![]() |
P.O. Economie
doordat ik 2 maanden in het ziekenhuis heb gelegen moet
ik nu nog wat inhallen in de laatste weken waarbij onder anderen een Praktische opdracht economie hierbij moest ik verschillende artikelen uitknippen/opzoeken een samvatting van maken een oorzaak gevolg aangeven en een definitie van de moelijke begrippen geven bij dit laatste kom ik in de knel niet all de worden staan in het woorden boek of zijn makelijk te omschrijven ik hoop dat een van jullie me hierbij kan helpen reply maar als je de definitie van een van de begrippen weet. Prijssegment Middensegment Prijsklasse portefeuillehouder verkoopresultaat NVM (vereneging van makelaars) Nieuwbouwmarkt Woningmarkt segment Dagproductie Branches Genotmiddelenindustrie transportmiddelenindustrie Kortetermijnontwikkeling Maandcijfers Tweemaandsgemiddelde werkdageffecten CBS Adciesprijs Inventarisatie Acijnzen Heffingen Btw Prijopbouw Consumentencollectief united consumers Prijsverschil Particulieren Speculanten Oliemarkt Marktleider Marge Valuta-effecten Financieel Staatschuld Kapitaalmarkten Recessie Investesteert Overheiduitgavan Bruto binnelands product Financieel tekort Bezuinigen National institution of economic en social research (NIESR) Inkomenstenbelasting Begroting Bank Beursgang Banksector Staatskapitaalinjectie Kredietrisico Hypotheekportefeuille Lening Aandelel Concern Kredietcrisis Mid-marketpositie Financiele crisis Verzekeraars Centraal bureau voor de statistiek Inflatieprijs Deflatiespook Importproducten Economische ontwikkeling Producten Financiele Conjucturele neergang Deflatieperikelen Geldpers Hyperinflatie Beleggers Fondsen Kwartaalrapport Beursfondsen Spaarrekening Beheersvergoedingen Kostenefficiënt Fuserend AEX-index Dagwinst inkoopmanagers-index productiesector macrocijfers Effectenbank Weerstandsniveau Koersgrafieken indexfondsen sommige zijn een stuk makellijker dan anderen maar om een goede beschijving ervoor te vinden is soms nog best ingewikkeld |
lweo.nl
|
die site gaf me leraar ook maar ik begreep het niet hellemaal.
|
Zijn dit moeilijke woorden? ok;
Prijssegment; Prijsklasse (min - max) (t.o.v. een bepaalde wisselkoers) Middensegment; Het segment in het midden (verrassend ;)) Prijsklasse; Zie prijssegment portefeuillehouder; aandeel en/of optie(?) houder verkoopresultaat; Het netto positief of negatief resultaat na verkoop. NVM (vereniging van makelaars); Nederlandse vereniging van makelaars Nieuwbouwmarkt; Markt gericht op nieuwe gebouwen en infrastructuur Woningmarkt; totale markt aan koop en huurwoningen segment; deel Dagproductie; Totale productie aan goederen in 24 uurs spanne Branches; Sectoren, bepaalde industrie die met elkaar te maken heeft (bv. de retail branche) Genotmiddelenindustrie; Industrie ontstaan rondom de productie distributie verkoop en gebruikt van middelen ter recreatie. transportmiddelenindustrie; Industrie ontstaan rondom de productie van distributiemiddelen. Kortetermijnontwikkeling; Ontwikkelingen op korte termijn, gewoonlijk; dag, week, maand (en kwartaal) Maandcijfers; Resultaten van verbruik en productie gedurende een kalendermaand. Tweemaandsgemiddelde; Het gemiddelde gebruik en productie gerekend over een periode van 2 kalendermaanden. CBS; Centraal bureau voor de statistiek Adviesprijs; Geraamde prijs van verkoop