Nachtenlang had ik een diep verlangen
naar het kleinste en puurste witte licht
hoog aan een hemel van zwart gehangen
nimmer te bereiken maar altijd in zicht.
Nachtenlang dacht ik dat ik bij lange
niet de lengte of de daadkracht had dicht
bij een ster te komen –laat staan vangen
Maar deze nacht raakte een punt ontwricht.
Ze viel, zó, in de Utrechtse grachten.
Ik heb haar toen uit het koude gevist
en vroeg haar waarom ze toch lachte.
‘Nachtenlang heb ik slechts een ding gemist,’
zei ze ‘maar ik deed een wens en wachtte.
Ik straal nu met jou, dankzij deze list.’
ik dicht nooit, maar toch heb ik het voor elkaar gekregen les te krijgen van een Nederlands dichter, dus aanwijzingen en tips voor dinsdag zijn altijd welkom