Een stukje dichterbij de waarheid.
Twee grote gebellenblaasde bollen,
Alle kleuren van de winterpauw,
Ze raken elkaar, maar blijven,
Twee grote gebellenblaasde bollen.
Lik mijn vingers,
Grijp mijn hand,
Ze zullen zich niet verzetten.
Eet me, drink me,
Dans
Weg van de stilte, waar engelenmuziek regeert.
Pluk (van de petteflet) de dag,
Huppel en lachend mag jij, jij alleen,
Jij alleen kan mijn geluk maken of breken,
Maanden of weken
Of dagen, honderd vragen met waarom.
De chaos van alledag,
Explosieve buren,
Knal ze maar neer, het doet mij geen zeer.
Miljoenen afrikanen dunner dan een streepjescode.
Als ik zelf gestenigd wordt,
Het doet mij geen pijn. Schier onoverwinnelijk, maar
Zie ik bij jou een traan,
Langzaam naar beneden,
Stil blijft ze liggen, op je lippen,
Wachtend op je tong.
Jouw traan knalt bij mij naar binnen,
Maakt van mijn lijf gehakt.
Want ik ben altijd zwak,
Voor jou
|