Het uitroepteken in de tweede regel van je laatste verbetering bijvoorbeeld doet afbreuk aan jouw pretentieloze stijl en dat is in mijn ogen behoorlijk zonde. Laatst gewijzigd op 17-02-2007 om 22:35. |
18-02-2007, 08:36 | |
Ik ben gelukkig ook geen hoogstaand schrijver dus echt geweldig hoeft het niet te zijn. Hoewel er genoeg boeken uitgegeven zijn die ook niet echt hoogstaand zijn.
Ik ga er nog wel mee aan de slag, met alle adviezen die gegeven zijn ernaast. Jullie krijgen binnenkort nog wel een aanvulling.
__________________
Het blijft toch ook een groot ministerie he.
|
18-02-2007, 14:48 | ||
Citaat:
Stopbord, ik vind dat je heel apart schrijft. Ik onthou je verhaal door die maffe schrijfstijl. Je moet naar mijn mening juist niet proberen er gevoel in te leggen, dit heeft juist zijn charme, vind ik. Haal dat uitroepteken dus inderdaad maar weer weg (dat viel mij ook meteen op). Ik vind het wel gevaarlijk, ik ben benieuwd wat je ervan maakt. Dat laatste stukje van de eerste poging vond ik een misstap, dat was veel te romantisch (met dat huilen en 'jeeh wij betalen de operatie wel'). En als je iets kloppends kunt maken van het satan-idee zou ik het erg knap vinden. Verdrink niet in je fantasie. Weet je zelf al waar je verhaal heengaat eigenlijk? |
Ads door Google |
18-02-2007, 17:23 | ||
Citaat:
Ik heb nog geen idee wat ik er verder mee moet. Om dat Satan-idee uit te werken heb ik in dat laatste stukje van de tweede poging dat kind zo... ja... eng gemaakt. Nu moet ik nog een opstap verzinnen om het jongetje echt satanistisch te maken. En ik moet nog een naam verzinnen, dus als iemand een duivelse naam weet... graag. Ik ben zelf ook eigenlijk niet blij met dat uitroepteken dus ik zal daar gewoon een punt van maken.
__________________
Het blijft toch ook een groot ministerie he.
|
18-02-2007, 19:09 | ||
Citaat:
“Mary, Mary!” Ze hoorde een stem. Haar buik deukte in onder zijn handen. “Mary, wakker worden. Er zijn broodjes.” Ze deed haar plakkerige ogen open. “Huh, wat?” “Ontbijt.” Roger keek haar liefdevol aan met het kind in zijn armen. Het jochie keek naar haar. Mary kneep haar ogen verschrikt dicht. Ze draaide zich om en klom aan de verkeerde kant het bed uit. “Ik kom er aan, ga maar naar beneden”, zei ze met haar rug naar Roger gekeerd. Hij liep de kamer uit. Daarnet, ja net, een minuut geleden. Hij had oogcontact gehad, voor het eerst in een week. Maar ze had haar ogen dichtgeknepen. Uit angst. Hij wist dat iedereen bang voor hem was. Hij wist niet hoe hij zich moest voelen, een jongetje van anderhalve week oud, zonder naam. Hij voelde weer een huilbui opkomen. Zijn lijfje schokte. Zijn gezicht vertrok. Roger zag het en legde het kind snel in de box. Vluchtig liep hij de kamer uit, naar de keuken. Maar het geluid van een huilend kind hoor je door het hele huis. Zeker het huilen van dit kind. Hij zakte in elkaar op de grond, zijn rug tegen de koelkast. Weer een stukje.
__________________
Het blijft toch ook een groot ministerie he.
|
20-02-2007, 14:33 | ||
Citaat:
__________________
Het blijft toch ook een groot ministerie he.
|
20-02-2007, 15:03 | ||
Citaat:
|
20-02-2007, 16:40 | ||
Citaat:
__________________
Het blijft toch ook een groot ministerie he.
|
21-02-2007, 14:56 | |
Het verhaal is af, nu alleen nog een titel.
