![]() |
Verhalenwedstrijd: Sari
Sari
De maan schitterde in zijn betraande ogen. Een koud briesje bezorgde hem kippenvel. Daar stond hij, te wachten. Te wachten op het moment dat alles duidelijk zou worden. Hij verlangde al zo lang naar duidelijkheid. Hij hoopte, maar elke keer kreeg hij weer een klap. Zijn hart zat vol met deuken. 'Waar wacht je op?' vroeg een onbekend meisje aan hem. Hij antwoordde dat het haar niks aanging. Hij sloeg zijn armen beschermend om zich heen en keek de andere kant op. Zijn ogen brandden. 'Als je blijft wachten zal er nooit iets gebeuren,' zei het onbekende meisje toen hij bleef zwijgen: 'Aangenaam, ik ben Sari.' Hij draaide zich om en vroeg zich af waarom dit vreemde meisje tegen hem sprak. Was hij niet onzichtbaar? Was hij niet al verdwenen en vergeten? Met een trillende stem vertelde hij zijn naam. Aris was zijn naam. Een anagram van de hare. Hij wilde verder gaan, maar ze legde een vinger op zijn mond. 'Praat niet verder, ik weet wat je bedoelt.' Antwoordde ze. Hij was verbaasd. Hoe kon iemand weten hoe hij zich voelde. Hoe kon überhaupt iemand tegen hem praten. Het kon niet, niet na wat vrouwe Istar hem had verteld. Het was nou bijna een week geleden sinds hij haar had bezocht. Vrouwe Istar, de vrouw die hem in zoveel dingen raad had gegeven. Hij wilde weten waarom hij zo afwezig, zo bijna doorzichtig leek. Zijn beste vriend praatte niet meer tegen hem, hij keek alleen nog wazig voor zich uit, zonder een teken van herkenning te geven. In winkels bleef hij eeuwig in de rij staan. Als hij zijn vriendin een kus probeerde te geven draaide ze haar hoofd weg. Vrouwe Istar legde het aan hem uit: 'Aris, je weet wat er allemaal is gebeurd de afgelopen tijd. Mensen raken het vertrouwen in elkaar kwijt. Ze worden vergiftigd, met wat de nachtridders zo mooi 'de zwarte verlossing' noemen. Dit is een deel daarvan. Je verdwijnt langzaam uit de herinneringen van mensen. En wat vergeten is, bestaat niet. Niet echt in ieder geval. Jij zult dus langzaam wegvagen en niet meer bestaan. Alleen nog voor jezelf.' Sari legde een hand op zijn schouder. 'Kom je mee?' Vroeg ze terwijl ze haar hand naar hem uitstak. Hij knikte ja en legde zijn hand in de hare. Ze voelde warm aan. Hand in hand liepen ze. Hij wist niet waarheen ze gingen of waarom hij met haar mee ging. Toch ging hij mee. Ze liepen door eenzame en verlaten steegjes. Sari zag eruit alsof ze precies wist waar ze heen gingen. De tijd leek eeuwen te duren, maar tegelijkertijd vloog zij voorbij. Na enige tijd lopen kwamen ze bij een oud en vervallen pakhuis. Sari klopte 3 keer op de deur. Tergend langzaam werd de deur geopend. Sari liep eerst naar binnen en hij liep achter haar aan, om erachter te komen dat binnen de ruimte vol zat met mensen. Mensen die, net zoals hij, langzaam hun identiteit aan het verliezen waren of al verloren hadden. Op een geïmproviseerd podium, van houten sinaasappelkistjes, stond een man met een luide stem te praten. '...dit ons niet gebeuren. We moeten actie ondernemen en zo snel mogelijk...' Hij keek er even naar en toen hij weer omkeek was ze verdwenen. Waar was ze? Sari was het enige bekende dat hij hier had, al was die bekendheid betrekkelijk. Hij ging op zoek, maar al snel werd hem duidelijk gemaakt dat hij beter ergens rustig kon gaan zitten. Hij zocht een plekje en keek eens rustig om zich heen. Vlak naast hem zat een jongen, die al net zo verbaasd leek te zijn. Hij keek nog 's goed en zag tot zijn verbazing dat die jongen erg op hem leek. De jongen keek hem diep in de ogen en zei: 'Ik ben Falco, de spiegel van je dromen.' Falco was hem, maar dan met donker haar en donkere ogen. Falco zag eruit alsof hij alles had gedaan waarover Aris alleen maar kon dromen. Aris zei niks, hij bleef met een bonkend hart voor zich uit zitten staren. Zijn gedachtes raasden. Zou hij nu eindelijk meer duidelijkheid krijgen? Of was hij in een stroomversnelling van onmogelijke gebeurtenissen terechtgekomen. Opeens stond Sari weer voor z'n neus. Hij bekeek haar nog 's goed. Ze was niet zo'n mooi meisje, maar toch had ze een bepaalde uitstraling. Ze had lang donkerbruin haar, wat in een slordige vlecht zat. Ze was een beetje mollig en had een te hoekig gezicht. Maar haar ogen. In haar ogen was vuur te zien. 'Ik zie dat je Falco hebt ontmoet.' Zei ze en ze glimlachte even. Aris had het gevoel dat hij gek werd. Hij riep uit dat ze het moest uitleggen. Dat hij er niks meer van snapte. Even glimlachte ze, voor ze aan haar verhaal begon. 