Ik ben bezig met het voorbereiden van mijn frans mondeling. Het lukt vrij aardig maar er zijn wat zinnen bij die me echt niet lukken. Kunnen jullie me misschien helpen?
1:Hij was naar Parijs gegaan om geld te verdienen Il etait vas a Paris pour vendre l’argent (mijn vertaling is niet helemaal goed denk ik)
2:Zijn ideen waren heel vernieuwend, meer keus in artikelen bijvoorbeeld.
3:Hij zorgde ook voor goede sociale omstandigheden voor het personeel.
+ noem de voor en nadelen van een warenhuis.
Die laatste zin is dus een aparte opdracht waar ik niet goed uitkom. We hadden hier al een keer een spreekbeurt van maar dat blaadje heb ik weggegooid