Ik heb het hele verhaal nog een keer gekopieerd en hier neer gezet. Het was Kerstochtend. Vandaag was een belangrijke dag, dat had hij zo besloten. Niemand wist het, zijn ouders niet, zijn broer en zijn zus, zelfs de doktoren niet. Hij was de enige. Hij had het een week terug al willen doen maar daar waren ze tegen geweest. Maar vandaag ging het gebeuren. Waarmee ze hem of zijn moeder ook mee zouden bedreigen. Hij had het zo bedacht, bovendien was het vandaag Zijn verjaardag. Mary was hoogzwanger. Ze was aan het koken, vandaag zouden ze simpel eten; pasta met saus uit een pot met gebakken gehakt. Ze wist dat het vandaag de grote dag was. Dit was Zijn verjaardag en daarom maakte ze iets simpels. Mary had hetzelfde een week geleden ook al gevoeld maar de dokters waren het met hem oneens geweest en hadden haar een spuitje gegeven met spul en na een uur mocht ze weer naar huis. Maar vandaag zou hij niet te stoppen zijn. Hij zou koste wat kost komen en zij wist het. Hij wist niet dat zij het wist. Zij wist dat hij dat niet wist, maar ze speelde toch met hem mee. Ze had het niemand verteld, zelfs haar man Roger niet. Het moest een geheim tussen hem en haar blijven. Ze stond een beetje te denken toen de pan met gehakt in de fik vloog. De meeste mensen zouden in paniek zouden zijn geraakt, maar zij niet. Ze liep rustig, alsof er niets aan de hand was naar het handdoekenrek en pakte de oude theedoek die ze hier had hangen voor dit soort noodgevallen. Rustig liep ze de twee passen terug naar het aanrecht terug en legde de theedoek over de pan. Het vuur ging onmiddellijk uit en ze ging weer verder met koken. Halverwege het gerecht begonnen de weeën. Ze wist wat er gebeurde, twee keer eerder had ze mee gemaakt. Het deed nog niet zo’n pijn maar het zou erger worden. Dat wist ze ook. Hij had bedacht dat dit wel een goed moment was. Zij was aan het koken dus kwam het niet uit en dat vond hij leuk. Hij begon zijn hoofd tegen het gat te drukken. De baarmoeder werkte mee. Het ging lukken, hij merkte dat ze reageerde. Ze stopte even met eten maken en bleef staan. Hij wist dat hij het proces in werking had gesteld. Ze zou over een paar uur in de auto stappen en haar man zou met haar naar het ziekenhuis scheuren. Daar zou het gebeuren. Hij zou eindelijk een naam krijgen daar had hij al heel lang op zitten wachten. Nog voor hij verwekt werd was hij zich al bewust van zichzelf. En hij wilde een naam. Dat zou nu gaan gebeuren. Mary stapte voor het ziekenhuis de auto uit. Het was een wilde rit geweest omdat er veel verkeer op de straat was. Roger wilde graag zo snel mogelijk naar het ziekenhuis en had veel te hard gereden. Hij was zelfs door een paar rode stoplichten gescheurd. Toen ze net op weg waren, waren ze aangehouden door een politieagent. Hij had ze door laten gaan omdat Roger rondreed met een hoogzwangere vrouw. Mary had het allemaal een beetje overdreven gevonden. Ze liep de grote schuifdeuren door. Meteen stonden er een aantal verpleegsters om haar heen en werd ze in een rolstoel geduwd. Na een twee uur durende bevalling was hij eindelijk los. Hij was een persoon. Maar hij had nog geen naam. Ze hadden het nog niet verteld. Hij was zo teleurgesteld geweest dat hij moest huilen. Daarna had hij honger. Maar hij werd eerst gewogen en hij kreeg een luier aan een mutsje op. Hij voelde zich belachelijk. Ze legden hem bij zijn moeder. De dokters vertrokken. Zijn honger naar voedsel was groter dan zijn nieuwsgierigheid naar zijn naam. Toen hij klaar was met drinken kwamen de dokters terug. Omdat hij al een week eerder geboren had willen worden wilden de dokters een aantal testjes doen. Ze namen hem mee en onderzochten hem. Ze namen bloed af en controleerden of hij gezond was. Daarna legden ze hem in een couveuse omdat zijn moeder ook onderzocht moest worden en ze een beetje bezorgd waren. Bovendien waren er couveuses over dus was het niet erg dat er eentje werd gebruikt terwijl het niet echt nodig was. Na ongeveer