'Ik denk dat ik het je nu wel allemaal kan vertellen. De tijd is rijp, misschien ben ik zelfs wel iets te laat. Je hebt al een deel gehoord van vrouwe Istar. Wij zijn een schaduwvolk. Wij waken over de mensen en sturen ze dromen. Mensen mogen niet weten dat wij bestaan, maar soms hebben ze wel raad nodig. Daarom hebben wij een aantal afgevaardigden op aarde. Vrouwe Istar is er een van. Jij hebt contact met haar, omdat jouw vader een schaduw was. Je droomt altijd heel heftig, dat zijn boodschappen van ons. Je hebt het misschien nooit beseft, maar je bent altijd een deel van ons geweest. Falco is je tweelingbroer. Jij bent opgenomen in het mensenvolk en hij in ons volk. Ongeveer een jaar geleden zijn wij geïnfiltreerd door een nachtridder. Nachtridders, zijn de concurrenten van ons. Het is ook een schaduwvolk, maar het is erop uit om ons en daarmee uiteindelijk de mensheid te vernietigen. Sinds die tijd gaat het slechter op aarde. Er is verraad en argwaan. Mensen verdwijnen zomaar, terwijl andere mensen opeens de macht overnemen. Wij proberen alles te doen om dit tegen te houden, maar het ligt niet volledig in onze macht. Een van de dingen die de nachtridders veroorzaakt hebben is, dat alle halfschaduwen langzaam maar zeker verdwijnen en vergeten worden. Als halfschaduw heb je namelijk de macht om te communiceren tussen beide volken. En om op deze manier onze overwinning te garanderen. Ons volk heeft zich nu in zijn geheel verzameld in dit pakhuis, met de bedoeling om te groeperen en de nachtridders te verslaan. Ik heb jou hier gebracht, om als leider te fungeren. Ik ben jouw gids. Daarom heet je zoals je heet.' Aris slikte. Hij moest in een keer een hoop informatie zien te verwerken. Hij had altijd wel geweten dat hij anders was. Anders dan anderen. Hij had altijd gedacht dat hij geen vader had. Maar nu bleek hij wel een vader te hebben. En een broer. Een tweelingbroer. Hij kreeg opeens de verantwoordelijkheid over een schaduwvolk en de mensheid. Hij vroeg aan Sari waarom Falco het niet kon doen. Hij was immers ook een halfschaduw. 'Je moet iets goed begrijpen over Falco. Falco is een roekeloze jongen. Waar jij altijd voorzichtig en doordacht ben is hij altijd impulsief. Hij zou het durven absoluut. Ik weet zeker dat hij als ik het hem vraag staat te springen om het te doen. Maar dat is juist de reden om het niet te doen. We moeten een goed doordacht plan hebben. Falco is een avonturier, geen held.' Hij twijfelde. Hij wist dat van hem werd verwacht dat hij ja zou zeggen. Iedereen zou blij zijn en ze leefden nog lang en gelukkig. Maar hij wist het niet. Of hij wilde dat de mensheid gespaard zou blijven. En of hij dit wel kon. Aris was een twijfelaar. Hij kon jaren over iets twijfelen, de beslissing nemen en dan nog niet zeker zijn. Altijd waren in hem twee stemmetjes aan het discussiëren over iets. Al was het maar over wat hij op zijn brood zou nemen. Hij vertelde Sari dat hij het niet wist. Dat hij twijfelde en dat hij het zeker niet alleen kon. 'Je hoeft het ook niet alleen te doen. Falco zal je assistent zijn, samen met zijn vriendin Aila, die je dadelijk zal ontmoeten. Je taak zal in de eerste instantie zijn om een plan te maken. Ik draag de leiding aan jou over, dus jij mag beslissingen maken in mijn naam. Het is een grote verantwoordelijkheid, maar ik zou hem niet aan jou geven als ik niet zeker wist dat jij hem aankon.' Hij rende weg. Dit was teveel. Twee weken geleden was hij nog een normale jongen en nu een held? Hij verstopte zich achter twee dozen, om hier eens goed en rustig na te denken. Als hij weigerde, waren ze sowieso verdoemd, als hij het deed waarschijnlijk ook. De beslissing was voor zijn doen snel genomen. Hij liep rustig terug naar Sari. Sari keek hem aan en zag aan zijn gezicht dat hij had besloten en wat hij had besloten. Ze voelde, voor het eerst in haar leven, haar ogen vochtig worden. Langzaam stroomde een traan over haar wang. Ze had gefaald. - - - [Edit: Om Ieke wat te verlichten heb ik de vreemde tekens die in dit verhaal zaten vervangen. Ik heb ingevuld wat mij het meest waarschijnlijk leek. Voor de detectives onder jullie: deze actie voerde ik uit als forumbaas en niet als mededingen van de verhalenwedstrijd en draagt dus geen enkele indicatie over het wel of niet toebehoren van dit verhaal aan mijn hand. LUH-3417] |
Alle tijden zijn GMT +1. Het is nu 07:00. |
Powered by vBulletin® Version 3.8.8
Copyright ©2000 - 2025, Jelsoft Enterprises Ltd.