Uitzonderlijk mooi, lang geleden dat ik nog eens zo'n stevige, diepgaande poëzie las. Diepgaand, dromend, gevoelens in gewaden van beelden, die je langzaam met een imaginaire lezende hand van het gedicht kan laten vallen, als je maar genoeg tast en zoekt naar de werkelijke vorm, de werkelijke wereld onder en tussen de woorden, de realiteit waar die beelden toch weer zo dicht bij staan, verradelijk dichter dan je zou denken. En dat, tegelijkertijd kunnen verhullen en onthullen, dat is kunstig. Passages aanhalen van dit werk kan veelvuldig, en het wordt al wat laat hier, maar inderdaad, de reeds aangehaalde strofe is meesterlijk. Waar is de liefde? Ik weet niet of dit een autobiografisch gedicht is of niet, maar het houdt alleszins de dichtende ziel bezig, al dan niet ook in de werkelijkheid, wat dat dan ook weer zou mogen zijn
Groetjes, Dreampoet