drie uur onderzocht te zijn ging Mary op zoek naar de couveusekamer. Ze liep de lange gang uit en sloeg linksaf. Ze dacht dat ze daar heen moest omdat aan de andere kant de operatiekamers waren. Ze liep een klapdeur door. Toen ze halverwege de gang was zag ze een bordje hangen waarop stond dat ze weer terug moest voor de kinderafdeling. Ze draaide zich om en liep weer terug. Ze kwam weer bij de T-splitsing en toen ze beter keek zag ze een bordje hangen dat ze richting de operatiekamers moest om bij de kinderafdeling te komen. Ze haalde haar schouders op en liep de gang in. Omdat ze zich een beetje verveelde begon Mary de operatiekamers te tellen. Het viel haar op dat er geen 13e kamer was. ‘Dat komt zeker omdat sommige mensen bijgelovig zijn.’, dacht ze. Ze nam zich voor om het aan een zuster te vragen. Ze liep verder en kwam weer bij een splitsing. Ze sloeg rechtsaf want dat zei het bordje richting de kinderafdeling. Toen ze de gang doorgelopen was kwam ze bij vrolijk versierde klapdeuren. Ze nam aan dat ze nu eindelijk bij de kinderafdeling was. Toen ze de kinderafdeling opgelopen was zag Mary een soort receptie. Ze liep er naar toe en vroeg naar de couveusekamer. “Maar mevrouw”, zei de receptioniste. “De couveusekamer is op de kraam afdeling. Dit is de kinderafdeling. Hier liggen kinderen die ziek zijn, niet kinderen die net zijn geboren! Die liggen gewoon in de buurt van hun moeders.” “Oh, dat betekent dus dat ik weer terug moet.” Mary keek de vrouw aan. “Ja, maar als u hier rechtdoor loopt dan komt u uiteindelijk bij een andere klapdeur en dan hoeft u niet helemaal om de kinderafdeling heen.” Mary bedankte de vrouw en liep de richting op die de vrouw haar had gewezen. Toen ze bij de klapdeur kwam zag ze dat ze zo inderdaad sneller was. Ze was vanuit haar kamer links gegaan terwijl ze recht had gemoeten. Ze zag weer een bordje hangen. Op dit bordje stond echter de weg naar de couveusekamer. Opgelucht liep ze naar de couveusekamer. Toen ze daar aankwam zag ze Robert met haar zoontje staan. Robert was de tweeling broer van haar man. Ze liep de naar Robert toe. “Waar was je nou?” Robert keek haar vragend aan. “Roger en een zuster zijn je aan het zoeken. Je mocht je bed nog niet uit!” Mary keek hem aan en begon toen te lachen. “Ik had niet gedacht dat ik zoveel opschudding zou veroorzaken als ik op zoek ging naar m’n kind.” Ze aaide het kind over zijn hoofdje. Hij zag zijn moeder staan. Haar hand voelde warm op haar hoofd. De man die hem vasthield herkende hij vaag. Hij leek op zijn vader, die kende hij wel, hij was immers bij de geboorte geweest. Vragend keek hij omhoog naar het gezicht van de man. Deze glimlachte naar hem. Chagrijnig keerde hij zijn hoofd weer. Pff, wat had hij daar nou aan? Hij wilde weten wie die man was. Liever, hij wilde weten hoe hij heette. Hij wilde zijn eigen naam weten. Hij had veel vragen voor een baby. Het frustreerde hem des te meer dat hij niet kon spreken. Woorden kende hij wel, maar hij wist nog niet hoe hij zijn stem moest gebruiken. Allen huilen lukte. Huilen was makkelijk, je zette je strot open en perste lucht naar buiten, tranen kwamen vanzelf. Mary zag de frons in het hoofd van haar baby. Ze moest lachen. Voorzichtig pakte ze het ventje van Robert over. Naast zijn kleine doorzonwoninkje stond een schommelstoel. Ze ging zitten en pelde de lagen kleding van haar borst. Voorzichtig legde ze het kleine mannetje aan. Met enige tegenzin maar toch ook wel gretig nam hij de tepel in zijn mondje. Hij kon met een paar uur oud al flinke smak en zuig geluiden maken. Eten! Honger had hij, als kleine baby zijnde, natuurlijk altijd. Aan de andere kant had hij helemaal geen zin in melk. Hij had vragen. Eerst wilde hij dat zijn vragen werden beantwoord maar zijn babyinstinct overwon. Hij begon aan de tepel te sabbelen alsof zijn leven ervan afhing. Wat in feite ook zo was, zonder eten geen kind, geen antwoorden. De borst was leeg. Hij zoog nog een laatste maal maar