gebaseerd op de verkoop van gelijkwaardige producten Inventarisatie; Het opnemen van de inventaris. Acijnzen; Specifieke productafhankelijke belasting Heffingen; Alg belasting. BTW; Belasting toegevoegde waarde, standaard percentage gevorderd over alle producten (lagere schaal voor specifieke producten) Prijopbouw; Beschrijving van de kosten en winstmarges per onderdeel van het proces wat een product tot stand brengt (bv. distributiekosten, grondstofkosten, personeelskosten) Consumentencollectief united consumers; Een belangenorganisatie voor consumenten te eindhoven. Prijsverschil; het verschil in prijzen (alg), het verschil in prijzen van gelijkwaardige producten (spec) Particulieren; Niet collectief, singulaire eenheid met kapitaalkracht. Speculanten; (Beursjarg.) Letterlijk; raden; meer algemeen; mensen die op basis van verwachtingen uitspraken doen over het kopen en verkopen van aandelen. Oliemarkt; De totale markt aan petrochemie, inclusief plastic Marktleider; Het bedrijf met de grootste omzet in zijn branche. Marge; (google: De marge van een bookmaker is gelijk aan de betaling die hij ontvangt uit de sportevenementen waarvoor hij weddenschappen aanbiedt.) Alg; de marge is het salaris van een tussenpersoon. Alg2; de winst Valuta-effecten; de effecten op prijs(verhoudingen) door de wisselkoers van een specifieke eenheid van betaling. Financieel; geld Staatschuld; totaal aan uitstaande staatsobligaties en opties bij een centrale bank Kapitaalmarkten; markt gericht op de productie distributie en verkoop van geld. Recessie; Terugtrekkende marktconjuctuur. Investeren; Kapitaal gebruiken om doormiddel van arbeid en techniek projecten te realiseren Overheiduitgaven; Uitgaven van de overheid uit leningen en belastingen Bruto binnenlands product; BNP; totale 'omzet' van een land. Financieel tekort; Wanneer de uitgaven de inkomsten overtreffen in grootheid. Bezuinigen; Schrappen van kostenposten (meestal om het eerdere financieel tekort te verminderen) National institution of economic en social research (NIESR); Particulier instituut voor onderzoek naar economie in het VK Inkomenstenbelasting; Heffing over het inkomen van een huishouden Begroting; Geraamde inkomsten en uitgaven Bank; Bedrijf in de markt rondom de productie distributie en verkoop en gebruik van geld. Beursgang; De eerste dag waarop een bedrijf beursgenoteerd wordt. Banksector; De branche rondom de productie distributie en verkoop en gebruik van geld Staatskapitaalinjectie; Staatslening bij een centralebank waarvan wordt geclaimd dat het voordelig is voor de economie door trickle-down-economy (ik ben zelf meer voor trickle up economy maar goed) Hypotheekportefeuille; aandelen in bezit van bedrijven in de vastgoedmarkt Lening; krediet, een bepaalde grote aan valuta waarvoor de ontvanger onderpand moet overleggen en rente over betaald dient te worden. Aandeel; Deel van een bedrijf te koop op de index Concern; Overkoepeld geheel in een bedrijf dat verschillende onderdelen op verschillende lokaties heeft (Concern; unilever) Kredietcrisis; Laagconjuctuur veroorzaakt door de "bubble" in de vastgoed en kredietsector Financiele crisis; laagconjuctuur na gevolg van kunstmatig overschatten van een marktwaarde van een sector. Verzekeraars; bedrijven in de markt rondom de inning van premies