Ik vind heel wat dingen mooi aan dit gedicht, vooral hoe je met woorden en zinsafbrekingen speelt. "gaf ze een glimlach en wat harder gas" bijvoorbeeld, of het begin van de derde strofe. Ook de herhaling van "Lola wilde weten of ze wel gemaakt was om te leven" is super. Je schetst haar goed, het is erg sfeervol en bijna als een film.
Even tussendoor: klinkt "Waar rij jij heen vannacht?" niet beter dan "Waarheen rij jij vannacht?" Je hebt het vast zelf al duizend keer veranderd...
Maar wat mij persoonlijk niet zo bevalt aan dit gedicht, is het einde. Je schept zo'n goede, filmische sfeer en dan wordt het plots een B-film, waarbij een vrouw op een man botst. Volgens mij moet je juist het mysterie behouden rond deze persoon, er mag iets gebeuren op het eind maar het moet dubbelzinniger zijn. (nu, misschien heb ik het zelf mis geïnterpreteerd en bedoel je een toekomst in de gevangenis... in zijn ochtendjas

)