liet toch los. Zijn moeder draaide hem om en als bij toverslag was daar een nieuwe borst. Hij hapte gretig en kwijlde zelfs een beetje. Toen ook de tweede borst leeg was werd hij op haar schouder gehangen. Hij voelde flinke klappen op zijn rug. Het borrelde van binnen, steeds hoger. Hij voelde het door zijn slokdarm komen. Burp. Een boertje met wat melk. Mary schreef een kaartje. Haar zoontje lag op een mat te spelen. Hij was pas een paar dagen thuis maar keek al vrolijk de wereld in. Hij lachte, huilde, brabbelde. Soms leek het net alsof hij wilde gaan zitten maar hij viel altijd weer om. Mary glimlachte en kriebelde hem dan op zijn buik. Het was een wonderkind maar er lag iets duivels over hem. Hij lachte niet alleen, hij keek ook woedend. Altijd. Als hij sliep fronste hij, als hij lag te spelen schoten zijn oogjes vuur. Hij keek indringend, soms alsof je moest sterven, ter plekke, soms alsof je iets wist wat hij wilde weten. Mensen waren bang voor hem. Hij wilde alleen zijn naam weten. Roger kwam thuis van zijn werk. “Dag schat.” Hij zoende zijn vrouw. Voorzichtig pakte hij zijn zoontje op. Hij knuffelde hem. “Dag lekker ventje van me.” Krampachtig probeerde hij de blik van het jochie te ontwijken. Zelfs volwassenen had hij nog nooit zó zien kijken. Mary keek toe. Ook zij wilde de blik van het kind niet vangen. Kilte sloeg haar om het hart als de blikken kruisten. De bel ging. Mary liep snel naar de deur. Roger legde het kind in de box en hing snel zijn jas weg. Het was Amelie, de dochter van Mary en Roger, samen met haar broer James. Er werd druk gezoend in de gang. Hij hoorde het allemaal. Zouden zij….? Zouden zij zijn naam weten? “Ach wat een schatje!” Amelie pakte het kind op en knuffelde het. Ze rook bekend, ze had iets van zijn moeder en iets van zijn vader. Indringend en vragend keek hij haar aan. Ze schrok en gaf het kind snel aan haar broer. Licht verbijsterd ging ze op de bank zitten. Haar moeder zag het maar reageerde er niet op. James rook ook bekend, ook hij had iets van beide ouders, maar anders dan Amelie. James keek niet naar het gezicht van het kind. Hij had de reactie van Amelie ook opgemerkt en was bang voor de blik van het kind. Hij legde hem terug. Samen met zijn vader liep hij naar de keuken. Zwijgend stonden ze aardappels te schillen, zwijgend zaten moeder en dochter op de bank. De baby maakte af en toe een geluidje. De radio zoemde, de cd was afgelopen. Mary liep naar het apparaat en drukte op play. De cd speelde, Mary en Amelie zaten op de bank, de baby speelde. Hij speelde druk en gewelddadig. Soms keek hij naar de twee vrouwen op de bank. Nooit ving hij hun blik. ’s Nachts werd hij huilend wakker. Krijsend, met zijn mond wijd open. Mary werd er wakker van maar durfde niet te kijken. Het geluid was vreselijk, het ging door merg en been. Roger kneep zijn ogen in zijn dromen stijf dicht. Zijn handen maakten vuisten. Mary was bang. Ze drukte zich tegen haar man aan. Het kind krijste door. Harder, zachter, nog één keer harder en dan was het stil. De naweeën schokten door Maries buik. Daarna had ze een nachtmerrie. Een droom over vreselijke wezens, donker, vleugels, klauwen. Ruwe, harde, schilferige huid. Slijmerige, kwijlende bekken vol tanden. “Mary, Mary!” Ze hoorde een stem. Haar buik deukte in onder zijn handen. “Mary, wakker worden. Er zijn broodjes.” Ze deed haar plakkerige ogen open. “Huh, wat?” “Ontbijt.” Roger keek haar liefdevol aan met het kind in zijn armen. Het jochie keek naar haar. Mary kneep haar ogen verschrikt dicht. Ze draaide zich om en klom aan de verkeerde kant het bed uit. “Ik kom er aan, ga maar naar beneden”, zei ze met haar rug naar Roger gekeerd. Hij liep de kamer uit. Daarnet, ja net, een minuut geleden. Hij had oogcontact gehad, voor het eerst in een week. Maar ze had haar ogen dichtgeknepen. Uit angst. Hij wist dat iedereen bang voor hem was. Hij wist niet hoe hij zich moest voelen, een jongetje van anderhalve week oud, zonder naam. Hij