Hallo iedereen,
De examens staan voor de deur en besloot derhalve wiskunde A te gaan oefenen, aangezien ik nogal bagger ben in dit vak; dit is een understatement.
Ik ging dus naar Examenbundel.nl om te oefenen en kwam bij vraag 8 (2008 tijdvlak 1 havo) waar ik nu dus blijf hangen.
In het correctievoorschrift staat het volgende:
•P(X ≤ 48) = 0,59
• z ≈ 0,23
• 48-μ / 8,4 ≈ 0,23
• μ = 46
Wellicht een stomme vraag, maar hier komt die dan. Kan iemand mij helder uitleggen hoe ze aan de Z-score van 0,23 komen? Oftewel hoe komen ze aan de waarde 0,23 van variabele Z?
Help a nigga out here, thanks