van een collectief en het uitkeren van de dekking bij schade binnen dat collectief Centraal bureau voor de statistiek; zie CBS Inflatieprijs; Prijsverhoging gerelateerd aan de expansie van de hoeveelheid kapitaal. Deflatiespook; de hangende deflatie van valuta wanneer er sprake is van laagconjuctuur, (heeft verondersteld negatieve gevolgen maar dat is afhankelijk van wie je bent) Importproducten; producten van over de grens Economische ontwikkeling; groei, krimp en de verandering van eigenschappen van een nationale of internationale economie. Producten; goederen, technologische middelen die het leven leuker, stommer moeilijker of makkelijker maken, aan te schaffen tegen eerder genoemde valuta. Financiele; zie financieel Conjucturele neergang; Het deel van de financiele conjuctuur (beweging; sinusgrafiek) wat neergaand is. Deflatieperikelen; de veronderstelde problemen die onstaan wanneer er sprake is vanm valutadeflatie tijdens neergaande conjuctuur. Geldpers; letterlijk; drukmachine voor biljetten en/of munten; alg; het creeeren van geld (grotendeels computers tegenwoordig) Hyperinflatie; enorme hoeveelheden inflantie van een valuta ontstaan door inmenging en verstoring van de markt (zie zimbabwe voor een voorbeeld) Beleggers; particulieren die aandelen en/of opties kopen Fondsen; (houder van) eenverzameling van aandelen Kwartaalrapport; resultaten gemeten over een kwartaal (meestal inclusief verwachtingen van het volgende kwartaal) Beursfondsen; zie fondsen Spaarrekening; Een rekening waar een positief saldo op staat en die gewoonlijk niet aangeraakt wordt uitgezonderd speciale gelegenheden. Beheersvergoedingen; vergoeding betaald aan de tussenpersoon voor het beheren van jouw aandelen (meestal percentueel, zie ook marge) Kostenefficiënt; wanneer de kosten in verhouding met de opbrengsten voordelig zijn; ook winstgevend Fuseren; letterlijk: samengaan hier; het samengaan van 2 bedrijven in dezelfde sector AEX-index; Amsterdam exchange, de beursindex van Nederland Dagwinst; Inkomsten - kosten gerekend over een 24 uurs periode. productiesector; de sector gericht op het al dan niet machinaal vervaardigen van producten (fabrieken noemden we het vroeger) macrocijfers; algemenere cijfers; dit kunnen bijvoorbeeld de resultaten van een gehele sector of branche zijn, een land of zelfs de totale economie. Koersgrafieken; grafiek van (gewoonlijk) de dagkoers van een aandeel of index indexfondsen; fonds gericht op een specifieke index. Weerstandsniveau; de mate waarin een bedrijf c.q. een aandeel bestand is tegen negatieve conjuctuurontwikkelingen inkoopmanagers-index; speciale index samengesteld door en voor inkopers van aandelen (koop laag, verkoop hoog) Mid-marketpositie; It's a tough question to answer given the diversity in the buying community. Consider, for example, the classic definition of a midmarket company: an organization that employs 100 to 999 employees. Helpful, but not complete. (http://www.crn.com/it-channel/471019...RSKH0CJUNN2JVN) Kredietrisico; (deze blijf ik je ook nog even schuldig; waarschijnlijk het te verliezen onderpand bij uitblijven van betaling) werkdageffecten; (deze moet ik je even schuldig blijven) Effectenbank; (en deze) |
Citaat:
|
ty man :)
heeft echt geholpen. |
ik heb nog 20 begrippen waarbij ik in de knel kom.