voelde weer een huilbui opkomen. Zijn lijfje schokte. Zijn gezicht vertrok. Roger zag het en legde het kind snel in de box. Vluchtig liep hij de kamer uit, naar de keuken. Maar het geluid van een huilend kind hoor je door het hele huis. Zeker het huilen van dit kind. Hij zakte in elkaar op de grond, zijn rug tegen de koelkast. Mary hoorde krijsen beneden. Een hoog, schel geluid dat het huis deed trillen. Ze greep naar haar oren en liet zich plat op de grond vallen. Stof viel op haar hoofd, op haar lichaam, op de vloer. Ze hoestte. Het huis trilde steeds harder en er kwamen scheuren in de muur. Mary was bang, doodsbang. Het huis trilde niet meer, het schokte. Er kwam geen stof meer van het plafond, maar hele brokken vielen naar beneden. Ze werd gemarteld door een angst die niet te beschrijven viel. Een angst om dood te gaan, een angst voor het leven van haar man, maar vreemd genoeg geen angst voor de dood van haar kind. Roger voelde hoe de grond schokte, de muur tegenover hem spleet in tweeën. De pijn in zijn oren was onverdraaglijk, hij hoorde niets meer. Zijn oren voelden als waren ze opgeblazen door het geluid dat uit de kamer kwam. Hij zette zijn nagels in zijn wangen. Bloed droop van zijn gezicht. Zijn buik, zijn hele lichaam deed zeer door de tonen die zijn zoontje uitbracht. De spleet in de muur werd groter, hij kon er doorheen kijken. De kamer was donker. Hij zag schubbige huid, iets wat op een vleugel leek, de enorme nagel van een klauw hing in de scheur van de muur. Plotseling brak er een geweld uit in de kamer. De muur naar de keuken werd weggeslagen, alle muren van de kamer werden weggeslagen. Stenen, brokstukken, glas, meubels, alles vloog in het rond. Het monster richtte zich op en brak zijn enorme lichaam door het plafond. Roger zat huilend en trillend van angst in de keuken. Mary krijste. Ze voelde hoe een klauw haar vast greep en optilde. Ze kneep haar ogen dicht. Een walgelijke stank drong haar neus binnen. Door spleetjes tussen haar oogleden gluurde ze naar het wezen. Een enorme slijmerige bek vol tanden siste haar toe: “Wat is mijn naam?” Ze voelde spetters speeksel tegen haar gezicht. “Mijn naam! Mijn naam! Ik wacht al eeuwen op een naam!” Mary kon niet spreken, de klauw verstrakte de greep om haar middel. “Mijn naam! Zeg op! Mijn naam!” Mary huilde, “Belial”,snikte ze.
__________________
Het blijft toch ook een groot ministerie he.
|
Advertentie |
|
22-02-2007, 10:54 | |
ik vind de overgang tussen het lieve kind en het duivelse kind iets te bruut (in het begin lijkt er een soort band te bestaan tussen moeder en kind) en ook het laatste stuk met de splijtende muren is iets te direct en een beetje vreemd maar de laatste zin maakt veel goed btw; vanwaar die fascinatie voor engelse namen?
__________________
"nu nog hopen dat niemand anders een verhaal instuurt en de kat is in het bakkie..."
|
22-02-2007, 17:55 | ||
Citaat:
Bedankt. Ik heb niet echt een fascinatie voor engelse namen, kwam toevallig zo uit.
__________________
Het blijft toch ook een groot ministerie he.
|
09-03-2007, 21:11 | ||
Citaat:
jouw stijl is echt apart, zelf schrijf ik heel anders. je verhaal is echt boeiend, het houdt aandacht vast, het is gewoon raadselachtig veel beter als het begin!
__________________
all what I need is love
|
Advertentie |
|
Topictools | Zoek in deze topic |
|
|
Soortgelijke topics | ||||
Forum | Topic | Reacties | Laatste bericht | |
Verhalen & Gedichten |
Kort verhaal, zoek naar een titel en advies! Verwijderd | 3 | 27-06-2012 18:40 | |
Lifestyle |
evaluatie-topic Verwijderd | 500 | 18-03-2005 17:54 | |
De Kantine |
Wat staat er onder jouw ctrl-v? Deel#1314 Machiavelli | 500 | 04-02-2005 12:09 | |
Verhalen & Gedichten |
Allesomvatting. [Poging tot proloog] Phileine | 13 | 29-01-2004 19:41 | |
Verhalen & Gedichten |
verhaal met voorlopig nog geen titel rozijntje | 3 | 30-10-2003 12:55 | |
Verhalen & Gedichten |
[Verhaal] De ondraaglijke lichtheid clubje | 124 | 27-09-2003 12:07 |