als iemand mij bij de laatste 20 kan helpen zou dat heel fijn zijn Declaraties Grootaandeelhouder Bankroet bedrijfsdeposito’s verkooptransacties vennootschappen Faillissementsfraude Faillissementen Fraude Kostenreducties Consumentenelektronica Conjunctuurgevoelig Consumer lifestyle Winstmagers Aandeelhouder Inkoopmanager Winstpakker Crisismanager Verliescijfer Kostenbasis |
Citaat:
Declaraties; Een al betaald bedrag terug vragen (meestal bij verzekeringen) Grootaandeelhouder; Houder van een aandelenpakket t.w.v. (>)5% van een bedrijf. Bankroet; Niet meer in de gelegenheid kosten te liquideren; failliet. bedrijfsdeposito’s; Bedrag of middelen van een bedrijf welk apart gezet worden voor later gebruik (gewoonlijk kapitaal) zie ook; sparen verkooptransacties; Overdracht van bedragen en/of goederen tijdens verkoop. (meer algemeen; het wisselen van een goed tegen een bedrag tijdens verkoop) vennootschappen; Een vennootschap wordt opgericht door een contract op grond waarvan twee of meer personen overeenkomen iets in gemeenschap te brengen met als doel één of meer nauwkeurig omschreven activiteiten uit te oefenen en met het oogmerk aan de vennoten een rechtstreeks of onrechtstreeks vermogensvoordeel te bezorgen. (gewoonlijk in de vorm van een van te voren bepaald gelijk- of ongelijkwaardig partnerschap) Faillissementsfraude; Fraude waarbij een faillissement wordt veroorzaakt dmv. aanschaf van persoonlijke goederen op de bedrijfsrekening waarmee persoonlijke kosten ontweken worden. Faillissementen; mv van faillissement zie; bankroet Fraude; Oplichting Kostenreducties; Het verminderen van kosten; zie bezuinigingen Consumentenelektronica; electronica ontworpen voor consumentendoeleinden (zoals; tv, radio, pc e.d.) Conjunctuurgevoelig; industrie of product welk in hoge mate gevoelig is voor de economische conjuctuur (zoals metalen) Consumer lifestyle; Dit is geen woord maar ik veronderstel dat het slaat op de levensstijl die te verwende voetbalmoeders naleven door 's zaterdags de halve koopgoot leeg te jassen. Winstmarge's; totaal aan inkomsten - kosten. Aandeelhouder; houder van een aandeel. Inkoopmanager; persoon die zich bezig houdt met adviezen over te kopen aandelen en/of opties (zie ook; inkoop managers-index) Crisismanager; interim-manager of -directeur aangesteld wanneer ten tijde van crisis de eigenlijke functiehouder het veld moest ruimen (ook dit is geen woord) Verliescijfer; Negatief resultaat; (zie ook (negatieve) winst) Kostenbasis; De normale gemiddelde kosten van een product Winstpakker; Loze term om een product mooier te laten lijken dan het is, hier: Persoon of personen die de winst opstrijken Kredietrisico; Het kredietrisico is het risico dat de tegenpartij of de bank van de tegenpartij niet aan haar contractuele verplichtingen kan voldoen. werkdageffecten; effecten van goede cq. slechte werkdagen (kennelijk zijn sommige dagen minder productief; maandag komt ter gedachte) Effectenbank; effecten; een verzamelterm voor verhandelbare rechten die een financiële waarde vertegenwoordigen... feitelijk betekent dit dus niets anders dan een "reguliere" bank. |
de meeste staan echt niet in de van dale omdat het eigenlijk 2 woorden zijn die aan elkaar geplakt zijn
en buitendat de dikke van dale geeft altijd onbegrijpelijke beschijvingen en meerde opties buitendat snap ik de meeste woorden hiervan wel maar vind ik ze moeilijk te verwoorden nogmaals bedankt trouwens Consumer lifestyle; Dit is geen woord maar ik veronderstel dat het slaat op de levensstijl die te verwende voetbalmoeders naleven door 's zaterdags de halve koopgoot leeg te jassen. XD die is echt geweldig ook all zet ik hem niet in me p.o. :P |
Niet? jammer, ik zet er altijd express zo'n zinnetje in om te kijken of de leraar het uberhaupt wel nakijkt.
Zo had ik in een werkstuk dit jaar geschreven dat alle orkanen worden veroorzaakt door Mark... Gek genoeg nooit wat over gehoord. |
haha xD goeien tip
heb het helaas all ingeleverd nu :P de zowiets wel bij me volgende p.o of boekverslag xD |
|
>.< daar kom ik dan weer niet op
bedankt |
Graag gedaan hoor ;) Waarom moeilijk doen als het ook makkelijk kan, nietwaar?
|
Alle tijden zijn GMT +1. Het is nu 19:14. |
Powered by vBulletin® Version 3.8.8
Copyright ©2000 - 2025, Jelsoft Enterprises Ltd.